8.1 Watertoets

Zoals voorzien in het decreet integraal waterbeheer wordt het plangebied afgetoetst op zijn ligging binnen overstromingsgevoelige gebieden. Dit gebeurt door het raadplegen van de kaartlagen van de watertoets:

  • het plangebied is niet gelegen in een overstromingsgevoelig gebied;

  • het plangebied is infiltratiegevoelig.

Het plangebied is grotendeels onverhard. Voor de realisatie van het plan zal evenwel bijkomende verharding voorzien worden. Dit geldt voornamelijk voor de onbebouwde driehoek. Het grasplein blijft onverhard.

Er wordt niet verwacht dat het project in negatieve effecten zal resulteren voor wat de waterhuishouding betreft.

In de voorschriften van het RUP is bovendien bijkomend bepaald dat:

  • woningen waarvoor de gewestelijke verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater niet van toepassing is, toch verplicht dienen te voorzien in een groendak (vertraagde afvoer) of een hemelwaterput;

  • de niet-bebouwde perceelsdelen moeten worden beschouwd als groenzones voor tuinaanleg;

  • verhardingen worden beperkt tot opritten, paden, terrassen e.d.