9.2 Verkeersplanologische krachtlijnen

 

De sluiting van de Ring zal gebeuren door middel van 2 tunnels, één onder de Schelde met 2x3 rijstroken en twee boven elkaar gelegen cut & covertunnels aan de zuidzijde van het Straatsburgdok 8. Deze tunnels worden verbonden via het Oosterweelknooppunt dat voorziet in verbindingen in alle richtingen en aansluit op de Ring R1. Hierbij wordt het viaduct van Merksem vervangen door een ingegraven oplossing en wordt de kruising van de Ring R1 met het Albertkanaal (noord-zuid) als tunnel verder uitgewerkt. Het aansluitingscomplex van Deurne (Schijnpoortweg) wordt ingericht als een volledige Hollandse aansluiting met een aantakking op de Bischoppenhoflaan en de Noordersingel. Ter hoogte van de Groenendaalaan wordt de bestaande volledige aansluiting behouden en deels aangepast.

 

 [image]

 

 

 

 

 

9.2.1 Uitwisseling hoofdwegennet

 

Uitwisseling tussen bovenlokaal verkeer wordt georganiseerd in volgende ‘knopen’.

· Knoop E19 Noord (R1 richting Oosterweeltunnel, R1 richting Kennedytunnel, E19 richting Nederland),

· Knoop E34 Oost (R1 richting Oosterweeltunnel, R1 richting Kennedytunnel, E34/313),

· Knoop E34 West (R1 richting Oosterweeltunnel, R1 richting Kennedytunnel, E34 richting Zelzate),

· Knoop E17 (R1 richting Oosterweeltunnel, R1 richting Kennedytunnel, E17 richting Gent),

 

 

9.2.2 Aansluiting en ontsluiting

 

De realisatie van de Oosterweelverbinding wordt aangegrepen om de koppeling van het lokale wegennet aan het hoofdwegennet te optimaliseren. Het streven naar een selectieve bereikbaarheid van woon- en werklocaties en leesbaarheid, veiligheid en afstemming van de verschillende vervoersmodi staan hierbij centraal.

Het noorden van Antwerpen (rechterover) wordt vandaag ontsloten door twee aansluitingscomplexen, namelijk Groenendaallaan (afrit Merksem) en Schijnpoortweg (afrit Deurne). De aansluiting van Groenendaallaan is een volwaardige aansluiting waarbij alle rijrichtingen ontsloten zijn. De aansluiting van Schijnpoortweg is een halve aansluiting waarbij het enkel mogelijk is om van en naar het zuiden van de Ring R1 te rijden.

Het oostelijk deel van de Haven van Antwerpen heeft heden maar één belangrijke aanlsuiting namelijk op de A12 ter hoogte van de Noorderlaan.

De Oosterweelverbinding zorgt voor een bijkomend volledig aansluitingscomplex voor het zuidelijk gedeelte van de haven en het noordelijk deel van de stad Antwerpen, namelijk de Oosterweelknoop. Een dergelijk volledig op- en afrittencomplex is essentieel voor de ontsluiting en toegankelijkheid van het zuidwestelijke deel van de haven en de lopende en geplande ontwikkelingen in het noorden van de Stad Antwerpen.

Aanvullend wordt het aansluitingscomplex Schijnpoortweg vervolledigd waardoor vanuit de Schijnpoortweg het noordelijk deel van de Ring R1 toegankelijk wordt en het aansluitingscomplex Groenendaallaan ontlast wordt.

Op Linkeroever wordt een Parallelweg voorzien die instaat voor de aansluiting van het lokaal wegennet op het hoofdwegennet. De Parallelweg verbindt de aansluitingscomplexen Waaslandhaven, Linkeroever en Zwijndrecht en takt aan op het onderliggend wegennet via Pastoor Coplaan, Blancefloerlaan en Canastraat/Keetberglaan. Dit systeem heeft niet enkel voordelen voor het functioneren van het hoofdwegennet maar vermijdt tevens sluipverkeer. Op rechteroever wordt een bijkomend aansluitingscomplex (Oosterweelknoop) voorzien voor de rechtstreekse ontsluiting van de haven en het noordelijk stadsdeel.

Op verschillende plekken wordt de mogelijkheid voorzien tot aansluiting van het lokaal wegennet met het hoofdwegennet. Volgende aansluitingscomplexen worden gerealiseerd binnen het projectgebied.

  • Aansluitingscomplex Waaslandhaven (alle richtingen)

  • Aansluitingscomplex Knoop E17 (enkel richting Kennedytunnel)

  • Aansluitingscomplex Zwijndrecht (enkel richting Gent)

  • Aansluitingscomplex Oosterweelknoop (alle richtingen)

  • Aansluitingscomplex Groenendaallaan (alle richtingen met uitzondering van en naar het aansluitingscomplex Oosterweelknoop en de Scheldetunnel)

  • Aansluitingscomplex Schijnpoort (alle richtingen)

 

 

Ten opzichte van het GRUP Oosterweelverbinding van 2006 wijzigt het volgende:

  • de ligging van het aansluitingscomplex Zwijndrecht: het huidig aansluitingscomplex nr. 17 (E17) wordt niet enkel gereduceerd in functie van de aansluiting (enkel de aansluiting richting Gent wordt behouden) maar ook verplaatst. Door de verplaatsing van het aansluitingscomplex in oostelijke richting en rechtstreekse aansluiting ervan op de Parallelweg en op de Hoefijzersingel, wordt de Pastoor Coplaan ontlast van verkeer dat via de Parallelweg en de Hoefijzersingel hun bestemming kan bereiken. Door de rechtstreekse aansluiting op de Parallelweg worden de omrijfactoren voor Linkeroever en Zwijndrecht bijkomend beperkt en wordt sluipverkeer tegengegaan.

  • de ligging en aanpassing van het Aansluitingscomplex Schijnpoort tot een volwaardig aansluitingscomplex: het Aansluitingscomplex Schijnpoort wordt vervolledigd zodoende dat in noordelijke en zuidelijke richting de aansluiting van het lokaal wegennet op de R1 en richting aansluitingscomplex Oosterweelknoop en Scheldetunnel (en omgekeerd) mogelijk wordt. Er wordt een rechtstreekse verbinding voorzien met de Singel zodat de radiale as (Bisschoppenhoflaan) niet bijkomend wordt belast.

  • de aansluiting van de Blancefloerlaan (N70) op de Parallelweg: bij de opmaak van het GRUP Oosterweelverbinding van 2006 werd uitgegaan van een gelijkgrondse kruising. In functie van de doorstroming op zowel N70 (geselecteerd als secundaire weg type III en bijgevolg in hoofdzaak gericht op een vlotte doorstroming van openbaar vervoer en fietsverkeer) als op de Parallelweg (die als onderdeel van de hoofdweg instaat voor de aansluiting van de aansluitingscomplexen Waaslandhaven, Linkeroever en Zwijndrecht op het lokaal wegennet), wordt op basis van verder onderzoek en veelvuldig overleg geopteerd voor een ongelijkvloerse kruising

 

 

9.2.3 Globale visie openbaar vervoersverbindingen

 

Binnen de bestaande verkeersstructuur worden de bestaande openbaar vervoersverbindingen behouden met de nodige aandacht voor een goede doorstroming van het openbaar vervoer. Ter hoogte van de aansluiting van het hoofdwegennet aan de Groenendaallaan en Schijnpoort is inrichting van de op- en afrittencomplexen afgestemd op een verbeterde doorstroming van het openbaar vervoer.

De uitbouw van een Park&Ride ter hoogte van de Blanceflourlaan moet de modal shift ten voordele van het openbaar vervoer versterken.