Van Steenbergen maakt een ontwerp
Eduard Van Steenbergen legde in 1948 een voorontwerp voor aan het college. Daarbij voegde hij een uitvoerige nota die de auteur als gids in en rond het gebouw gebruikt.
Het gemeentehuis is gebouwd in een deel van het Rivierenhof. Het is gelegen aan de Hooftvunderlei op ongeveer 150 meter van de Turnhoutsebaan en heeft een oppervlakte van ongeveer 15.000 vierkante meter.
De bouwgrond is begrensd: in het Oosten door de Hooftvunderlei, in het Zuiden door een brede met bomen beplante laan, in het Westen door een aanplantingsdienst van het park en in het Noorden door particuliere eigendommen en een servitudeweg.
“Langshenen die weg staan hoge bomen die een gewenste achtergrond voor het gebouw zullen vormen”. Bij de verkenning van het terrein merkt de architect op: “Op het terrein zelf ligt op de volle lengte, aan de drukke verkeersweg Hooftvunderlei, een elf meter brede dreef van hoogstammige bomen waarlangs op gelukkige wijze de toegang en het verkeer naar het nieuw gemeentehuis zal geleid worden.”
Van Steenbergen ontwierp de wegen rondom het gebouw als parkwegen. Naarmate er meer auto’s kwamen is een groot deel van de kavel geasfalteerd.
“Het nieuwe gebouw zal zich dus midden van een ongeveer 13000 m² grote hoving bevinden, ver genoeg verwijderd van de openbare verkeerswegen om een intense werking der administratie en eventuele plechtigheden niet te storen.”
Van Steenbergen maakte zich het meeste zorgen om de particuliere eigendommen aan de noordkant van het gebouw — de huizen aan de kant van de Turnhoutsebaan.
“Terwijl de zekerheid bestaat dat ten oosten, ten zuiden en ten westen de aansluiting met het Ter Rivierenpark nooit zal verbroken worden door eventueel op te richten gebouwen of het mooi uitzicht geschaad, toch bestaat er een zeker gevaar ten Noorden van het terrein daar het hier particuliere eigendommen geldt. Indien er niet met zorg door de gemeenteoverheid zou gewaakt worden. Een bepaalde aanleg en een aan het nieuw gemeentehuis aangepaste architectuur zou moeten opgelegd worden.”
Het gebouw is vrijstaand opgesteld met de grote Noord-Zuidas en het is dus zichtbaar langs alle kanten. Ontworpen als een samenhangend geheel zijn er nochtans voornamelijk drie delen in te herkennen:
- het representatief gedeelte, zetel van het gemeentelijk gezag
- het kantoorgebouw of administratief gedeelte
- het bijgebouw of gedeelte voor massabedeling (de herinnering aan de oorlog lag nog vers in het geheugen) en een auto- en fietsparking
Waar projecten nu vaak worden voorgesteld met een virtuele rondleiding in 3D, maakte Van Steenbergen senior op een schrijfmachine een nota van 10 bladzijden. Maar ook hij schreef alsof hij rondwandelde in het gebouw waarvan hij de voltooiing nooit zal kennen.