1.2 Feitelijke toestand

 

1.2.1 Situering

Het plangebied, dat hierboven de binnenstad genoemd wordt, bevindt zich op de rechteroever van de Schelde. Het is gelegen in het oudste deel van de stad. Het wordt in het noorden afgebakend door de Brouwersvliet-Oudeleeuwenrui-Ankerrui en Koeikensgracht, in het zuiden door de Namenstraat en de achterste perceelsgrens van de gebouwen die grenzen aan de Jan Van Gentstraat. Het ligt tussen de Scheldekaaien en de Leien.

Zoals besproken in punt 1.1.3 is het bouwblok dat begrensd wordt door het Falconplein, Falconrui, Hoornstraat en de Oude Leeuwenrui uit het plangebied van het RUP Binnenstad gehouden.

1.2.2 Kadastrale percelen

 

 [image]

 

1.2.3 Topografische kaart

 

 [image]

1.2.4 Luchtfoto

 [image]

 

 

1.2.5 Gedempte Zuiderdokken

 

Omdat er tijdens het openbaar onderzoek een aantal bezwaarschriften vragen hadden over de feitelijke toestand en de bestemmingszone van de Gedempte Zuiderdokken wordt de volgende verduidelijking hier mee opgenomen:

 

1. Bestaande juridische toestand.

 

De Zuiderdokken werden gedempt in 1969.

Na de demping waren deze dokken oorspronkelijk, in het BPA nr. 76 dat op 23 juni 1972 werd goedgekeurd, bestemd als zone voor openbaar plantsoen en recreatie met als voorschrift dat plantsoen, sport en spel toegelaten is.

In 1979 werd het gewestplan Antwerpen van kracht: daarin werden de dokken aangeduid als een parkgebied.

Het BPA Antwerpen-Zuid aan de Leien nam de parkbestemming over in 1985 en vertaalde deze bestemming al naar zone voor park en recreatie.

 

2. Bestaande feitelijke toestand.

 

In de praktijk is de bestemming parkgebied op de Gedempte Zuiderdokken nooit (volledig)

verwezenlijkt.

 

Immers: in de noordelijke kop van het gebied werd een speelplein gerealiseerd (het Regenboogpark). Dit speelplein werd in 2006 heraangelegd, na het bekomen van een vergunning daartoe bij de gewestelijk stedenbouwkundig ambtenaar (vergunning van d.d. 28 november 2006). Deze invulling strookt met het gewestplan en het BPA..Het middengedeelte van het gebied werd sedert de demping in 1969 aangelegd als een terrein dat wordt aangewend voor twee gebruiken, namelijk in hoofdzaak betreft het een parking en occasioneel worden er ook evenementen georganiseerd zoals de Sinksenfoor.

 

De Sinksenfoor is een kermis die jaarlijks vanaf het begin van de 20ste eeuw op de Leien heeft plaatsgevonden, en in 1969 naar de Gedempte Zuiderdokken is verhuisd. Deze jaarlijkse kermis vond al plaats vóór de goedkeuring van het gewestplan.

De evenementen zoals de Sinksenfoor worden niet geregeld via een stedenbouwkundige vergunning die getoetst wordt aan de wetgeving ruimtelijke ordening, maar krijgen een tijdelijke vergunning die volgens de milieuwetgeving en de politiecodex worden uitgereikt.

 

In de zuidelijke kop van het gebied is er eveneens een inrichting als speel- en sportterrein (het Waterpoortpark). Dit terrein werd in 2010-2011 heraangelegd. Voor de heraanleg van het speelterrein gebeurde dit na het bekomen van de vergunning van d.d. 10 juni 2011 van de gewestelijke stedenbouwkundig ambtenaar. Het sportterrein (basketbalveldje) werd reeds eerder heraangelegd. Hiervoor werd geen stedenbouwkundige vergunning aangevraagd, aangezien het besluit van de Vlaamse regering van 14 april 2000 (en latere wijzigingen) tot bepaling van de vergunningsplichtige functiewijzigingen en van de werken, handelingen en wijzigingen bepaalde dat hiervoor geen stedenbouwkundige vergunning vereist is. Deze invulling strookt met het gewestplan en het BPA.

 

3. Gewenste juridische toestand/bestemming (afwijking van het gewestplan)

 

Het RUP wenst de Gedempte Zuiderdokken onder te brengen in een zone voor publiek domein. Dit is een afwijking van de bestemming parkgebied uit het gewestplan.

Een RUP kan het gewestplan veranderen (artikel 7.4.5 Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, VCRO). Een afwijking van de gewestplanbestemming parkgebied is wenselijk voor de Gedempte Zuiderdokken op grond van de hiernavolgende ruimtelijke afweging.

 

Vooreerst wordt er op gewezen dat ontwikkeling als zuiver parkgebied onrealistisch/achterhaald is… Immers : van in het begin was het steeds de bedoeling dat de dokken niet zouden ingericht worden als een “zuiver” parkgebied, dat wil zeggen “een terrein dat door beplanting met bomen en heesters tot een wandel- en rustplaats is ingericht”, maar wel degelijk als een multifunctionele sociale zone waar niet alleen groen, maar ook sport en spelfuncties centraal staan.

 

Zoals hierboven aangehaald werden de Gedempte Zuiderdokken eerst bestemd als zone voor plantsoen, sport en spel in het BPA nr. 76 dat op 23 juni 1972 werd goedgekeurd.

 

Ten tijde van het gewestplan werd reeds in de toelichtingsnota van het gewestplan aangehaald dat de groengebieden (zoals een parkgebied) een belangrijke sociale functie hadden. Zij omschreven dit als volgt: ‘Als norm kan vooropgesteld worden dat in 10 vierkante meter per inwoner, aan openbaar groen dient voorzien per nabuurschap (1000 tot 1500 inwoners), zo het gaat over een wijk met eengezinswoningen. De 10 vierkante meter kan gesplitst worden in 2 vierkante meter per inwoner ten behoeve van de kinderspeelpleinen, 3 vierkante meter ten behoeve van sport- en speelweiden, 5 vierkante meter per inwoner ten behoeve van het nodige buurtgroen, voetgangersverbindingen en verkeersgroen’. We kunnen zeggen dat deze beschrijving in dezelfde geest lag als de oorspronkelijke bestemming van het BPA.

 

Dit werd nog eens bevestigd door het BPA Antwerpen Zuid aan de Leien dat in de jaren ’80 deze zone weer als zone voor park en recreatie bestemde. Met andere woorden: de geest van het gewestplan en de voorafgaande en navolgende BPA’s was telkens dat deze zone een multifunctioneel gebruik had waar groen, sport en spelfuncties centraal staan. De herbestemming die wordt voorgesteld naar zone voor publiek domein kan in diezelfde geest worden gelezen, als een multifunctioneel plein.

 

1.2.6 Sint-Paulus kerk, klooster en ruïne

 

Omdat er tijdens het openbaar onderzoek een aantal bezwaarschriften vragen en opmerkingen hadden over de feitelijke toestand en de bestemmingszone van de Sint-Paulus kerk, het klooster en de ruïne wordt de volgende verduidelijking hier mee opgenomen:

 

De kerk is een beschermd monument. De functie in deze kerk is een gemeenschapsfunctie. Dit kan zonder problemen in de zone voor centrumfuncties Ce5.

 

Het klooster was vroeger een gemeenschapsfunctie maar is vandaag (gedeeltelijk) verkocht en gedeeltelijk heropgebouwd. Dit klooster is samen met de kerk beschermd als monument. In een beschermd monument [kunnen] meer functies toegelaten worden, indien deze functies zo uitgevoerd worden dat zij het monument ten goede komen en dat de dienst Onroerend Erfgoed Vlaanderen hierover positief adviseert. Dit is buiten het bereik van het ruimtelijk uitvoeringsplan. Het klooster zal volgens de huidige stedenbouwkundige vergunning verbouwd moeten worden, ofwel moeten zij opnieuw een vergunning aanvragen.

 

Het klooster hoort thuis in de zone Ce5 omdat het een ruimtelijk geheel vormt met de kerk en de ruïne waardoor zij het beste in een dezelfde bestemmingszone ondergebracht worden. Verder is het klooster een multifunctioneel gebouw, een typisch gebouw van de zone Ce5 (zoals beschreven in de toelichtingsnota) dat meerdere functies aankan. Dit is geen traditioneel woonhuis, dat grondig verbouwd moet worden om andere functies toe te laten. Het klooster kan beter niet in een zone Wo1 omdat een respectvolle renovatie van dit beschermde monument met kwalitatieve materialen en eerbied voor het gebouw en het bouwblok belangrijker is dan de specifieke functie die zich in het pand bevindt.

 

De ruïne was vroeger een deel van het klooster. Dit gedeelte is nog niet opgebouwd. Het is samen met het klooster en de kerk beschermd als monument. Een deel van de ruïne ligt in het centrum van het bouwblok. Het vormt ruimtelijk echter één geheel met het klooster en kan niet in een andere zone liggen. Ook is het moeilijk om een beschermd monument in een zone onder te brengen waar geen constructies zijn toegelaten.