Hier vind je het volledige toelagereglement dat van toepassing is als je op een perceel in Antwerpen aan de slag wil gaan met groen en water. Dit reglement werd goedgekeurd in de gemeenteraad van 24/10/2022.
Alvorens je van start gaat met je project, vraag je advies aan. Na het advies krijg je de nodige info om je premie aan te vragen. Je doet de premie-aanvraag voor je de werken start.
In dit reglement hebben de onderstaande termen de ernaast vermelde betekenis.
Basisingreep of basisondersteuning: de toelageregeling beloont basisingrepen rond vier thema’s zijnde
Klimaatadaptatie bonussen: de toelageregeling moedigt het verhogen van de impact van de genomen ingrepen aan. Ingrepen die verdergaan dan basisingrepen, komen in aanmerking voor één of meerdere klimaatadaptatie bonussen: 1.natuurbonus: voor het verhogen van de positieve impact op biodiversiteit door het toepassen van soortenrijke beplanting. 2.waterbonus: voor het verhogen van de positieve impact van de ingrepen op waterveiligheid en droogtebestendigheid door het toevoegen van extra waterberging, -buffering, -vertraging, -verdamping en/of hergebruik.
Klimaatadaptatie: aanpassing van natuurlijke en menselijke systemen aan de huidige en de te verwachten gevolgen van klimaatverandering.
Substraat: natuurlijk (niet-chemisch) product dat zorgt voor structuur en voor de opslag van water, lucht en voedingsstoffen(minerale elementen en organische stoffen) in functie van de gewenste vegetatie. De substraatlaag is de bewortelbare ruimte,waaruit de vegetatie haar voedingsstoffen haalt.
FLL-gekeurd substraat: een substraat dat voldoet aan de richtlijnen “Dachbegrünung”, vastgesteld door Forschungsgesellschaft Landschaftsentwicklung Landschaftsbau (FLL) en hier een keuringslabel voor draagt.
Plat dak: een dak met een hellingsgraad lager dan 15°.
Groendak: een dak bedekt met vegetatie en een aantal onderliggende lagen die nodig zijn voor de ontwikkeling van deze vegetatie en de opslag van regenwater.
Retentiedak: een dak waar het regenwater op blijft staan al dan niet onder of in de afwerkingslaag.
Schoon verhard oppervlak: dakoppervlakken (geen asbest), groendaken inbegrepen, en/of particuliere erfverhardingen waarvan het hemelwater dat afstroomt, als proper kan worden beschouwd.
Hemelwatertank of -reservoir: reservoir voor het opvangen en opslaan van hemelwater voor hergebruik. Ook een dynamisch retentiedak waaruit structureel hemelwaterhergebruik gebeurt, wordt beschouwd als een hemelwatertank.
Gebruikersequivalent (GE): is het aantal gebruikers waarop een gebouw voorzien is. Afhankelijk van de functie van een gebouw wordt de GE bepaald op basis van het aantal slaapkamers, medewerkers, leerlingen, bedden, gastenplaatsen,opgediende maaltijden, bezoekers. Het gebruikersequivalent kan dus afwijken van het actuele aantal bewoners.
Basisafname: is een volume aan regenwater dat dagelijks nodig is om de gebruikers van een gebouw (gebruikersequivalent)van voldoende regenwater te voorzien voor één kraan type en één toestel type.
Grotere afname: een grotere dagelijkse afname uit de hemelwaterput dan de basisafname door het aansluiten van extra toestellen.
Infiltratie: proces waarbij hemelwater dat van dakoppervlakken en/of particuliere verharde oppervlakken afstroomt, in de bodem sijpelt.
Buffervolume: nuttig waterbergend volume tussen noodoverloop en het laagste punt waar water kan blijven staan.
Noodoverloop: voorziening die aangesproken wordt als het buffervolume niet toereikend is en wateroverlast voorkomt.
Waterdoorlatende en -passerende verharding: een verharding waardoor hemelwater naar de bodem kan infiltreren.
Klimaatrobuuste ingrepen: ingrepen die ruimte creëren voor klimaatadaptatie: hemelwaterbeheer, hittebestrijding en biodiversiteit zoals onder andere het vervangen van verhard oppervlak door beplanting, de aanleg van een groendak, een regentuin.
Verhard oppervlak: daken, verharde buitenruimte, terrassen, waarvan hemelwater tot afstroming komt.
Ontharden: weghalen van verharde oppervlakken inclusief funderingen en onderfunderingen zodat de bodem weer doorlaatbaar wordt. Zo ontstaat ruimte voor groen en regenwater.
Vergroenen: aanbrengen van beplanting waar men onthardt, (bovengrondse) infiltratievoorziening aanlegt, op dakverhardingen of aan gevels.
Beplanting: gewas waarmee de grond of het groeisubstraat is begroeid, waaronder bomen, heesters, klimplanten, dwergstruiken, een- en tweejarigen, vaste planten (zoals varens, kruiden, grassen) en bloembollen.
Soortenrijke beplanting: gevarieerde beplanting van verschillende plantensoorten met extra aandacht voor beplanting die voedsel (nectar, stuifmeel, vruchten), nest- of schuilplaatsen biedt aan dieren.
Inheems plus (of inheems+): is een beplanting, die inheems is in Vlaanderen en waarvan Vlaanderen dus in het natuurlijk verspreidingsgebied ligt of een cultuurvariëteit is van een inheemse soort (bv. langer bloeiende vorm) maar niet-invasief. (Zie www.ecopedia.be - om na te gaan of een wilde plantensoort inheems of geïntroduceerd is en www.ecopedia.be/pagina/uitheemse-invasieve-planten voor de lijst invasieve planten van Natuur en Bos.)
Groene gevel: beplanting op of voor een gevel, met als doel te zorgen voor verkoeling door evapotranspiratie en schaduwwerking. Mogelijke vormen zijn onder andere zelfhechtende klimplanten (direct op gevel), klimplanten geleid langs raster, klimhulp of groeihek, en leibomen tegen muren (de grondgebonden systemen) of beplanting in een substraat tegen de gevel (niet-grondgebonden systemen).
Dit reglement gaat in op 01/01/2023.
Dit reglement eindigt op 31/12/2025.
De ondersteuning wil de klimaatrobuustheid van de stad en de levenskwaliteit van haar bewoners en bezoekers vergroten door in te zetten op het ontharden, aanleggen van groene daken en het bufferen, hergebruiken en infiltreren van hemelwater op privaatdomein. Hierdoor worden hittestress, wateroverlast en verdroging tegengegaan en de biodiversiteit verhoogd.
De ondersteuning wordt verstrekt door stad Antwerpen.
Rechtspersonen en (groepen van) natuurlijke personen, voor zover zij eigenaar of houder zijn van zakelijke rechten van een perceel op het grondgebied van de stad Antwerpen waarop schone dakvlakken en/of schone verharde oppervlakken zijn aangebracht.
Huurders komen ook in aanmerking op voorwaarde dat ze de schriftelijke toestemming hebben van de eigenaar of houders van de zakelijke rechten voor de activiteiten of werken.
Een groep van personen kan één aanvraag indienen waarbij de indiener, rechtspersoon of natuurlijke persoon, een volmacht heeft van de andere deelnemende eigenaren.
7.01 Deze ondersteuning kan aangevraagd worden voor de activiteiten/werken:
Basisondersteuning:
De ondersteuning beloont nieuwe basisingrepen op private percelen van de volgende vier thema’s:
Klimaatadaptatie bonussen:
Bijkomend moedigt de ondersteuning het verhogen van de impact van de genomen ingrepen aan door een extra bonus te geven voor het bereiken van een hoger kwaliteitsniveau.
Nieuwe ingrepen die verdergaan dan basisingrepen, komen in aanmerking voor één of meerdere klimaatadaptatie bonussen voor het verhogen van de positieve impact.
Hoe meer kwaliteit gecreëerd wordt op vlak van klimaatadaptatie en hoe groter de omvang van de ingrepen, hoe groter de voordelen en de ondersteuning waarop beroep gedaan kan worden. Vergunningsplichtige ingrepen kunnen ook genieten van een klimaatadaptiebonus wanneer de ambitie en de uitvoering groter is dan het wettelijk opgelegde niveau.
Volgende werken/activiteiten komen niet in aanmerking voor ondersteuning:
7.02 Om de ondersteuning te krijgen moet aan deze voorwaarden worden voldaan:
Algemene voorwaarden
Specifieke voorwaarden voor basisingrepen
Specifieke voorwaarden voor de klimaatadaptatie bonussen
Ingrepen komen pas in aanmerking voor de klimaatadaptatie bonussen als er eerst voldaan is aan de voorwaarden uit artikel 7.02 algemene voorwaarden en 7.02 specifieke voorwaarden voor basisingrepen.
Aanvragen kunnen doorlopend ingediend worden. In 2025, het laatste jaar dat dit reglement van kracht is, moeten aanvragen ten laatste op 1 oktober 2025 worden ingediend.
Vrijblijvend advies vooraf
De kandidaat aanvrager kan een adviesgesprek vragen met vertegenwoordigers van de stad. Dit moet 2 maanden voor het indienen van de aanvraag gebeuren. Tijdens het adviesgesprek gaat men dieper in op de beginsituatie van het perceel, wensen en doelstellingen van de kandidaat aanvrager, de geplande ingrepen met betrekking tot de thema's en voorwaarden van een eventuele ondersteuning. De kandidaat aanvrager ontvangt na het adviesgesprek een verslag van het gesprek.
Aanvraag ondersteuning
De ondersteuningsaanvraag moet worden ingediend voor de uitvoering van de ondersteunde werken. De aanvraag verloopt via een online aanvraagformulier en bevat minstens volgende elementen:
Verder dient de volgende informatie over de aanvrager te worden bijgevoegd (of ter beschikking gesteld worden):
De gegevens van de aanvrager zullen uitsluitend worden gebruikt in uitvoering van dit reglement.
De ontvangst en de volledigheid van de ondersteuningsaanvraag wordt bevestigd binnen een termijn van 21 kalenderdagen met een ontvangstmelding.
Wanneer de ondersteuningsaanvraag onvolledig is, stuurt de stad of het district aan de aanvrager een melding waarin wordt meegedeeld dat de aanvraag onvolledig is en dat de nodige aanvullende informatie moet worden overgemaakt binnen een termijn van 60 kalenderdagen.
Als het dossier niet binnen de opgelegde termijn vervolledigd wordt zal de aanvraag geweigerd worden.
Het bevoegde orgaan neemt een beslissing over de toekenning van de ondersteuning binnen een termijn van 90 dagen na de datum vermeld op de ontvangstmelding.
Het bedrag van de ondersteuning bedraagt maximum 50.000,00 EUR.
BASISONDERSTEUNING
De ondersteuning bedraagt een vast bedrag per genomen basisingreep (horizontaal gemeten). De hoogte van dit vast bedrag is verschillend per type ingreep/basisingreep:
KLIMAATADAPTATIE BONUSSEN
De ondersteuning bedraagt een vast bedrag per genomen klimaatbonus ingreep. De hoogte van dit vast bedrag is verschillend per type:
De ondersteuning is niet cumuleerbaar met ondersteuningen van derden of van de stad Antwerpen voor dezelfde bewezen uitgaven. Het totaal van de gekregen ondersteuningen van de ondersteuningverstrekker en derden mag de totale kost van het project niet overschrijden.
Uitbetaling zal binnen 60 dagen na de controle van de volledig ingediende rapportage gebeuren.
De werkzaamheden moeten binnen 12 maanden na het besluit tot toekennen van de ondersteuning zijn uitgevoerd.
Termijn indienen rapportage
Als de werkzaamheden klaar zijn, moet de aanvrager dit binnen 2 maanden melden bij de verstrekker en de rapportage indienen.
De rapportage verloopt via een online aanvraagformulier en bevat minstens volgende elementen:
Verder wordt de volgende informatie over de technische kwaliteiten van de betoelaagbare activiteiten zoals beschreven in artikel 7.01 basisingrepen en klimaatadaptatie bonussen bijgevoegd:
Als de rapportage onvolledig is, dan moet dit binnen 30 dagen vervolledigd worden.
Op eenvoudig verzoek van de verstrekker bezorgt de aanvrager bijkomende informatie.
De uit te betalen ondersteuning wordt steeds berekend op basis van de effectief uitgevoerde werken, met een maximum van het toegekende ondersteuningsbedrag.
De ondersteuning is niet cumuleerbaar met ondersteuning van derden of van de stad Antwerpen voor dezelfde bewezen uitgaven.
Het totaal van de gekregen ondersteuningen van de stad Antwerpen en derden mag de totale kost van het project niet overschrijden.
2020_GR_00611
Het reglement 2020_GR_00611 van 26 oktober 2020 wordt opgeheven met ingang van 1 januari 2023 met uitzondering van:
De wet van 14 november 1983 ‘betreffende de controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen’ is van toepassing, evenals alle andere toepasselijke wettelijke regels.
Het Kaderbesluit basisprincipes ondersteuningsbeleid zoals goedgekeurd door de gemeenteraad van 26 oktober 2020 (jaarnummer595).
Functie gebouw | Formule om gebruikersequivalent (GE) te bepalen |
---|---|
Eéngezinswoning | GE = (aantal slaapkamers) + 1 |
Meergezinswoning | GE = (aantal slaapkamers + 1) x aantal wooneenheden |
Kantoor | GE = aantal medewerkers x 0,33 |
School, onderwijsinstelling | GE = (aantal leerlingen x 0,1) + (aantal docenten x 0,5) |
Andere: | |
Fabriek, werkplaats | GE = aantal medewerkers x 0,5 |
Hotel, pension | GE = aantal bedden + (aantal medewerkers x 0,5) |
Camping, verblijfplaats | GE = aantal campingplaatsen x 2 |
Restaurant | GE = (aantal opgediende maaltijden per dag x 0,25) + (aantal medewerkers x 0,5) |
Culturele instelling, bezoekerscentrum, feestzaal, café | GE = (gemiddelde aantal bezoekers per dag) x 0,033 |
Sportcentrum | GE = (gemiddelde aantal bezoekers per dag) x 0,05 |
Home, centrum voor specifieke verzorging, gevangenis | GE = (aantal bedden x 1,5) + (aantal medewerkers x 0,5) |
Tel bij een gebouw met meerdere functies (bv sport + kantoorruimte) alle relevante rijen op.
Type hergebruik | Formule berekening dagelijks verbruik | ||
---|---|---|---|
Kies 1 type toestel | Toilet | GE x 21 liter per dag | A |
Wasmachine | GE x 16 liter per dag | ||
Ander toestel met een dagelijkse afname heel het jaar door | Volgens technische fiche - in afstemming met de ondersteuning verstrekker | ||
Kies 1 type kraan | Poetskraan | GE x 6 liter per dag | B |
Tuinkraan voor actief bewaterde buitenruimte | Oppervlakte actief bewaterde groene zone (m²) x 0,34 liter per dag | ||
Tuinkraan voor bewateringssysteem niet-grondgebonden groene gevelsysteem (4 liter per dag per m²) | Oppervlakte niet-grondgebonden groene gevel systeem (m²) x 4 liter per dag | ||
Basisafname gebouw
(liter per dag) | A + B |
Bereken eerst het GE (gebruikersequivalent) volgens Tabel 1.
Onder infiltratieoppervlakte wordt verstaan de som van de nuttige oppervlakken van de infiltratievoorziening. Met andere woorden de nuttige oppervlakte van de voorziening waarlangs het hemelwater in de bodem kan infiltreren. Hierbij maakt men een onderscheid tussen een
bovengrondse infiltratievoorziening en een ondergrondse infiltratievoorziening.
Bovengrondse infiltratievoorziening
Voor het bepalen van de infiltratieoppervlakte wordt de volledige schuine oppervlakte van het bekken (diepte meer dan 30 cm, deel boven de grondwatertafel en onder de overloop) ingerekend.
Bovengrondse infiltratievoorziening
Bron: Technisch achtergronddocument bij de gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwater (CIW Vlaanderen 2016)
Ondergrondse infiltratievoorziening
Ondergrondse infiltratievoorzieningen slaan tijdens een regenbui water op, dat daarna geleidelijk in de bodem kan infiltreren. Ze hebben een open structuur en zijn omringd met
grof materiaal zoals drainzand, of kiezels. De bodem van deze voorzieningen moet boven de gemiddelde grondwaterstand liggen.
Ondergrondse infiltratievoorziening
Bron: Technisch achtergronddocument bij de gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwater (CIW Vlaanderen 2016)