6.1 Gewestplan

 

Het overgrote deel van het studiegebied ligt in woongebied volgens de bestemmingen van het gewestplan Antwerpen (KB 3/10/1979).

 

Woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven.

 

Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.

 

In de bijzondere voorschriften van het gewestplan Antwerpen wordt gesteld dat de maximale bouwhoogte dient afgestemd te worden op de volgende criteria:

  • de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;

  • de eigen aard van de hierboven vermelde gebieden;

  • de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.

 

Het aantal bouwlagen zal evenwel nooit meer dan drie bedragen. Voor openbare gebouwen en gebouwen voor openbaar nut bedraagt het aantal bouwlagen echter maximaal vier.

 

Van deze regel kan worden afgeweken door een door de Vlaamse regering goedgekeurd gemeentelijk plan van aanleg.

 

Voor het zuidelijk deel van het studiegebied (tussen Bist en Prinshoeveweg) gelden andere voorschriften voor de hoogte van gebouwen. Dit gebied is bruin omrand en met het cijfer II overdrukt. In deze gebieden wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op volgende criteria:

  • de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;

  • de eigen aard van de vermelde gebieden;

  • de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.

 

Het meest noordelijk gelegen bouwblok binnen het studiegebied is deels gelegen in een zone voor ambachtelijke bedrijven en KMO's. Deze gebieden zijn mede bestemd voor kleine opslagplaatsen van goederen, gebruikte voertuigen en schroot, met uitzondering van afvalproducten van schadelijke aard.

 

Rond de zone voor ambachtelijke bedrijven en KMO’s ligt een bufferzone. De bufferzones dienen in hun staat bewaard te worden of als groene ruimte ingericht te worden, om te dienen als overgangsgebied tussen gebieden waarvan de bestemmingen niet met elkaar te verenigen zijn of die ten behoeve van de goede plaatselijke ordening van elkaar moeten gescheiden worden.

 

Een beperkte zone ligt in gebied voor dagrecreatie. De gebieden voor dagrecreatie bevatten enkel de recreatieve en toeristische accommodatie, bij uitsluiting van alle verblijfsaccommodatie.

 

Gewestplan

 [image]