11.1. Globale gewenste ruimtelijke structuur

Vanuit de ambitie om door deze structuurvisie een samenhangend en overzichtelijk grootstedelijk park te creëren waarbij elke activiteit en functie haar plaats vindt, worden de bestudeerde landschappen binnen het domein vertaald in een aantal gebieden met elk gebiedsspecifieke kenmerken.

In het zuiden van het park wordt het natuurlandschap aangeduid als een gebied voor natuurbehoud waarbinnen de vallei van het Groot Schijn maximaal gevrijwaard wordt en waarbij een verdere vernatuurlijking het uitgangspunt is.

Centraal bevinden zich binnen het historische landschap een gebied voor cultureel erfgoed en tuinen en een gebied voor parkbeheer en educatie. Het gebied voor cultureel erfgoed en tuinen strekt zich uit rondom het kasteel Rivierenhof, het kasteel Sterckshof en het Openluchttheater. Er wordt een ruime toegankelijkheid voorzien met diverse toegangen en entrees. Aansluitend op dit gebied wordt een poortfunctie voorzien, dé entree of hoofdtoegang tot het Rivierenhof. Het gebied voor parkbeheer en educatie is meer oostwaarts gelegen en is gepositioneerd rondom bestaande bebouwing. Een verdere clustering is op deze locatie mogelijk.

In het sportlandschap worden de activiteiten ondergebracht in een oostelijk en een westelijk gebied voor sport; elk met eigen parkeerfaciliteiten. De ligging in het noorden van het park vergroot de toegankelijkheid van de gebieden. Door de locatie aan de randen van het park kan gelijktijdig het groendomein maximaal gehandhaafd blijven.

Bij de inrichting van het park dienen de resterende of te herstellen historische elementen te worden aangewend als basisstructuur. Naast een belangrijke landschappelijke en historische betekenis vervullen deze elementen ook een belangrijke rol als verbindingselementen en oriëntatiepunten binnen het park.

De verschillende gebieden worden met elkaar verbonden door een interne belevingsroute die de gebieden aan elkaar 'rijgt'. Op deze route sluiten diverse toegangen aan alsook een intern netwerk van paden en dreven. De bovenlokale functionele fietsroutes zijn rechtlijnige routes doorheen en aan de randen van het park. De bovenlokale recreatieve routes verbinden binnen het park diverse bezienswaardigheden. Op de noordelijke bovenlokale recreatieve route sluit de hoofdpoort of de hoofdtoegang tot het park aan. Voor gemotoriseerd verkeer worden aan de randen van het domein parkings voorzien met gescheiden toegangen. Op deze manier wordt het gemotoriseerd verkeer uit het park gehaald en wordt de zwakke weggebruiker een verkeersveilige omgeving aangeboden.

Uit bovenstaande kan geconcludeerd worden dat voor elke type activiteiten een welbepaald gebied wordt voorbehouden. Tegelijkertijd functioneert het Rivierenhof als een samenhangend park waarbinnen overal de benodigde kleinschalige parkinfrastructuur is toegestaan. Hierbij dient steeds aandacht uit te gaan naar de toegankelijkheid, naar het behoud van de archeologische restanten en naar de noden en behoeften van kinderen en jongeren in het park.

 

 [image]

Structuurschets