7.2 Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan Antwerpen

Binnen dit provinciaal structuurplan worden vier hoofdruimten onderscheiden: de Antwerpse Fragmenten, de Noorderkempen, de Oostelijke Netwerken en het Netegebied. Antwerpen behoort uiteraard tot de Antwerpse Fragmenten. Elk van deze hoofdruimten werd verder uitgewerkt in deelruimten. Op die manier zijn 14 deelruimten afgebakend. De stad Antwerpen is onderdeel van de deelruimte ‘Grootstedelijk Antwerpen’.

Een ruimtelijk concept voor deze deelruimte vanuit de invalshoek van de provincie bevat volgende ruimtelijke principes:

  • Het grootstedelijk gebied wordt gezien als een geheel van gelijkwaardige grootstedelijke woonomgevingen met een hoog voorzieningenniveau. De meer perifere woonomgevingen nemen daarbij een aantal taken over van de kernstad. Het onderscheid tussen het voorzieningenniveau van deze laatste en dat van de andere woonomgevingen vervaagt. De dichtheid van de kernstad verlaagt, deze van de meer perifere woonmilieus verhoogt.

  • De samenhang tussen de verschillende woonomgevingen wordt verzekerd door grootstedelijke elementen als een grootstedelijke groenstructuur en grootstedelijke assen. De groenstructuur bestaat uit groene vingers, geworteld in de Antwerpse gordel en doorlopend in een natuurlijk netwerk verweven tussen de woonomgevingen. De grootstedelijke assen zijn dragers van voorzieningen, van hoogdynamische activiteiten en van openbaar vervoer.

  • De Schelde wordt opgenomen in een nieuwe gemengd groene, gemengd stedelijke vinger van het grootstedelijk gebied. Een nieuwe band van stedelijkheid aan het water met wonen, natuur en groen, dienstverlening en voorzieningen vervangt daarbij de vroegere en huidige bedrijvigheid.

  • De woonomgevingen worden verbonden door een hoogwaardig openbaar vervoer netwerk. In principe moet elke woonomgeving in contact staan met elke andere.

Het grootstedelijk gebied Antwerpen bestaat uit verschillende woonomgevingen. Deze vereisen een gedifferentieerd beleid. In meer perifere woonomgevingen wordt de morfologische en functionele dichtheid verhoogd tot een meer stedelijke dichtheid ten einde de morfologische en functionele dichtheid van Antwerpen kernstad (stadskern en negentiende eeuwse gordel) te verlagen. Deze woonomgevingen worden daardoor meer gelijkwaardig aan Antwerpen kernstad. De woonomgeving wordt tot deze meer perifere woonomgevingen gerekend. Hierbij is dringend nood aan kleine woningen.