Contacteer stad Antwerpen

Voorlezen aan de allerkleinsten

Elk jaar in november organiseert IedereenLeest de Voorleesweek. Maar voor de meeste kinderopvanglocaties blijft het niet bij die ene week. Bijvoorbeeld in ’t Wonderkind en De Kleine Vos lezen kinderen het hele jaar door.

Hoe belangrijk is lezen voor jullie? 

“Lezen is bij ons een dagelijkse bezigheid. Na het kringmoment ’s morgens lezen we altijd voor”, vertelt Sheila van kinderopvang ’t Wonderkind. “Tijdens de Voorleesweek gaan we een stapje verder en koppelen we echt aan elk boek of leesmoment een activiteit. Gaat het boekje over de herfst? Dan gaan we nadien blaadjes en kastanjes verzamelen. Een andere keer staken onze stagiaires een theaterstukje in elkaar mét zelfgemaakt decor.”

Ook in kinderdagopvang De Kleine Vos laten ze kinderen graag kennismaken met boeken door er spelactiviteiten aan te koppelen. “Wij lezen boekjes maar gebruiken ook vaak de kamishibai. Dat zijn beeldprenten gebaseerd op de Japanse traditie van verteltheater. Zo lezen we voor aan een grotere groep tegelijk. Dat is enorm gezellig!”, vertelt Gwenn, teamcoach van De Kleine Vos.

Waar vinden jullie inspiratie en materiaal?

“In de bib”, vertelt Sheila. “Onze locatieverantwoordelijke Warda zoekt de leukste boekjes uit in Bibliotheek Permeke. Door telkens nieuw materiaal te halen, zorgen we continu voor variatie.”  

“Wij gaan elke maand met onze kinderen naar De Vertellerij, een bibliotheek in Berchem specifiek gericht op jonge kinderen”, vertelt Gwenn. “Kinderen kunnen daar gewoon kind zijn. Ze mogen praten, vrij rondlopen en gewoon genieten. Hanne van De Vertellerij organiseert het interactief voorlezen met verzen en liedjes.”

Zo’n uitstappen vragen wel organisatie. “De kindratio van 1 kinderbegeleider voor maximum 6 kinderen is voor ons een belangrijke voorwaarde", aldus Gwenn. "Anders zijn dit type uitstapjes niet haalbaar.” Elke kinderbegeleider neemt 5 of 6 kinderen mee in een grote buggy. Zo’n wandeling naar de bib heeft veel voordelen: we wandelen in de frisse lucht en babbelen over wat we zien. Door die andere omgeving, gebruiken we ook andere taal dan in de leefgroep en leren kinderen de buurt en mensen kennen”.

Hoe gaan jullie hiermee verder? 

“Bij ons stopt de Voorleesweek eigenlijk nooit”, weet Sheila. “Als je kinderen ziet meeleven met een verhaal en ze er achteraf over babbelen met elkaar en met ons, dan merk je dat ze ervan genieten. Dat geeft energie. Bovendien betrekken we ouders zoveel mogelijk bij het voorlezen. Het zorgt voor verbinding én opent gesprekken.”

Bij De Kleine Vos worden ouders ook betrokken. “Toen we de bezoekjes aan de bib wilden opstarten, vroegen we ouders hun mening. De reacties waren erg positief!”, vertelt Gwenn. Intussen moedigen ze ouders aan om zelf ook naar de bibliotheek te gaan. “We hangen posters op en nodigden de bib ook bij ons uit zodat ouders konden kennismaken met het materiaal en de werking. Door dat alles stimuleren we samen de taalontwikkeling.”

Ook interessant

Dit artikel is gedeeld door