4. Planningscontext

 

4.1. Relatie met het gewestelijk niveau

 

4.1.1. Ruimtelijk structuurplan Vlaanderen (RSV)

 

Het RSV is op 23 september 1997 bij besluit van de Vlaamse regering goedgekeurd. Op 12 december 2003 heeft de Vlaamse regering de herziening van het RSV definitief vastgesteld.

Antwerpen als grootstedelijke gebied binnen een stedelijk netwerk van internationaal niveau

Antwerpen is samen met een aantal randgemeenten geselecteerd als grootstedelijk gebied. Dit betekent dat ontwikkeling, concentratie en verdichting centraal staan, maar steeds met respect voor de draagkracht van het stedelijke gebied. Gelijktijdig maakt Antwerpen deel uit van het stedelijke netwerk van internationaal niveau, de Vlaamse Ruit. Dit gebied is van internationaal economisch belang.

Toeristisch-recreatieve ontwikkelingsperspectieven

Enkel in de gebieden die in het provinciaal ruimtelijk structuurplan als toeristischrecreatief knooppunt of netwerk van primair belang zijn aangeduid, zijn nieuwe toeristische en recreatieve voorzieningen met bijkomend ruimtegebruik mogelijk. De omvang en de reikwijdte van de voorzieningen moet getoetst worden aan de ruimtelijke principes voor de gewenste ruimtelijke structuur en moet afgestemd worden op de draagkracht van de ruimte en op het niveau van het stedelijke gebied. Medegebruik met andere activiteiten en functies staat steeds voorop.

Bovenlokale lijninfrastructuren

De Ring rond Antwerpen, R1, en de autosnelweg, E313/A13, zijn geselecteerd als hoofdwegen. De Singel, R10, is geselecteerd als primaire weg II.

4.1.2. Afbakeningsproces Grootstedelijk gebied Antwerpen

 

De nota versie 15 april 2005 is een voorstudie die nog niet goedgekeurd of bekrachtigd is door de Vlaamse regering. Het afbakeningsproces van het Grootstedelijk gebied Antwerpen is een uitvoering van de bindende bepalingen van het RSV. De afbakening en invulling van het stedelijk gebied worden in een volgende fase vertaald in gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen.

Rivierenhof binnen de afbakeningslijn

Het Rivierenhof is gelegen binnen de hypothese van afbakeningslijn van het Grootstedelijk gebied Antwerpen.

 

 

Rivierenhof als onderdeel van de Grootstedelijke open ruimte structuur

Binnen de Grootstedelijke open ruimte structuur wordt het Rivierenhof aangeduid als een onderdeel van het landbouwgebied met een belangrijk aandeel gelegenheidsbedrijven. Vanuit natuur wordt het Groot Schijn binnen het Rivierenhof aanzien als een waardevol aaneengesloten natuurlint met eveneens een belangrijke landschappelijke waarde. Grote delen van de valleien bezitten nog het traditionele karakter bestaande uit alluviale bossen, natte graslanden afgewisseld met kleine landschapselementen. Het Rivierenhof is omwille van de historische en architecturale waarde, aangeduid als landschappelijk waardevol. Volgens de gewenste open ruimte structuur functioneren het ringbos en de vijf Antwerpse parken, waarvan het Rivierenhof er één van is, als grootstedelijke parken. Zij zijn belangrijke schakels in de grootstedelijke groenstructuur. Zij garanderen de verweving van open ruimten doorheen het Antwerpse. De parken en het ringbos hebben zowel een ecologische als een recreatieve functie.

 [image]

 

 

4.1.3. Afbakeningsproces buitengebied

 

Voor het afbakeningsproces van het buitengebied is een verkenningsnota opgemaakt, die momenteel besproken wordt met de provincie en de betrokken gemeenten.

 

 

4.14. Gewestplan

 

 

Het gewestplan Antwerpen is op 05/08/1976 bij KB goedgekeurd.

Het merendeel van het Rivierenhof is bestemd als parkgebied. De voetbalvelden van Tubantia, Rapid en SAVA evenals de terreinen van de keeperschool, van korfbalclub Meeuwen en van tennisclub TC Ruggeveld zijn gelegen in gebied voor dagrecreatie. Ook de parking aan de Ruggeveldlaan, de korfbalvelden van Riviera, AKC en ATBS en het voetbalveld Sint Augustinus zijn in gebied voor dagrecreatie gelegen. De parking aan de Turnhoutsebaan, het Sterckshof, het openluchttheater, de school P.T.I. en het terrein ten westen van de keeperschool zijn bestemd als gebied voor gemeenschapsvoorzieningen en openbaar nut.

 

 [image]

Gewestplan

 

 

4.1.5. Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GewRUP)

 

Ten westen van het plangebied is het GRUP Oosterweelverbinding gelegen dat op 16 juni 2006 door de Vlaamse Regering is goedgekeurd. Het plangebied is aangeduid op het plan met weergave van de juridische toestand.

Antwerpen beschikt over een zeer uitgebreid wegennet en ligt op het kruispunt van verschillende belangrijke internationale wegen (E17, E19, E34-N49, A12). Al deze wegen worden verbonden door de kleine ring rond Antwerpen (R1). Het autoverkeer op de ring rond Antwerpen ondervindt meer en meer problemen als gevolg van verkeersopstoppingen en files door structurele knelpunten, ongevallen, wegenwerken en incidenten. De congestie heeft zware gevolgen voor de bereikbaarheid van de Antwerpse agglomeratie en vooral voor de haven en de industrie rond de haven. De R1 lijdt aan oververzadiging. Bij ongevallen of werken zijn geen haalbare alternatieven beschikbaar.

Om een antwoord te bieden op deze problemen, werd in 1997 het Masterplan Antwerpen opgesteld waarbij na onderzoek en afweging een reeks projecten zijn aangereikt die beschouwd kunnen worden als de “prioriteit der prioriteiten”.

Het gaat hierbij o.m. om de sluiting van de kleine ring (de Oosterweelverbinding), de optimalisatie van de Singel, de herinrichting van een aantal gewestwegen, een aantal stedelijke openbaar vervoersprojecten (tram) en enkele optimalisatieprojecten voor het waterwegentransport.

Het gewestelijk RUP ‘Oosterweelverbinding’ is een belangrijke stap in de uitvoering van het Masterplan Antwerpen. Het omvat het sluiten van de kleine ring R1 aan de noordzijde van de stad Antwerpen ter hoogte van Oosterweel.

 [image]

GRUP Oosterweelverbinding

 

4.2. Relatie met het provinciaal niveau

 

4.2.1. Ruimtelijk Structuurplan Provincie Antwerpen (RSPA)

Het RSPA is op 10 juli 2001 bij ministerieel besluit goedgekeurd.

Het Rivierenhof binnen de hoofdruimte ‘Antwerpse fragmenten hoeksteen van de Vlaamse ruit’ en de deelruimte ‘Grootstedelijk Antwerpen’

Het Rivierenhof maakt deel uit van de hoofdruimte ‘ Antwerpse fragmenten hoeksteen van de Vlaamse ruit’ waar binnen een sterk verstedelijkt gebied aandacht wordt geschonken aan het vrijwaren van de kwetsbare en natuurlijk waardevolle gebieden. Binnen deze hoofdruimte wordt het plangebied binnen de deelruimte ‘Grootstedelijk Antwerpen’ gesitueerd. De doelstellingen binnen deze deelruimte zijn het vernieuwen van het grootstedelijk gebied, het uitbouwen van kwalitatieve woonomgevingen, het vrijwaren van groene vingers, het verbeteren van de bereikbaarheid en het uitbouwen en inrichten van grootstedelijke assen.

Rivierenhof als toeristisch-recreatief knooppunt binnen een gebied van primair toeristisch-recreatief belang

Binnen de gewenste toeristisch-recreatieve ruimtelijke structuur worden een aantal toeristisch recreatieve knooppunten geselecteerd. Het betreft aantrekkingsgebieden met hoogdynamische infrastructuren van Vlaams of provinciaal niveau. Alleen de provincie kan voor deze knooppunten ruimtelijke uitvoeringsplannen opmaken waarin een specifiek ruimtelijk ontwikkelingsperspectief wordt vastgelegd. Het domein Rivierenhof is bij de opmaak van het RSPA niet geselecteerd als toeristisch-recreatief knooppunt. Het RSPA voorziet echter dat nieuwe toeristisch recreatieve knooppunten kunnen worden aangeduid ‘door een nog op te richten overlegorgaan’. Op 19 april 2006 legde de provincie de selectie van het Rivierenhof als bijkomend toeristisch-recreatief knooppunt vast. Bovendien is het stedelijk gebied Antwerpen geselecteerd als een gebied van primair toeristisch-recreatief belang.

Groot Schijn als provinciale natuurverbinding

Doorheen de stedelijke bebouwing van Antwerpen wordt het Groot Schijn als natuurverbinding tussen het anti-tankkanaal en de samenvloeiing van de beide Netes geselecteerd. Dit betekent dat het beleid gericht is op het behoud en op de versterking van het ruimtelijk structuurbepalend karakter door onder meer een stevige ecologische samenhang te realiseren.

Vallei van het Groot Schijn als open ruimte verbinding

Binnen het grootstedelijk gebied Antwerpen is de vallei van het Groot Schijn, met inbegrip van het Rivierenhof, geselecteerd als open ruimte verbinding. In het ontwikkelingsperspectief voor de open ruimte verbindingen wordt nieuwe bebouwing zoveel mogelijk geweerd en de ruimtelijke relatie tussen de verbonden gebieden gewaarborgd.

De N12 als secundaire weg type III

De N12 of de Turnhoutsebaan, die de noordelijke grens van het plangebied vormt, wordt geselecteerd als secundaire weg type III of een belangrijke fiets- en openbaar vervoersas met een lokale en bovenlokale verbindingsfunctie.

Bindende bepaling n°36

Voor de gebieden van primair toeristisch-recreatief belang worden geïntegreerde gebiedsgerichte strategische plannen opgemaakt.

 

 

 

4.2.2. Provinciale ruimtelijke uitvoeringsplannen (PRUP)

In of in de nabijheid van het plangebied zijn geen provinciale ruimtelijk uitvoeringsplannen gelegen.

 

 

4.3. Relatie met het gemeentelijk niveau

 

4.3.1. Strategisch Ruimtelijk structuurplan Antwerpen (s-RSA)

Het s-RSA is op 21 december 2006 door deputatie goedgekeurd.

Het Rivierenhof als onderdeel van de strategische ruimten binnen de zachte ruggengraat

Het Schijnvalleipark moet de ontwikkeling garanderen van een aaneengesloten park langs de Schijnvallei dat de verbinding maakt van de groene vinger in Wommelgem/Ranst met de Schelde en het centrum. Het park vormt zowel een functionele als een ecologische verbinding: enerzijds moeten de specifieke ecologische waarden rond de Schijn ontwikkeld kunnen worden, anderzijds kan het park tegemoet komen aan (recreatieve) noden in Deurne en Borgerhout. Belangrijk is wel dat de voorzieningen in het park rekening houden met belangrijke specifieke aspecten verbonden aan de Schijn, met name de doorwaadbaarheid van de bodem en de traditionele topografie. Informele sport is toegelaten.

Water in de stad

De mogelijkheden van de Waterstad moeten terug bekeken worden. De elementen die van strategisch belang zijn voor het herstel van het waternetwerk moeten opnieuw besproken, en waar mogelijk, actief gemaakt worden. Hierbinnen speelt de Schelde een cruciale rol. De grote beken en rivieren, waaronder het Groot Schijn, moeten onderdeel uitmaken van een grootschalig netwerk dat aansluit op de Schelde. Ook de historische waterstructuur, waaronder de Herentalse vaart dient bekeken te worden in de ruimtelijke structuur van de stad enerzijds en hoe dit een antwoord kan bieden op de verdroging van de stad anderzijds. Ook staat als suggestie naar de provincie vermeldt dat de parken verbonden dienen te worden met de Schelde.

Behoud en versterking waardevol patrimonium

Behoud van het waardevol patrimonium, zowel boven-als ondergronds, is een belangrijk aandachtspunt, waarbij het versterken van betekenissen en waarden van dit erfgoed vooropgesteld moet worden. Zorgvuldige inventarisatie van en systematische bewustmaking over het archeologisch en monumentaal patrimonium zijn prioritair. Voor alle cultuurhistorische en architecturaal waardevolle gebouwen moet een functiewijziging mogelijk zijn ten einde deze in stand te kunnen houden.

Groene Singel

Het gebied langs de Singel wordt gekenmerkt door de aanwezigheid van het spoorwegviaduct en door marginale, gefragmenteerde of eenvoudige groene buffers. Het voornaamste thema is het versterken van enkele verbindingen en het introduceren van een nieuw gebruik van de ruimten onder het viaduct. De mogelijkheid om enkele arcades te openen moet onderzocht worden. De herwonnen ruimte kan nieuwe functies huisvesten (kleine diensten , toegangen tot ondergrondse parkeerruimten of commerciële func ties) en kan nieuwe relaties tussen het achterliggende weefsel en de Singel mogelijk maken. Anderzijds moet de buffer ten opzichte van de snelweg versterkt worden. De wens bestaat om een eventuele groene schakel te verzekeren tussen het Rivierenhof en Spoor Oost, langsheen de Singel. Verondersteld wordt dat het project voor een nieuw park met gemengde functies (wonen en KMO) op de eigenlijke plaats ontwikkeld wordt. Dat is ook coherent met de noodzaak om de Singel, als groene stedelijke ruimte, de gepaste omvang te geven op een heel moeilijk punt. Daarnaast beslaat het project de reorganisatie van een publieke en uitgeruste ruimte, met de mogelijkheid de ruimte in de nabijheid van het station Antwerpen Oost mee op te nemen.

 

4.3.2. Bijzondere plannen van aanleg (BPA)

Ten noordwesten van het plangebied is het BPA Deurne Dorp gelegen op 26 juni 2007 bij ministerieel besluit is goedgekeurd.

Volgende ruimtelijke concepten liggen aan de basis voor de opmaak van het BPA Deurne Dorp:

 

  • Structurerend groen De vallei van het Groot Schijn wordt hersteld. Hierdoor wordt er naast de natuurlijke meerwaarde ook een extra geluidsbuffer voor de Ring gecreëerd. Bovendien wordt de vallei verbonden met het Rivierenhof en ontstaat er één groot aaneengesloten groengebied. Vanuit deze groene hoofdstructuur infiltreert het groen in het dorp waardoor de beeldkwaliteit van het openbaar domein verhoogt, het verblijfskarakter toeneemt, groene ruimten met elkaar verbonden worden (bijvoorbeeld Schijnvallei en begraafplaats St-Fredegandus) en toegangen worden geaccentueerd (bijvoorbeeld de toegang van het Rivierenhof aan de Turnhoutsebaan).

 [image]

  • Cultuurhistorisch weefsel als onderlegger Deurne-Dorp wordt gekarakteriseerd door het bewaard gebleven historische weefsel en de aanwezigheid van verschillende beschermde monumenten en dorpsgezichten, alsook vele waardevolle panden. Er wordt gekozen voor het behoud en de verdere bescherming van dit kleinschalige en specifieke weefsel. Dit wil echter niet zeggen dat er geen nieuwe ingrepen kunnen plaatsvinden en geen nieuwe impulsen kunnen gegeven worden.

 [image]

  • Centrumlocatie Doorheen de geschiedenis is het centrum van Deurne-Dorp richting districtshuis opgeschoven. Aangezien de aanwezigheid van drukke verkeersinfrastructuren op deze plek kan hier moeilijk gesproken worden van een centrale plek, in de betekenis van verblijfs- en ontmoetingsruimte. Er wordt geopteerd om het “centrum” van het dorp opnieuw te creëren op de historische plek waar ooit de eerste centrale plek in het weefsel gesitueerd was. Daarbij wordt nog een stap verder gezet door zowel het Rode Kruisplein, het Cogelsplein als de “blokken” in één gemeenschappelijke ruimte te vatten.

 

 [image]

 

 

Bereikbaar en ontsloten Voor de Turnhoutsebaan, als belangrijkste verkeersdrager door het gebied, worden een aantal keuzes gemaakt: De Turnhoutsebaan wordt ontwikkeld als openbaar vervoeras en as voor langzaam verkeer, wat op de eerste plaats een vlotte doorstroming voor het openbaar vervoer betekent, alsook meer aandacht voor de zwakke weggebruiker (aparte fietspaden, brede voetpaden, verhoogde oversteekbaarheid en een aangepaste snelheid van het gemotoriseerd verkeer). Het autoverkeer behoud zijn doorgang door Deurne-Dorp, maar zal in snelheid worden afgeremd. Vrachtverkeer zonder bestemming in Deurne-Dorp wordt buiten het dorp afgeleid. Dit impliceert een grondige aanpak van de Turnhoutsebaan en de kruispunten.

De nadruk wordt gelegd op het verblijfskarakter en de belevingswaarde van de Turnhoutsebaan in het voordeel van de centrumfunctie waardoor het accent van (verkeers)doorstromingsgebied naar (verkeers)verblijfsgebied verschuift.

 [image]

 

  • Geleid parkeren Er worden extra parkeerplaatsen gecreëerd aan het districtshuis en de parking van het Rivierenhof wordt uitgebreid tot tegen de Turnhoutsebaan. De zichtbaarheid en toegankelijkheid van de parking van het Rivierenhof wordt hierdoor verbeterd. Er wordt een parkeergeleiding ingevoerd. Er worden parkeerplaatsen gereserveerd voor bewoners, werknemers en bezoekers van het winkel-en voorzieningencentrum.

 [image]

 

  • Aantrekkelijke straten Een gunstig woonklimaat en de aantrekkingskracht van winkelstraten wordt mede bepaald door een aantrekkelijk straatbeeld. De samenhang van de straten op functioneel, ruimtelijk en mentaal vlak speelt hierbij een rol. De inrichting moet afgestemd worden op de functie en hiërarchie en op de activiteiten die plaatshebben in de straat- en pleinwanden.

 [image]

  • Samenhangend winkelgebied Een goed functionerend winkelcentrum vormt een ruimtelijk samenhangend geheel met een aaneensluiting van handelspanden (geen dode wanden). De winkelzone dient daarom geconcentreerd te worden langs de Turnhoutsebaan, vanaf het Cogelsplein tot aan het kruispunt met de Gallifortlei. Het accent ligt hier op het stimuleren van nieuwe initiatieven, met het oog op het creëren van een aaneengesloten winkellint. In de zone van het Cogelsplein, die hierop aansluit, ligt het accent meer op horeca. Voor de oostelijke zone langs de Turnhoutsebaan wordt een ontradend beleid gevoerd.

 [image]

Een cluster bovenlokale voorzieningen Nieuwe voorzieningen worden ingeplant op de as Fr. Craeybeckxlaan – Hooftvunderlei. Het groeperen van deze voorzieningen maakt het mogelijk een goede integratie in de omgeving te verwezenlijken en de verkeersafwikkeling hierop maximaal af te stemmen (ook voetgangers en fietsers).

 [image]

 

De cultuurhistorisch waardevolle kern van het dorp met de kenmerkende stegenstructuur blijft behouden. Het Rode Kruisplein – Cogelsplein worden opgewaardeerd tot verblijfscentrum van Deurne-Dorp. De vallei van het Groot Schijn wordt hersteld en het groen wordt via de straten in het woonweefsel doorgetrokken. Nieuwe voorzieningen worden geclusterd bij de bestaande concentratie. Tussen het Cogelsplein en de Gallifortlei wordt het winkelapparaat versterkt en gebundeld tot een samenhangend winkelgebied. Het parkeergebeuren wordt gereorganiseerd, waarbij de parking van het Rivierenhof en de parking aan het districtshuis uitgebreid worden. De Turnhoutsebaan wordt verder ontwikkeld als as voor openbaar vervoer.

 

 [image]

Het doortrekken van de vallei van het Groot Schijn over de Turnhoutsebaan creëert een groene toegangspoort tot het dorp, heeft een vertragend effect op het autoverkeer en verhoogt de beeldkwaliteit van de inkom van het dorp.

De Turnhoutsebaan als as voor openbaar vervoer impliceert een ondergeschikte rol voor het autoverkeer waardoor de twee dubbele rijstroken kunnen teruggebracht worden naar twee maal één rijstrook. Door deze versmalling ter hoogte van de Ring of Singel te lokaliseren, begint het dorp visueel ter hoogte van de Ring en vallen de appartementsblokken van Borgerhout morfologisch gezien binnen het dorp. De versmalde Turnhoutsebaan verhoogt de oversteekbaarheid en toegankelijkheid van de appartementsblokken en de parking van het Rivierenhof en plaatst de cultuurhistorisch waardevolle brug terug op het juiste schaalniveau.

 [image]

 

BPA Deurne Dorp

Het plangebied is aangeduid op het plan met weergave van de juridische toestand.

De woningen aan de Turnhoutsebaan en de Hooftvunderlei die grenzen aan de plangrens van het BPA zijn opgenomen binnen het plangebied van voorliggend PRUP. Dit is gebeurd op vraag van de provincie Antwerpen.

 

 [image]

 

 

 

 

4.3.3. Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GemRUP)

Ten oosten van het plangebied is het gemeentelijk RUP Ruggeveld – Silsburg gelegen dat op 26 januari 2009 definitief is vastgesteld door de gemeenteraad.

Het is de bedoeling dat de drie parken -Rivierenhof, Ruggeveld en Silsburg - samen één groot groengebied vormen, maar als stads- en recreatiepark onderling een verschillend, eigen karakter krijgen; waarbij Ruggeveld wordt uitgebouwd tot een hedendaags, actief sportpark met bovenlokale gerichtheid en Silsburg tot een park met lichtere vormen van recreatie, voornamelijk volkstuintjes, met eerder een lokale gerichtheid. De vallei van het Groot Schijn is daarbij de drager van het geheel, de vallei is ruimtelijk en naar functioneren een zeer belangrijk element. Water is trouwens in al zijn vormen (rivier, vijvers, watervlakken, vochtige delen) in het studiegebied aanwezig en kan op verschillende manieren als een kwaliteit worden uitgebuit (recreatief, educatief, ecologisch). Tegenover de waterrijke gebieden staan de drogere gebieden die heel wat functies en infrastructuren kunnen opnemen. Het is de wens van het District Deurne om functies die historisch te Ruggeveld zijn gegroeid hier ook te behouden, al dan niet op een andere plek, maar wel binnen de grenzen van het RUP. Dit geldt in het bijzonder voor de sportclubs en jeugdverenigingen die vandaag in het gebied Ruggeveld actief zijn en die dus binnen het gebied moeten kunnen blijven. Daar komt nog bij dat in het plangebied bijkomende ruimte wordt gezocht voor een aantal functies die op hun huidige plek moeten verdwijnen (bv zwembad Boekenberg) of voor nieuwe functies als een openluchtzwembad, een sporthal en er is ook interesse voor een overdekte skipiste. In Ruggeveld en Silsburg kunnen verschillende functies en recreatieve onderdelen worden geïntegreerd. De mate van en de manier waarop, dient goed gedoseerd. Teveel, te verspreid, te verschillend leidt tot versnippering en het verloren gaan van de basis van beide onderdelen, de nieuwe parkachtige samenhang. Bundeling is noodzakelijk.

 [image]

Volgende ontwikkelingsperspectieven worden vooropgesteld:

Ruggeveld:

° Doortrekking van de dreef van Rivierenhof als structurerend element voor de vernieuwde sportinfrastructuur en parkaanleg. De dreef als ruggengraat van het park.

° Ontwikkelen van een sportlandschap: bundelen van harde infrastructuur (gebouwen met velden er omheen), geïntegreerd in een parklandschap met een zachte overgang naar het meer natuurlijke parkdeel.

° Ontwikkelen van een sportcomplex met bovenlokale uitstraling. ° Ruimte voor het Groot Schijn: ruimte voor natuur- en landschapsontwikkeling, ruimte voor waterberging.

Silsburg ° Silsburg wordt ingericht als een recreatief landschap: tussen de Ruggeveldlaan en de Peter Benoitlaan: behoud van het bestaande recreatiegebied (voetbal en verenigingen). tussen de Peter Benoitlaan, de Boterlaarbaan en de Koude Beek: creatie van een zacht recreatiegebied met zones voor klein vee, volkstuinen, hondenclubs, fiets-en wandelpaden, bestaande tennisclub, …

° Ruimte voor de Koude Beek: ruimte voor natuur- en landschapsontwikkeling, ruimte voor waterberging.

 [image]

 [image]

RUP Ruggeveld -Silsburg

 

4.4. Sectorale studies en beleidsdocumenten

 

4.4.1. Studies en beleidsplannen m.b.t. de sector natuur en water

Ecologische inventarisatie en visievorming in het kader van integraal waterbeheer: Stroomgebied van het Groot Schijn

De studie is opgemaakt door Syncera Belgium in samenwerking met de Universiteit Antwerpen – departement Biologie in opdracht van AMINAL - afdeling Water en de provincie Antwerpen – dienst Waterbeleid en dateert van 28 oktober 2005.

De gronden die tussen het openluchttheater en de autosnelweg liggen, komen in een zone met ecologische doelstellingen voor. Belangrijke natuurbehouddoelstelling hier is het herstel van de relatie tussen het Groot Schijn en haar oevergronden. Dit zal gebeuren door een heterogene mengeling van voedselrijke hooilanden, ruigten, struweel en broekbossen waarbij de gronden ook voor waterberging in aanmerking komen. De huidige (vis)vijvers worden maximaal in dit natuurherstelproject geïntegreerd door een natuurvriendelijke (her)inrichting van de oevers. (Provinciaal Instituut voor Hygiëne, 2004)

Omdat dit scenario niet gemodelleerd is geweest gaat de toetsing gebeuren op basis van de geschatte overstromingszones in het Rivierenhof. Dit is gebeurd op basis van de zones die in september 1998 ook onder water hebben gestaan. Bovendien zijn exacte vegetatieopnames niet aanwezig van dit deel van de vallei.

Op de Biologische Waarderingskaart is het overgrote deel van deze zone aangegeven als kasteelpark, het gaat dus voornamelijk over graslanden, boomaanplanten (diverse soorten waaronder ook populieraanplanten) en aangeplante bosjes. Daarnaast ligt er ook een uitgestrekt elzenbroekbos beplant met populieren (het moerasbos), een rietveld – dotterbloemhooiland – moerasspiraearuigte (westelijk deel) en ook aan de oostkant een goed bewaart valleivegetatiecomplex met soortenrijke hooilanden, elzen -vogelkersbos en rietveld. Ten zuiden van het Groot Schijn bevindt zich ook nog een uitgestrekte visvijver.

Wanneer de natuurlijke vegetatietypes getoetst worden aan het model Waterberging en Natuur dan bekomt men een variëteit van combineerbaarheden, van slecht tot goed en ook kansrijke mogelijkheden. Het probleem dat zich hier stelt is alweer de waterkwaliteit die onvoldoende is om nu al overstromingen hier een kans te geven. Daarnaast moet ook rekening worden gehouden met de boombestanden die hier aangeplant zijn en zeer gevoelig zijn voor verdrinking tijdens overstromingen. Hier is dan ook plaatselijk boomsterfte te verwachten indien men dit scenario op deze grote schaal zou uitvoeren. Zeker in een openbaar domein als het Rivierenhof is dit een gevoelig punt, dat met de nodige aandacht en informatieverstrekking zal moeten afgehandeld worden. Als men eveneens de bestaande visvijvers mee wil opnemen in het bergingsgebied, zullen ook hier de nodige ingrepen gevraagd worden. Deze vijvers zijn immers zeer voedselrijk door de aanwezigheid van watervogels en het visbestand. Bij overstromingen zou er dus mogelijk een grote nutriënteninput kunnen komen naar het oppervlaktewater.

Hydrologische en hydraulische modellering van het stroomgebied van het Groot Schijn

De studie is in 2000 afgerond en is opgemaakt in opdracht van AMINAL – afdeling Water

In de hydrologische studie werden verschillende simulaties uitgevoerd die de waterstanden in onder andere het Rivierenhof weergeven. Het betreft het deel van het Rivierenhof tussen de Sterckshoflei en de Ruggeveldlaan.

Er werd een buiduur van 2 dagen met een terugkeerperiode van 25, 50 en 100 jaar onderzocht, ook een buiduur van 6 dagen met een terugkeerperiode van 25.50 en 100 jaar. Ook de overstromingen van 1998 werden in kaart gebracht.

Uit de hydraulische studie werden enkele scenario’s weerhouden:

  • Het openstellen van de sifon van het Groot Schijn onder het Albertkanaal en de debietsbeheersing hierdoor.

  • De bouw van een pompinstallatie aan de MIVA-overstort zal zeker een goed effect hebben op de afwatering doorheen de koker van het Schijn. Zelfs bij een 100 jaarlijkse ontwerpbui met buiduur van twee dagen zullen de pompen genoeg water kunnen overpompen naar het Lobroekdok zonder dat er overstort gebeurt naar het RWZI Schijnpoort.

  • Een indijking van het Groot Schijn doorheen het Rivierenhof tot 4.40 TAW kan de overstromingen vermijden. Gezien het natuurlijke karakter van het Rivierenhof moet deze optie verder worden bestudeerd.

Uit het algemene inzicht in de overstromingsproblematiek van het betreffende stroomgebied kan besloten worden dat de inplanting van het pompgemaal aan de MIVA -overstort de meest geschikte oplossing is. Aanpassingen aan het tracé van het Groot Schijn zelf zullen geen grote verbeteringen inhouden inzake overstromingsoppervlaktes gezien de grootte van de afgevoerde volumes.

 

4.4.2. Studies en beleidsplannen m.b.t. de sector landschap

Regionaal landschap De Voorkempen -samenwerkingsverband rond duurzame en toegankelijke groene ruimte in het peri-urbaan gebied ten noorden van Antwerpen

Het Regionaal Landschap De Voorkempen is een samenwerkingsverband tussen de provincie Antwerpen, het Agentschap voor Natuur en Bos, 15 gemeenten uit de Voorkempen en diverse verenigingen uit de open ruimte sector

De Voorkempen wordt gekenmerkt door een grote aanwezigheid van bos- en parkgebieden. Door de sterke verstedelijkingsgraad en de hoge dichtheid van de verkeersinfrastructuur zijn de bos-en parkgebieden echter sterk versnipperd. Deze versnippering heeft een sterke invloed op de natuurlijke en landschappelijke waarde van deze gebieden en op de beleving ervan door de verschillende gebruikers zoals recreanten. Om de versnippering tegen te gaan werd er een structuurvisie opgemaakt voor de noordelijke bosgordel rond Antwerpen.

Één van de aandachtspunten binnen de samenwerking is het verhogen van de toegankelijkheid en de recreatieve waarde van de Voorkempen. Niet zozeer met als doel om meer recreanten aan te trekken maar wel om de bestaande recreantenstromen beter te geleiden en zo ecologisch kwetsbare gebieden te vrijwaren van een te hoge recreatiedruk. Binnen de structuurvisie wordt hiervoor het principe van afnemende geleiding, hiërarchie van toegangspoorten en een duidelijk netwerk-en ontsluitingsconcept voorgesteld.

 

Hiërarchie van toegangspoorten wil zeggen dat recreanten geleid worden naar onthaalpunten, opgedeeld in verschillende niveaus afhankelijk van de uitrustingsgraad, de vervoerswijze en herkomst van de recreant. Het Rivierenhof is in de structuurvisie aangeduid als hoofdpoort.

Een hoofdpoort heeft een aantal algemene kenmerken:

  • ligt aan de rand van de Voorkempen,

  • sluit rechtstreeks aan bij het fietsknooppuntennetwerk en je vindt er ook aansluiting met andere recreatieve routes,

  • is goed bereikbaar vanaf het hogere wegennet (snelwegen en gewestwegen),

  • informatieaanbod over de (ruime) omgeving (de voorkempen algemeen, kasteeldomeinen zoals rivierenhof, de schijnvallei)

  • aanwezigheid van een horecazaak is belangrijk,

  • ruime parkeervoorzieningen,

  • fietsparking,

  • aanvullende voorzieningen zoals bijvoorbeeld een picknickmogelijkheid.

 

Het Rivierenhof ligt aan de rand van de Voorkempen en sluit als domein perfect aan bij het gebied van de Voorkempen dat onder andere gekenmerkt worden door zijn talrijke kastelen en parken. Gezien de ligging vlakbij het stadscentrum is het Rivierenhof de ideale schakel tussen de stad Antwerpen en de Voorkempen. Via de Schijnvallei heb je een rechtstreekse groene verbinding met de groene omgeving van de Voorkempen. Omgekeerd is de Schijnvallei en het rivierenhof een groene vinger vanuit het bebouwd perifeer landschap van de Voorkempen tot diep in stedelijk gebied van stad Antwerpen. De ligging aan de rand van de stad maakt het Rivierenhof optimaal bereikbaar met het openbaar vervoer, fiets en de auto en is een ideaal vertrekpunt als je het zuidelijk deel van de Voorkempen wil bezoeken, bijvoorbeeld op basis van het fietsknooppuntennetwerk.

Het Rivierenhof wordt mee opgenomen in een algemene communicatie en kan vermeld worden als het vertrekpunt voor fietsers en wandelaars die het zuidelijk deel van de Voorkempen willen bezoeken. Het Rivierenhof moet bijgevolg vooral beschouwd worden als de toegang vanuit het stad naar de Voorkempen.

Stadsbos Antwerpen

Het project ‘Stadsbos Antwerpen’ bestudeert de haalbaarheid van en de mogelijkheden voor stadsbosontwikkeling op het grondgebied van de stad Antwerpen. De realisatie van het project is lopende.

Keuzelocatie

Het Rivierenhof en de Schijnbeekvallei situeren zich binnen de keuzelocatie ‘Ertbrugge’ en worden aangeduid als verbindingsgebied. Ruggeveld wordt aangeduid als groene vinger.

 

Streefbeeld

Het streefbeeld voor het stadsboslandschap van Ertbrugge is een kleinschalig historisch boslandschap met verspreide parken en veldbossen en een veelheid aan lijnstructuren als dreven, houtkanten, heggen en andere kleine landschapselementen.

Visie en concept

Bremweide, Rivierenhof en het gebied Ertbrugge/Fortvlakte vormt de groene sluitsteen van Deurne Noord (groen hoefijzer in verstedelijkt gebied). Het gebied rond Ertbrugge biedt uitzonderlijke mogelijkheden om in te pikken op een aantal landschapshistorische waarden die als attractiepool kunnen functioneren. In het omliggende stedelijke gebied zijn tal van gelegenheden aanwezig die grote groepen mensen aantrekken en voor wie het stadsbos op deze plek een meerwaarde zou betekenen. Aanknopingspunten bieden vooral de diverse sportcentra, waarvoor het stadsbos op deze plek een meerwaarde kan betekenen.

Stadsbosontwikkeling en –vormgeving

De voorgestelde ontwikkeling voorziet in een versterking van de algehele bosstructuur vanuit de bestaande parken en bossen, middels de aanleg van verspreide veldbossen die de verbinding tussen de natuurkernen, waaronder het Rivierenhof, onderhouden. Betreffende de ontsluiting komt het erop aan om ook voor het Rivierenhof en de Schijnvallei een goede verbinding met het stadsbos te voorzien. Om de verbinding met de omliggende parkgebieden te realiseren is het noodzakelijk dat een doorgangsmogelijkheid behouden blijft aan het Ruggeveld naar de Schijnvallei en het Rivierenhof. Harde recreatievormen moeten worden uitgesloten. Sportvelden en –zalen zijn volop in de rand aanwezig en moeten verder tot de rand beperkt blijven. Dat belet niet om bepaalde sportactiviteiten met het stadsbos te verbinden.

Beleidsdoelstellingen

  • Versterken van de relatie Bremweide – Ertbrugge en Ertbrugge – Rivierenhof door een parkbosontwikkeling te accentueren.

  • Verbeteren van de verbinding tussen de gebiedsdelen door bijvoorbeeld vlotte en veilige oversteekbaarheid van de wegen.

  • Integreren van harde, vaak storende elementen in functie van de parkbosontwikkeling.

 

Inrichtingsvoorstel

Behoud en uitbouw van een ecologische verbindingszone naar de Schijnvallei en het Rivierenhof.

4.4.3. Studies en beleidsplannen m.b.t. de sector toerisme, recreatie en sport

Kinderen in de Provinciale Groendomeinen Regio Antwerpen: het Rivierenhof

De nota is opgemaakt door het departement Welzijn, Onderwijs en Veiligheid – Jeugddienst Provincie Antwerpen.

Voor het behoud en het activeren van de reeds bestaande ‘kindvriendelijke organisatiecultuur’ zijn volgende aanbevelingen van belang:

  • Promotie van de bestaande speel- en sportvoorzieningen.

  • De gerichte uitbouw van een speelparcours.

  • Het organiseren van belevingssessies als aanzet voor verdere exploratie van het domein.

  • Het organiseren van manifestaties die voldoende rekening houden met kinderen als mogelijk doelpubliek.

  • Behoud en uitbouw van de bestaande ‘ankerplaatsen’ voor jongeren.

 

Bij het promoten van de bestaande speel- en sportvoorzieningen wordt in eerste instantie gedacht aan het meer bekend maken van de avonturenhoek en ook aan de mogelijkheid voor het reserveren van sportvelden.

Op termijn kan men er ook naar streven om de huidige en toekomstige speelplekken visueel of ruimtelijk met elkaar te verbinden, zodat er een ‘speelweb’ tot stand komt. Wanneer men tussen de bestaande speelplekken nog een aantal extra speelaanleidingen als ‘stapstenen’ zou voorzien dan zou men kunnen spreken van een ‘speelparcours’ die de twee bestaande ‘speelpolen’ verbindt.

Om kinderen de mogelijkheid te geven om het park verder te ontdekken zijn educatieve activiteiten interessant voor zover ze vertrekken vanuit interessante verschijnselen die op het domein te vinden zijn. Belangrijk hierbij is dat men inspeelt op de speelse eigenheid en exploratiedrang van kinderen.

Ook kunnen manifestaties georganiseerd worden met kinderen als mogelijk doelpubliek. Verder is ook het behoud en de uitbouw van de bestaande ankerplaatsen voor jongeren gewenst. Hiermee worden de informele sportterreinen of andere accommodatie bedoeld.

Bouwen van 3 clubhuizen en heraanleg sportzone 'ruggeveld'

De provincie Antwerpen heeft een stedenbouwkundige vergunning verkregen voor het bouwen van 3 clubhuizen en het heraanleggen van de sportzone ‘ruggeveld’. De werkzaamheden zijn bezig.

 [image]

Bij de heraanleg van de sportzone Ruggeveld wordt een herschikking van de sportvelden voorzien met de meest dynamische of ruimtebepalende ter hoogte van de Parkweg. Centraal wordt voor elk van de sportactiviteiten een afzonderlijk clublokaal voorzien. Van aan de parking tot deze lokalen wordt een landschappelijk geïntegreerde doorstreek voorzien.

 

Gebouw voor technische diensten

De provincie Antwerpen is bezig met plannen voor het oprichten van een gebouw voor het huisvesten van de technische diensten die instaan voor het beheer en onderhoud van de Provinciale Groendomeinen Regio Antwerpen.

 

 

4.4.4. Studies en beleidsplannen m.b.t. de sector mobiliteit, verkeer en vervoer

Mobiliteitsplan Stad Antwerpen

Het mobiliteitsplan van de stad Antwerpen is conform verklaard door de Provinciale Auditcommissie (PAC) op 4 november 2004.

Onderstaande tabel geeft per vervoersmodi de gewenste verkeers- en vervoersstructuur voor de wegen die het Rivierenhof begrenzen en doorsnijden.

 

 

Openbaar vervoer

Functioneel fietsroutenetwerk

Provinciaal Fietsroutenetwerk

Recreatief fietsroutenetwerk

E34/E313

Regionaal openbaar vervoer

nvt

nvt

nvt

Turnhoutsebaan

Regionaal openbaar vervoer

Bovenlokale fietsroute

Bovenlokale fietsroute

nvt

Ruggeveldlaan

Regionaal openbaar vervoer

Alternatieve bovenlokale fietsroute

Alternatieve bovenlokale fietsroute

nvt

Hooftvunderlei -Sterckshoflei

Lokaal openbaar vervoer

Bovenlokale fietsroute

Bovenlokale fietsroute

Bovenlokale fietsroute

Parkweg

nvt

Alternatieve bovenlokale fietsroute

Alternatieve bovenlokale fietsroute

Bovenlokale fietsroute

Eksterlaarpad -Cornelissenlaan

nvt

Non-stop hoofdroute

Non-stop hoofdroute

Non-stop hoofdroute

In het park

nvt

Lokale fietsroutes

 

Dreef van Rivierenhof naar Turnhoutsebaan: bovenlokale fietsroute Parallel met Ruggeveldlaan: bovenlokale fietsroute Ten zuiden van E34/E313: bovenlokale fietsroute

 

 

Aanvullend op de bovenlokale selecties zijn in het mobiliteitsplan van de stad Antwerpen de Ruggeveldlaan en de Hooftvunderlei – Sterckshoflei geselecteerd als lokale wegen type wijkverzamelwegen.

 

 

Herinrichting Turnhoutsebaan

De heraanleg van de Turnhoutsebaan is één van de acties uit het Masterplan Antwerpen en gebeurt in opdracht van Beheersmaatschappij Antwerpen Mobiel (BAM) – bron: projectnota versie 2 augustus 2004 De heraanleg van de N12 gebeurt gefaseerd. Voor het traject August Van de Wielelei (met inbegrip van het plein) is het ontwerpdossier afgerond en aanbestedingsklaar. Het traject van de Turnhoutsebaan, ter hoogte van het Rivierenhof, is reeds heraangelegd. Dit project is uitgevoerd onder leiding van AWV. Het traject van de Turnhoutsebaan in het (versmalde stuk) in het centrum van Deurne wordt heraangelegd door AWV. Het is de bedoeling dat de tramsporen vernieuwd worden en dat de weg heraangelegd wordt.

Het typedwarsprofiel voor de Turnhoutsebaan gaat uit van een centraal gelegen vrije tram- en busbaan in beton met aan weerszijden een bomenrij. Afhankelijk van de locatie worden er tussen de sporen en de rijweg parkeerplaatsen in kassei voorzien. Op andere plaatsen wordt deze zone ingevuld met groen of met een halte-infrastructuur. De rijweg in asfalt is gereduceerd van 2x2 rijstroken tot 2x1 rijstrook. Ter hoogte van het Rivierenhof is een snelheidsregime van 50km/u voorzien. Over het gehele traject zijn dubbelrichtingsfietspaden voorzien om nodeloos oversteken te vermijden.1 Specifiek voor het Rivierenhof zijn volgende elementen van belang (het traject wordt hierbij van west naar oost overlopen):

  • Ter hoogte van de Beukendreef is een oversteekplaats voor fietsers voorzien, met een aansluiting op het fietspad, parallel met de Beukendreef. Ook is hier een plateau aangelegd om het verkeer op de Turnhoutsebaan af te remmen.

  • Ter hoogte van de Ter Rivierenlaan is een lichtengeregeld kruispunt voorzien. De Ter Rivierenlaan functioneert namelijk als een belangrijke verzamelweg voor het verkeer uit de wijk.

  • Tussen de Ter Rivierenlaan en de Venneborglaan bevindt zich een halte.

  • Ter hoogte van de vroegere directeurswoning is geen specifieke weginrichting voorzien.

  • Ter hoogte van de conciërgewoning is een verharde oppervlakte aangelegd zonder een welbepaalde bestemming (vanuit onderhoudsoverwegingen).

  • Ter hoogte van de school is een plein gecreëerd en is geen lichtengeregeld kruispunt meer voorzien.

  • Aan het begin van de August Van de Wielelei is een volgende halte aangelegd.

 

Herinrichting Turnhoutsebaan extra muros

De stad Antwerpen is bezig met plannen voor de herinrichting van de Turnhoutsebaan tussen de Leeuwlantstraat en de Singel. Momenteel is een startnota opgemaakt die dateert van juni 2008.

De doelstelling van de heraanleg van de as Turnhoutsebaan ter hoogte van Deurne bestaat er in hoofdzaak in het dorpskarakter van Deurne te versterken. De concrete inrichting van het openbaar domein en de verkeersruimte is erop gericht de verblijfswaarde op te krikken. Anderzijds gaat het om een stedelijke hoofdverkeersweg binnen de bebouwde kom met een sterke openbaar vervoersfunctie. Die tegenstelling tussen ambitie en aard van de weg leidt tot een inherente contradictie die enkel op te lossen is indien er ofwel duidelijke prioriteiten doorwegen, ofwel door op zoek te gaan naar een realistisch ruimtelijk compromis.

Het streefbeeld op stedelijke schaal toont de basisdoelstellingen van het studiegebied: een maximale uitbouw van de koppen om het C-segment te ontlasten en zachte connecties naar de binnenstad, de Schijnvallei, het Rode Kruisplein, over de Turnhoutsebaan en op de Craeybeckxlaan.

 

 

 [image]

Fietsroutes

De wandel-en fietspaden in het Rivierenhof sluiten aan op een aantal bovenlokale toeristische en functionele fietsroutes:

Functioneel kunnen volgende fietsroutes onderscheiden worden 2:

  • Hoofdroute: Hoofdroutes, ook wel non-stop hoofdroutes genoemd, zijn gemeentegrensoverschrijdend. Comfort (brede fietspaden, liefst in asfalt of beton) en veiligheid (zo weinig mogelijk kruispunten) zijn zeer belangrijk.

  • Functionele fietsroute: Functionele routes verbinden woonkernen en belangrijke functies. Ze zijn de kortste verbinding en lopen daardoor dikwijls langs drukke wegen (historische steenwegen die van centrum tot centrum lopen).

  • Alternatieve functionele fietsroute: Alternatieve routes zijn complementair aan de functionele routes, zodat de fietser kan kiezen tussen de kortste (functionele) of de veiligste en aangenaamste (alternatieve) route. De alternatieve routes zijn in de praktijk dikwijls schoolroutes.

  • Gewenste fietsroute Een verbinding vanaf de Ruggeveldlaan, parallel met de E34/E313 tot aan de Turnhoutsepoort (bestaande fietstunnel richting Sportpaleis). Dit zou een zeer nuttige verbinding uitmaken tussen Wommelgem en de stad.

 

Recreatief kunnen volgende bovenlokale fietsroutes onderscheiden worden:

  • Netwerk TPA (Toerisme Provincie Antwerpen):

Het netwerk TPA of fietsknooppuntennetwerk
LF-route:

De benaming LF-routes staat voor ‘Lange-afstand Fietsroutes’.
Brialmontroute: thematische route

Op lokaal niveau:

  • Recent gerealiseerde fietsroute: Enkele veel gebruikte fietsroutes, waarvan 2 recent vernieuwd, die vooral door scholieren en voor woon-werkverkeer worden gebruikt.

 

 [image]

 

 

4.4.5. Studies en beleidsplannen m.b.t. de sector geluid

Meting van de geluidshinder in het Provinciaal Domein “Rivierenhof”

In september 1991 en april 1992 zijn geluidsmetingen uitgevoerd door het Provinciaal Veiligheidsinstituut.

De studie omvat geluidsmetingen ter hoogte van het openluchttheater, de visvijver, de Schranshoeve en het directeursgebouw. Op de eerste 3 plaatsen wordt de geluidshinder voornamelijk bepaald door de autosnelweg terwijl aan het directeursgebouw de hinder vooral afkomstig is van de Turnhoutsebaan.

Uit de meetresultaten aan het openluchttheater blijkt dat de aanbevolen grenswaarden voor stille recreatie overtroffen worden. Op de bovenste rijen van de toeschouwersbanken wordt de aanbevolen waarde voor een stadscentrum benaderd. De metingen op weekdagen, buiten spitsuren, zijn representatief voor metingen tijdens het weekend.

Samengevat kan gesteld worden dat het geluidsniveau nagenoeg overal in het park boven de aanbevolen richtwaarden ligt, ongeacht welke grootheid en normen gehanteerd worden.

Indien de oplopende rijen van het theater beschouwd worden als een geluidswerende berm kan afgeleid worden dat er een verschil in geluidsniveau is van ongeveer 10 dB (A). Volgens deze studie kan de oprichting van een geluidswerende berm naast de autosnelweg voor meer dan 60% een gunstige invloed hebben. Door deze daling van geluidshinder zou een toestand kunnen gecreëerd worden die vergelijkbaar zijn met landelijke omgevingen en rustige woonwijken.

In deze studie werd een eerste reeks metingen gedaan en is een eerste mogelijke oplossing aangeboden. Deze studie is echter te weinig uitgebreid en heeft te weinig onderzocht om nu reeds af te leiden of een geluidswerende berm effectief en realiseerbaar is.