Artikel 2 Algemeen kader

 

  1. Geschrapt

  2. Het vergunningverlenende bestuursorgaan toetst bij projecten de sociale en economische gevolgen (bvb. tekorten in behoefte aan onderwijsaanbod, sport, kinderopvang, buurtwerking, enz … ) en verbindt desnoods de gepaste stedenbouwkundige lasten aan de vergunning om deze tekorten op te vangen. De stedenbouwkundige lasten kunnen geheel of gedeeltelijk de vorm aannemen van de storting van een bedrag dat bestemd wordt voor de uitvoering van de werken, vermeld in het eerste lid.

  3. De vergunningverlenende overheid kan, op advies van de brandweer en indien er door de aard of de functie geen reglementering met betrekking tot brandveiligheid van toepassing is of indien geoordeeld wordt dat deze ontoereikend is in functie van bijkomende risico’s, voorwaarden opleggen met betrekking tot de brandbestrijdingsmiddelen, de inplanting en toegangswegen, compartimentering en evacuatie, bouwelementen, constructie van compartimenten en evacuatieruimten, constructie van bijzondere lokalen en technische ruimten en de uitrusting van het gebouw.

De vereisten van het Koninklijk besluit dd. 7 juli 1994 (en latere wijzigingen) tot vaststelling van de basisnormen voor preventie van brand en ontploffing waaraan nieuwe gebouwen moeten voldoen, zijn van toepassing (behoudens uitzonderingen via de afwijkingscommissie). Voor middelhoge gebouwen (hoogste bouwlaag gelegen tussen 10 en 25 meter ten opzichte van de laagste opstelzone voor de brandweer dient bijvoorbeeld. voor elke wooneenheid aan de achtergevel een tweede vluchtweg voorzien te worden onder de vorm van een vaste brandladder. Voor grootschalige projecten wint men dus best ook eerst het advies van de brandweer in.

  1. Strafbepalingen:
    Elke inbreuk op deze bouwcode wordt bestraft zoals bepaald in titel VI. Handhavingsmaatregelen van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

  2. Opheffingsbepalingen:

    1. Op het ogenblik van de inwerkingtreding van deze bouwcode wordt voor het toepassingsgebied van deze verordening de vorige bouwcode, goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 25 oktober 2010, opgeheven.

    2. Op het ogenblik van de inwerkingtreding van deze bouwcode wordt de bouw- en woningverordening, goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 11 september 1984, en voor zover deze nog van toepassing was (havengebied), opgeheven.

  3. Overgangsbepalingen:

    1. Deze bouwcode is van toepassing voor aanvragen tot stedenbouwkundige vergunningen waarvoor het ontvangstbewijs is afgeleverd na de inwerkingtreding van deze bouwcode.

    2. De meldingsplicht voor werken die voorheen vrijgesteld waren van vergunning is van toepassing op het ogenblik van de inwerkingtreding van deze bouwcode.

    3. De meldingsplicht voor werken die voorheen vergunningsplichtig waren en dit op basis van artikel 3 van de in deze bouwcode opgeheven vorige bouwcode (zoals bedoeld in §5, 1°), is van toepassing voor aanvragen waarvoor het ontvangstbewijs is afgeleverd na de inwerkingtreding van deze bouwcode.