Welkom!

Antwerpen.be maakt gebruik van cookies. Aan de hand van die cookies verzamelt en analyseert Antwerpen.be informatie over uw bezoek. Genieten van een optimale A-ervaring? Bevestig met alle cookies toestaan. Stel voorkeuren in en bepaal welke informatie u met Antwerpen deelt. Houd er rekening mee dat bepaalde media enkel beschikbaar zijn indien u de cookies ervan aanvaardt. Antwerpen.be bewaart cookievoorkeuren. U kan ze aanpassen via cookies beheren. Meer weten? Raadpleeg onze Cookieverklaring. Antwerpen.be waardeert uw vertrouwen en wenst u een verrijkende surfervaring toe!

Brandweer Zone Antwerpen
Sergeant Eric in de kleedkamer

'Ski-trainer zijn' is eigenlijk ook een beetje 'sergeant zijn'

In de wintermaanden zoeken veel mensen al eens graag de besneeuwde bergtoppen op, om er daarna met skilatten of een snowboard af te racen. Dat is bij de pompiers van Brandweer Zone Antwerpen zeker niet anders. Maar één van de ferventste sneeuwliefhebbers is toch wel Eric Stappers (53). Eric is sergeant, ex-kampioen Alpijnse Ski én skicoach bij de Belgische skifederatie. “Het mooiste beroep en de mooiste hobby ter wereld”, zo zegt hij zelf.

Er zijn weinig mensen die kunnen zeggen dat ze het mooiste beroep ter wereld uitoefenen en daarnaast nog eens de allerleukste hobby hebben. Maar ik ben één van die gelukkigen: ik ben brandweerman en skitrainer. Als kind wou ik altijd al brandweerman worden - wie niet, hé? Maar ik kreeg nog extra prikkels van mijn nonkel Jos Stappers, die pompier op Kipdorp (Antwerpen Centrum) was. De verhalen die hij over zijn job vertelde, deden mij inzien hoe mooi en dankbaar de job is. Dat heeft mij overtuigd om ook pompier te worden. Ik begon in 1997 aan mijn brandweercarrière. Ik ben van de eerste lichting nieuwe brandweermannen en ben ondertussen gepromoveerd tot “de routiniers” of gewoon “de oude knarren”. Het blijft wel leuk als iemand mij vraagt van welke lichting ik ben en ik dan kan antwoorden: “de eerste”. (lacht)

Ook skiën is voor mij altijd al een passie geweest. Ik had de microbe meteen te pakken toen ik als vijfjarige met mijn ouders op skivakantie in Oostenrijk was. Mijn skileraar van toen zag wel iets in mij en pushte me om aan te sluiten bij een racing team. Zo gezegd, zo gedaan. Toen ik zeven jaar was, sloot ik mij aan bij het Belgische skiteam Casablanca. Eén van de grootste Vlaamse skiclubs die aan competitie deden. Uiteraard lijken de Belgische bergen niet op die van de Alpen, dus zij trainden op een borstelbaan. Dat is een stelling van ongeveer 120 meter waarop duizenden (kuis)borstels op balken worden geslagen. Op een borstelbaan heb je dezelfde skitechnieken nodig als op een echte piste, dus ik kon goed trainen daar. De club was heel competitief, dat wel. Maar ik vond dat juist goed, want zo kon ik mezelf constant verbeteren. 

België internationaal op de skikaart zetten

Vanaf mijn acht jaar deed ik bijna elk weekend mee aan wedstrijden. Om mezelf nog meer te prikkelen, deed ik ook regelmatig mee aan kunstbaanwedstrijden in Nederland. Ik begon alles in mijn categorie te winnen en dat was echt een zalig gevoel. Maar dat was natuurlijk allemaal ter voorbereiding om de “echte” sneeuw in te vliegen en België zo internationaal op de skikaart proberen te zetten. De goede voorbereidingen van thuis wierpen gelukkig hun vruchten af, want uiteindelijk werd ik in de Alpen 38 keer Belgisch kampioen, 1 keer kampioen van de Benelux en 1 keer kampioen van de Lowlands - dat zijn de niet-Alpijnse landen. Ik nam ook deel aan vijf wereldkampioenschappen en drie preselecties voor de Olympische Winterspelen

Mijn gloriejaren had ik toen ik internationaal ging. Vanaf mijn 18 jaar tot mijn 27 jaar zat ik quasi permanent in het buitenland om mijn sport te kunnen beoefenen. Door mijn skicarrière heb ik bijna heel de wereld rondgereisd. Denk maar aan het Alpengebied, Japan, Oceanië, IJsland, Rusland, Kazakstan, Canada, Verenigde Staten en nog veel meer. Ik ben heel trots op mijn Belgische titels. Ook omdat ik er op die manier mee voor zorgde dat het Belgische skiën internationaal werd. Op mijn vijf deelnames aan de wereldkampioenschappen ben ik ook enorm trots. Dat zijn nog steeds echte hoogtepunten van mijn skicarrière. Vooral het kampioenschap in Japan steekt er met kop en schouders bovenuit, dat door de andere cultuur die ik er leerde kennen en door de goede resultaten die ik er behaalde. 

Brandweerskills in de Alpen

Op mijn 27e ben ik gestopt met skiën, omdat ik financieel niet met de top mee kon. Professionalisme kost enorm veel geld. En jammer genoeg was er amper steun vanuit de Belgische skifederatie en stonden sponsors ook niet in een rij te wachten. Gelukkig viel ik na mijn stop niet in een zwart gat, want ik ben meteen na mijn eigen skicarrière als pompier en als trainer kunnen beginnen. In het begin was ik vooral clubtrainer, daarna een aantal keer trainer voor internationale clubs en federaties en privétrainer voor de beste Belgische skiër, maar het grootste deel van mijn carrière ben ik coach geweest van de Belgische skifederatie. Op dit moment ben ik trainer bij Lowlanders Alpine Ski Racing en bij BEAST, het Belgian Alpine Ski Team. Lowlanders is een samenwerking tussen zes skifederaties van de lage landen, namelijk die van België, Nederland, IJsland, Denemarken, Ierland en Luxemburg. BEAST is als Belgisch jongeren skiteam aangesloten bij Lowlanders, waardoor beide teams in feite één team vormen. 

Als coach train je personen of groepen het beste uit zichzelf te halen. Je begint steeds bij de basis en vormt ze tot echte toppers in hun discipline. “Trainer zijn” is veel meer dan zeggen hoeveel runs ze moeten doen of welke techniek ze moeten toepassen, want je bent ook hun mentor. Iemand waarop ze kunnen terugvallen als het allemaal wat minder gaat en iemand die hen de push kan geven om door te zetten. Ook duiden waarom oefenen belangrijk is, hoort bij mijn rol als trainer. Allemaal dingen die ik ook in mijn job als sergeant herken. De skills die ik in mijn job bij de brandweer heb geleerd, gebruik ik ook als trainer. Eén van de belangrijkste vaardigheden blijft wel de groepsbinding waarbij je elkaar aanmoedigt en helpt, ook al ben je concurrentie van elkaar. Ook uit mijn eigen skicarrière leerde ik veel eigenschappen, die ik vandaag in mijn job bij de brandweer gebruik. Dan heb ik het over veel talen spreken, gemakkelijk initiatieven nemen, me niet snel laten overdonderen enzovoort. Die eigenschappen gebruik ik niet alleen als sergeant, maar kan ik als trainer ook aan de jeugd doorgeven. Als ik dan zie dat ze me jaren later daarvoor dankbaar zijn, dan geeft dat enorme voldoening.

Eén van de hoogtepunten uit mijn trainercarrière is toch wel de oprichting van Lowlanders, waaraan ik heb meegeholpen. Of de Olympische Winterspelen in Vancouver waarvoor ik renners mocht trainen. Dat blijft voor veel renners toch de ultieme droom, zo aan de Olympische Winterspelen meedoen. En als trainer heb ik de eer om die droom te proberen verwezenlijken.

Drukke plannen 

Als mijn werk het toelaat, ben ik zoveel mogelijk in de bergen terug te vinden om anderen te trainen. Gelukkig neem ik verlof tijdens de niet-populaire verlofmaanden (lacht). Om zelf ook op de latten te staan, heb ik jammer genoeg te weinig tijd. Al mijn verlofdagen gaan al naar het trainen. Deze winter trek ik ook weer een paar keer naar de Alpen. Maar de grootste uitdaging moet nog komen. Dat wordt de Universiade in Lake Placid (VS). Daar zullen alle studenten het tegen elkaar opnemen in hun respectievelijke wintersport. Spannend, maar ik heb er alvast zin in! (lacht)

Eric op de latten
1|6
Eric tijdens een wedstrijd
1|6
Eric in 2022
1|6
Eric in de sneeuw
1|6
Eric geeft training
1|6
Eric met collega's
1|6