1 Inleiding
De huidige bestemmingen van het gebied die in het B.P.A. aan bod komen zijn volgens het gewestplan van 03.10.1979: een gebied voor dagrecreatie, een parkgebied en een agrarisch gebied met overschrijving van een reservatiegebied.
In deze memorie van toelichting wordt uiteengezet hoe het B.P.A. tot stand kwam, zowel wat betreft de plannings- als de ruimtelijke context.
Het was noodzakelijk om de bestemmingen meer in detail te bepalen en te definiëren gelet op de visie die ontwikkeld werd omtrent het openbaar vervoer en de snelle bereikbaarheid van de stadskern vanuit de stadsrand.
2 Situering
2.1 In het stadsgewest
Het gebied situeert zich ten noorden van het district Merksem en ten zuiden van het fort van Merksem. Het wordt begrensd door de Fortsteenweg ten noorden, de as van de gewestweg Bredabaan ten oosten, ten zuiden door velden die in de reservatiestrook van de grote ring gelegen zijn en ten westen door bewoning van de Fortsteenweg en volkstuinen.
2.2 In de omgeving
-
Grootwarenhuizen op grondgebied van Merksem en Schoten
-
Kmo-zone Merksem en Schoten
-
park- en recreatiezone rond het fort van Merksem
-
reserveringsstrook grote ring
-
Merksem
-
E19
-
woonwijk “De List” (grondgebied van de gemeente Schoten)
-
Bredabaan
2.3 Enkele kenmerken
Dit B.P.A. is ongeveer rechthoekig en de oppervlakte bedraagt 8,78ha, met een lengte van ongeveer 300m en een breedte van 290m. Momenteel zijn er verschillende sportvelden aangelegd waaronder twee voetbalterreinen, een korfbalterrein, zes tennisterreinen, een overdekte sporthal en enkele club- en materiaallokalen. Langs de kant van de Bredabaan is een beplantingsstrook met voornamelijk struikgewas en langs de zuidkant een beperkte wilde beplanting tussen de velden en sportvelden. (Voor de inventaris van de bomen wordt verwezen naar de bijlage.)
3 Planningscontext
3.1 Visie: beleidsdocumenten
3.1.1 Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen
Het RSV neemt duurzame ontwikkeling als uitgangshouding, d.w.z. dat de ruimtelijke ontwikkeling gebaseerd wordt op draagkracht en kwaliteit van de ruimte. Het optimaliseren van de bestaande verkeers- en vervoersinfrastructuur, waarbij de ruimtelijke condities voor het verbeteren van het collectief vervoer worden gecreëerd, behoort tot één van de basisdoelstellingen afgeleid uit de visie “Vlaanderen open en stedelijk”.
De doelstelling voor de stedelijke mobiliteit en de opwaardering en verlenging van de Ijzeren Rijn vormen het kader voor de visie op dit plangebied.
3.1.1.1 Kwaliteitsverbetering en capaciteitsuitbreiding van stads- en streekvervoer
In de gewenste ruimtelijke structuur van de stedelijke gebieden, is één van de doelstellingen van het beleid het aanmoedigen van een efficiënt en betaalbaar openbaar vervoer. Het realiseren of vrijwaren van openbaar-vervoerslijnen in combinatie met uitwisselingsmogelijkheden (Bike & Ride, Park & Ride) tussen openbaar vervoer en andere vervoersmodi (fiets, auto) wordt vooropgesteld. Deze kwaliteitsverbetering en capaciteitsuitbreiding is één van de noodzakelijke maatregelen om het stedelijk gebied autoarm te maken.
3.1.1.2 Opwaardering en verlenging van de Ijzeren Rijn en te ontwerpen A102
3.1.2 Bestuursakkoord Stad Antwerpen
Het globaal bestuursakkoord van de stad Antwerpen vertrekt vanuit het Globaal Structuurplan Antwerpen. Het leefklimaat wordt zwaar belast door het autoverkeer. Het stadsbestuur neemt zich voor de druk van het autoverkeer ernstig te verlichten, zonder echter de toegankelijkheid van de stad in gevaar te brengen. Een geoptimaliseerd openbaar vervoer en een doeltreffend parkeerbeleid worden in het vooruitzicht gesteld. Naast de verdere uitbouw van de pre-metro, dienen de voorstadslijnen zowel aan te sluiten op degelijke Park & Ride-voorzieningen als op een fijnmazig bovengronds gemeenschappelijk vervoersnet.
3.1.3 Globaal structuurplan Antwerpen
Het concept “stadseinder en satellietkernen” is een belangrijk uitgangsgebied voor het plangebied. De begrenzing van de stad doormiddel van een groene gordel (op basis van de fortengordel) wordt primordiaal gesteld. Tevens wordt ter hoogte van Keizershoek een Park en Ride voorziening voorgesteld om reeds de overstap op het openbaar in het suburbaan gebied mogelijk te maken.
3.1.4 BPA.s in de omgeving
In de onmiddellijke omgeving zijn er geen B.P.A.’s van toepassing dit zowel voor het grondgebied van Antwerpen als dat van Schoten.
3.2 Randvoorwaarden
3.2.1 Analyse van de bestemmingsvoorschriften van het gewestplan
Gebied voor dagrecreatie
Parkgebied
Agrarisch gebied met overschrijving van een reservatiegebied
-
artikel 11.4.1 van het KB van 28 december 1972 bestemd deze gebieden voor landbouw “in de ruime zin”
-
Reservatie- en erfdienstbaarheidsgebieden worden op de gewestplannen ingeschreven teneinde de realisatie van werken van openbaar nut mogelijk te maken of deze werken te beschermen of in stand te houden.
3.2.2 Bouwvrije stroken
3.2.3 Andere inrichtingsvoorwaarden
-
De Bredabaan (N1) wordt tussen Antwerpen en de Nederlandse grens geselecteerd als secundaire weg type III (ontwerp van ruimtelijk structuurplan provincie Antwerpen). Dit betekent dat de Bredabaan als drager van belangrijke fiets- en openbaar vervoerverbindingen zowel lokaal als bovenlokaal zal worden uitgebouwd.
-
De stamlijnen van het voorstedelijk vervoer van Antwerpen naar Kapellen-Putte en naar Wuustwezel lopen over de Bredabaan (ontwerp van ruimtelijk structuurplan provincie Antwerpen).
4 Visie
4.1 Stedelijk niveau
Om het doorgaand verkeer binnen de districten naar de stadskern op te vangen wordt getracht het openbaar vervoer zo ver mogelijk door te trekken en de aanleg te voorzien van park- & ridezones. Bovendien zal door het afnemen van het doorgaand verkeer en realisatie van een vrije tram- en busbaan een vlottere verkeersafwikkeling gerealiseerd kunnen worden.
4.2 Niveau plangebied
Door het herlokaliseren van de bestaande sportvelden kunnen een keerlus, een vrije tram- en busbaan en een parking voor personenwagens gerealiseerd worden. Deze park & ride voorziening dient een alternatief te bieden voor het doorgaand verkeer komende vanuit Brasschaat, Kapellen en Schoten. De inplanting van de park & ride voorziening houdt rekening met de beschikbaarheid van vrije percelen en met de mogelijke (parkeer- en verkeers)hinder voor eventuele aanliggende bewoning. Het ontbreken van aanliggende bewoning, toekomstige realisatie van een (goederen)spoorlijn en het doortrekken van de grote ring onderstrepen dat deze ligging de meest gunstige is. Het laat een realisatie toe die in de toekomst kan groeien naar gelang vraag en aanbod van het openbaar vervoer toenemen.
5 Concepten
5.1 Conceptelementen niveau I: Het plangebied in relatie tot de stad
Uitgangspunten
|
|
Conceptelementen
|
|
|
|
De reserveringsstrook voor de grote ring tussen Merksem en Wommelgem maakt deel uit van de open-ruimte-structuur, die de begrenzing vormt van de voorstedelijke en stedelijke agglomeratie.
|
|
De reserveringsstrook wordt gebruikt om de tweede goederenspoorontsluiting van de haven aan te leggen.
|
|
|
|
|
|
De open-ruimte-structuur kan als duidelijke begrenzing versterkt worden.
|
|
|
|
|
|
|
De Bredabaan vormt een noordelijke invalsweg naar Antwerpen.
|
|
De vrije tram- en busbaan op de Bredabaan vormen de noordelijke stamlijn van een bestaand of op korte termijn te ontwikkelen voorstedelijk openbaar vervoersnet. De park & ride voorziening moet een vlotte overstap van wagen op openbaar vervoer mogelijk maken.
|
5.2 Conceptelementen niveau II: Het plangebied als deel van Keizershoek
Uitgangspunten
|
|
Conceptelementen
|
|
|
|
-
Grootwarenhuizen op grondgebied van Merksem en Schoten
-
Kmo-zone Merksem en Schoten
-
park- en recreatiezone rond het fort van Merksem
-
reserveringsstrook grote ring
-
Merksem
-
E19
-
woonwijk “De List” (grondgebied van de gemeente Schoten)
-
Bredabaan
|
|
De tweede goederenspoorontsluiting van de haven zal de reserveringszone doorsnijden.
|
|
|
|
|
|
De open-ruimte-structuur vormt een lineaire buffer (corridor) voor de activiteiten langs de spoorlijn.
|
|
|
|
|
|
De park & ride maakt een vlotte overstap vanuit Kapellen en Brasschaat van wagen op openbaar vervoer mogelijk. Door de ligging aan de rand van de reserveringszone blijft een gefaseerde ontwikkeling van de park & ride mogelijk.
|
Uit de verschillende conceptelementen blijkt dat de park & ride zich bevindt op de grens van de voorstad. Door op die plaats een overstap naar het openbaar vervoer aan te bieden, kan door afname van het aantal wagens richting Antwerpen een bijdrage geleverd worden aan de verbetering van de (verkeers)leefbaarheid van de Bredabaan en aan de bereikbaarheid van de stad.
De versterking van de open-ruimte-structuur betekent enerzijds een duidelijker begrenzing van de voorstad. Anderzijds sluit de groene invulling ervan aan bij het recreatieve gebeuren van de fortsite. Op die manier wordt een duidelijke begrenzing van de kmo’s mogelijk.
5.3 Conceptelementen niveau III: Het plangebied en zijn directe omgeving
Uitgangspunten
|
|
Conceptelementen
|
|
|
|
1. bewoning; 2. sportvelden; 3. reserveringszone/open-ruimte; 4. groenbuffer; 5. voetweg; 6. Bredabaan; 7. Fortsteenweg;
|
|
Inplanting van de keerlus en parking park & ride sluiten aan bij de lokale ruimtelijke en verkeersstructuur. De parking park & ride kan door de sportclubs buiten de piekmomenten gebruikt worden.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Een ruime groencompensatie is onderdeel van de open-ruimte-structuur binnen de reserveringsstrook. Tevens worden de activiteiten van de site gebufferd ten opzichte van de spoorlijn.
|
6 Ruimtelijke voorstellen
6.1 Recreatie
Sportvelden
6.2 Park & ride
Parking park & ride
6.3 Parkgebied
6.4 Openbaar domein
Openbaar domein
7 Krachtlijnen voor het B.P.A.
Het B.P.A. wordt opgebouwd rond vier zoneringen:
De kwaliteitseisen die voorgesteld worden zijn:
-
vlotte bereikbaarheid
-
gemakkelijke en aangename overstapmogelijkheden
-
heroriëntering van de bestaande sportinfrastructuur en bijhorende lokalen
-
bufferzone-effect van park & ride door voldoende groenaanleg
8 Cijfergegevens
Zone voor recreatie
|
|
40389m²
|
46%
|
Sportvelden
|
46%
|
40389m²
|
|
Zone voor park en ride
|
|
12339m²
|
21,4%
|
Parking park en ride
|
11,3%
|
9953m²
|
|
Keerlus
|
10,1%
|
8848m²
|
|
Zone voor openbaar domein
|
|
7107m²
|
8 %
|
Openbaar domein
|
8%
|
7107m²
|
|
Zone voor park
|
|
21599m²
|
24,6%
|
Parkgebied
|
24,6%
|
21599m²
|
|
9 Bijlage
9.1 Inventaris van de bomen
Inventaris van de bomen
|
Aantal
|
Stamomtrek
|
Amerikaanse Eiken
|
20
|
tussen 60cm en 80cm
|
Inlandse Eiken
|
14
|
tussen 60cm en 120cm
|
Berken
|
55
|
tussen 60cm en 100cm
|
Wilg
|
1
|
70cm
|
Esdoorn
|
1
|
50cm
|
Lork
|
1
|
95cm
|
Coniferen
|
20
|
tussen 60cm en 80cm
|
Picea ex
|
2
|
40cm en 50cm
|
Prunus Serotina
|
6
|
tussen 50cm en 140cm
|
Struweel bestaande uit varens, Taxus, hulst, coniferen.
|
Inventaris van de bomen
|
Aantal
|
Stamomtrek
|
Eiken
|
94
|
tussen 30cm en 204cm
|
Berken
|
45
|
tussen 33cm en 129cm
|
Meidoorns
|
3
|
85cm
|
Italiaanse populieren
|
45
|
tussen 36cm en 242cm
|
Paardekastanjes
|
1
|
75cm
|
Wilgen
|
2
|
tussen 53cm en 85cm
|
Haagbeuken
|
40
|
tussen 30cm en 110cm
|
Beuk
|
1
|
157cm
|
Lijsterbes
|
1
|
94cm
|
Linden
|
5
|
tussen 63cm en 110cm
|
Sierappel
|
1
|
tussen 104cm
|
Esdoorns
|
2
|
41cm
|
Inventaris van de bomen
|
Aantal
|
Stamomtrek
|
Inlandse Eiken
|
57
|
tussen 60cm en 140cm
|
Berken
|
8
|
tussen 50cm en 75cm
|
Vogelkersen
|
3
|
tussen 90cm en 100cm
|
Abelen
|
17
|
tussen 50cm en 75cm
|
Er is geen waardevolle onderbeplanting. De heesterlaag ontbreekt.
|
|