1.4 Relatie met het s-RSA

(zie bijlage 7.3 Strategisch ruimtelijk structuurplan Antwerpen (s-RSA))

Het RUP wordt opgemaakt in uitvoering van het strategisch ruimtelijk structuurplan Antwerpen (s-RSA), goedgekeurd door de Bestendige Deputatie op 22 december 2006. Het s-RSA is een ruimtelijk toekomstbeeld voor de hele stad en presenteert twee ruimtelijk strategieën: het generiek beleid en het actief beleid.

Binnen het generiek beleid zijn onder andere de beelden van de ‘ecostad’, de ‘poreuze stad’ en 'dorpen en metropool, recreatie' relevant voor het plangebied Galgenweel Oost.

Daarnaast worden de strategische ruimten voor de stad geselecteerd. Deze vervullen een sleutelrol in de stedelijke ontwikkeling. De strategische ruimte ‘zachte ruggengraat’ heeft betrekking op het plangebied Galgenweel Oost.

1.4.1 Zachte ruggengraat

Deze strategische ruimte heeft als voornaamste doelstelling het creëren van een krachtig samenhangend ecologisch systeem. Ze is bedoeld als ruggengraat, in interactie met de harde ruggengraat wordt hierdoor de hoofdstructuur van de stad bepaald. De zachte ruggengraat is een aaneenschakeling van vijf grote stedelijke parken, waaronder het Scheldepark op Linkeroever.

Het Scheldepark moet de ontwikkeling garanderen van een aaneengesloten parkstructuur langs het zuidelijke deel van de Schelde: op Antwerpen Zuid en Hoboken op Rechteroever en ook op Linkeroever. De verbinding van Linkeroever met andere parken zal gerealiseerd worden via de Groene Singel. De basisdoelstellingen voor het park zijn de ontwikkeling van bestaande of potentiële ecologische ruimten, ontwikkeling van water gelinkt aan sportactiviteiten en het versterken van de relatie met de woongebieden van Hoboken, Antwerpen Zuid en Linkeroever met de Schelde. Strategische projecten in het Scheldepark relevant voor het plangebied zijn: Scheldeboorden Linkeroever en Middenvijver.

Delen van het plangebied worden als onderdeel van de ruimte voor strategische projecten geselecteerd en wordt gesitueerd langs een groene (voetgangers)verbinding tussen het strategisch project Scheldeboorden Linkeroever enerzijds en het strategisch project Middenvijver anderzijds. Dit betekent concreet dat bijzondere aandacht moet besteed worden aan de landschappelijke inpassing en groene dooradering van het plangebied zodat het ingepast wordt binnen de stedelijke parkstructuur.

De regels voor de wijze waarop gebouwd kan worden in de Ecostad, zijn van toepassing op alle gebieden van de zachte ruggengraat.

1.4.2 Ecostad

Om de leefkwaliteit te verhogen, moet het stedelijk gebied zijn inwoners groene ruimtes kunnen aanbieden om elkaar te ontmoeten, te recreëren en te ontspannen. Om de gebruikswaarde te verhogen, dienen deze zones toegankelijk te zijn voor het publiek, door middel van paden voor voetgangers en fietsers. Het doel is een stedelijke structuur van open ruimtes te ontwikkelen, waar we een betere continuïteit en leesbaarheid nastreven. Er mag niet uitsluitend een passief en conservatief beleid gevoerd worden, gericht op natuurbehoud, maar ook een actief beleid door implementatie van een aantal ruimtelijke doelstellingen.

Het doel van de projecten gelegen in de stedelijke parkstructuur, is ook innovatieve oplossingen te ontwikkelen, die coherent zijn met het landschap en de integratie tussen open ruimten en stedelijke woonbuurten bevorderen. Ook bebouwbare zones (woongebieden, bedrijvenzones, recreatiegebieden, ...) kunnen deel uitmaken van de stedelijke parkstructuur.

  • Bebouwing innovatief oplossen.
    Nieuwbouw binnen of aan de rand van de stedelijke parkstructuur moet gezien worden als een gelegenheid om de grenzen van het park aan te passen, de toegankelijkheid te bevorderen en nieuwe woonstijlen te introduceren. De belangrijkste aandachtpunten voor deze gebieden zijn: toegankelijkheid, fronten, het ontwerp van de benedenverdieping en verdichting.

  • Ontwikkelen van een stedelijke parkstructuur.
    De stedelijke structuur van open ruimtes moet een betere continuïteit krijgen en een betere leesbaarheid. De ontwikkeling van de site Regatta (Prestibel) wordt expliciet genoemd in het s-RSA als een woonontwikkeling die onder specifieke voorwaarden van de Ecostad kan worden ontwikkeld.

  • Ontbrekende schakels.

Nieuwe ruimtelijke verbanden moeten gelegd worden tussen groengebieden, recreatieve voorzieningen en woongebieden, oa tussen de verschillende open ruimtegebieden van Linkeroever.

  • Recreatie.

Het park op Linkeroever is opgebouwd uit verschillende ruimtes, met specifieke kenmerken en onderdelen. Het recreatief project Galgenweel (Galgenweel en Middenvijver) betreft nieuwe ontwikkelingen in de gebieden bij het Galgenweel. De ontwikkeling van de voorzieningen in deze gebieden, die een sterk stedelijk programma krijgen (cultuurrecreatieve cluster op Middenvijver en ook toplocatie in de omgeving van Prestibel) worden beschouwd als een mogelijkheid om de stedelijke ruimte op Linkeroever te herwaarderen. Wat de projecten in het bijzonder toevoegen, is het bewust worden van een nieuwe manier van leven, dat de voordelen van het wonen in een park en langs de rivier benadrukt.

De recreatieve projecten moeten beschouwd worden als een mogelijkheid om een zeer groot programma op stedelijk niveau te spreiden, gebruikmakend van bestaande en nieuwe infrastructuur, om de huidige context te herwaarderen en een functionele link noord-zuid te leggen.

1.4.3 Poreuze stad

De stedelijke ruimte en haar verschijningsvormen moeten zich kunnen aanpassen aan de steeds wijzigende omstandigheden en leefgewoonten in de maatschappij.

  • Het in gebruik nemen van leegstaande gebouwen of onbebouwde percelen voor residentiële of economische activiteiten, eventueel gekoppeld aan de vernieuwing van het materiële weefsel en de open ruimte. Hierbij moet ook infrastructuur voor het sociale leven en het verenigingsleven gecreëerd worden.

  • Het verbeteren van de woon- en leefkwaliteit. Flexibiliteit van percelen en bebouwde structuren enerzijds, en toepassing van innovatieve concepten in het stedelijk weefsel anderzijds, moeten mogelijk blijven, teneinde de jongen gezinnen met kinderen terug naar de stad te brengen.

1.4.4 Dorpen en metropool - recreatie

Antwerpen wil een stad zijn waarin zowel inwoners als bezoekers zich goed voelen. De verschillende soorten voorzieningen, van sport tot cultuur tot onderwijs, moeten zowel verweven als geclusterd worden om zo tot rijkere en efficiëntere stedelijke ruimten te komen. De voorzieningen en diensten moeten aansluiten op openbaar vervoersknooppunten en moeten het karakter van de verschillende leefomgevingen eerbiedigen.

'Middenvijver/ Linkeroever centraal' wordt aangeduid als nieuwe cultuurrecreatieve cluster. Een cluster op bovenlokaal niveau, ingebed in een toegankelijke bovenlokale groenvoorziening. Middenvijver wordt gezien als een kruispunt tussen de noord-zuid georiënteerde recreatieve ruimtes op Linkeroever en de oost-west verbinding met de stad en heeft daarbij ook een doelstelling met betrekking tot de bovenlokale groenvoorzieing. Deze cluster beklemtoont de noodzaak aan een kwalitatieve omgeving, benut de mogelijkheid van de stamlijn voor openbaar vervoer en wil betere verbindingen aangaan met open ruimte en andere recreatiefaciliteiten. Groene en publiek toegankelijke relaties moeten behouden blijven tussen het stedelijk centrum van Linkeroever, het Galgenweel en het st. Annabos. Dit gebied is strategisch om verbinding te maken tussen de verschillende ruimten en bestaande voorzieningen.

De verschillende recreatieve clusters en toplocaties kunnen onderling met elkaar verbonden worden. Het is van groot belang om ook het omvangrijke informele circuit te ondersteunen.