8 BIJLAGE 4: PLANNINGSCONTEXT

 

8.1 Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV)

Goedgekeurd bij besluit door de Vlaamse Regering d.d. 23/09/1997 en later gewijzigd

Volgende selecties zijn van toepassing:

  • Grootstedelijk gebied Antwerpen
    De bestaande ruimtelijke structuur van Vlaanderen, in het bijzonder van de stedelijke structuur, en de ruimtelijke principes voor de gewenste ruimtelijke structuur vormen de basis voor het toekomstig stedelijk beleid. Vanuit deze beleidsmatige benadering kan het principe van de gedeconcentreerde bundeling worden waargemaakt en de druk op het buitengebied worden verminderd.
    In het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen wordt Antwerpen aangeduid als grootstedelijk gebied gelegen in de Vlaamse Ruit (stedelijk netwerk van internationaal niveau).

  • Economisch knooppunt
    Ieder stedelijk gebied wordt beschouwd als een economisch knooppunt. De stedelijke gebieden zijn van doorslaggevend belang voor de economische structuur van Vlaanderen.

  • Hoofdwegen
    R1 van A1 (Ekeren) tot A14 (Linkeroever) wordt als hoofdweg geselecteerd.
    Tot de hoofdwegen behoren ondermeer hoofdtransportassen en achterlandverbindingen, waarvan sommigen onderdeel zijn van “Trans-European Networks (TEN)”, het Europese netwerk van transportassen. Ondermeer de Ring rond Antwerpen is onderdeel van het TEN.

  • Primaire wegen II
    De hoofdfunctie van de primaire wegen II is het verzamelen naar het hoofdwegennet en primaire wegen I.
    Nabij het projectgebied ligt de R10 (Singel) die geselecteerd is als primaire weg type II.

  • Hoofdspoorwegennet voor personenvervoer
    De Lijn Brussel-Antwerpen-Roosendaal behoort tot het net van de (inter)nationale verbindingen en de verbindingen van Vlaams niveau.

  • Hoofdwaterwegennet
    Naast zijn (inter)nationale verbindende functie ontsluit het hoofdwaterwegennet de belangrijkste economische knooppunten zoals de zeehaven van Antwerpen.
    Het hoofdwaterwegennet voldoet grotendeels aan de in Europees verband beschreven minimumklasse IV. Het bestaat uit ondermeer de volgende waterwegen: het Albertkanaal, de Schelde-Rijnverbinding en de dokken te Antwerpen en de Zeeschelde en de Bovenschelde.

 

8.2 Ruimtelijk Structuurplan Provincie Antwerpen (RSPA)

Goedgekeurd bij ministerieel besluit d.d. 10/07/2001 en later gewijzigd

In het kader van RSPA behoort het plangebied tot de hoofdruimte ‘Antwerpse fragmenten’. Dit is het deel van de Vlaamse ruit dat op grondgebied van de provincie Antwerpen gelegen is. Karakteristiek voor de hoofdruimte is de sterke verwevenheid van functies en activiteiten en de ambitie om te streven naar een stedelijke vernieuwing. De hoofdruimte ‘Antwerpse fragmenten’ wordt nog verder uitgewerkt in zeven deelruimten.

In de hoofdruimte Antwerpse fragmenten cirkelen de verschillende deelruimten rond het grootstedelijke gebied Antwerpen. Het plangebied is gelegen in de deelruimte ‘Grootstedelijk Gebied Antwerpen’.

De deelruimte ‘Grootstedelijk Antwerpen’ behoudt een centrale rol en biedt ruimte aan de meest hoogwaardige functies. Dat geldt voor wonen, bedrijvigheid, dienstverlening, grootschalige voorzieningen, (bv cultuur, gezondheidszorg, recreatie,..), distributie of verkeer. Een dergelijke concentratie van functies mag niet worden verzwakt door nieuwe polen van dit niveau te creëren.

In deze deelruimte wordt het zwaartepunt gelegd op de ruimtelijk-economische structuur van de provincie.

Eén van de doelstellingen van het ‘Grootstedelijk Gebied Antwerpen’ is het uitbouwen van een kwalitatieve woonomgeving. De morfologische en functionele dichtheid van Antwerpen kernstad kan worden verlaagd enerzijds door het doorlopend herwaarderen van het weefsel en anderzijds door het uitvoeren van herbestemmingprojecten.

 

8.3 Strategisch Ruimtelijk Structuurplan Antwerpen (S-RSPA)

(goedgekeurd door de deputatie van de provincie Antwerpen op 22 december 2006)

8.3.1 Algemeen

Het strategisch ruimtelijk structuurplan s-RSA werd goedgekeurd door de deputatie van de provincie Antwerpen op 21 december 2006.

Voor het s-RSA is in 2013 het initiatief genomen om een evaluatie en actualisatie door te voeren. Het evaluatierapport werd op 19 december 2014 goedgekeurd en hierna werd de actualisatiefase opgestart.

Het s-RSA opteert voor een subtiel ingrijpen op wat Antwerpen eigen is. Het tracht met een beperkt aantal strategische acties een maximaal stimulerend effect te hebben op de plek en zijn omgeving. Daartoe formuleert het een generiek en een gebiedsgericht actief beleid. Deze zijn complementair en kunnen niet los van elkaar worden bekeken.

 

 

8.3.2 Richtinggevend gedeelte

 

8.3.3 Generiek beleid

Het generiek beleid beoogt de opmaak van een algemeen referentiekader dat van toepassing is op heel de stad. Het tracht zeven beelden uit het collectief geheugen te versterken: Antwerpen als Waterstad / Ecostad / Havenstad / Spoorstad / Poreuze stad / Dorpen en Metropool / Megastad. Voor elk van deze beelden is een visie ontwikkeld die op haar beurt wordt vertaald in maatregelen en acties.

Volgens het beeld van ‘ecostad’ dienen er nieuwe ruimtelijke verbanden gelegd te worden tussen bestaande of beschermde, uitgeruste groengebieden, recreatieve voorzieningen en de woongebieden. Barrières (veelal mobiliteitsinfrastructuren) moeten hierbij weggewerkt worden. Deze verbindingen zijn essentieel voor het realiseren van het concept van een functionele en vormelijke complexiteit voor de open ruimte. Het ontwikkelen van de ontbrekende schakels (missing links) als kwaliteitsvolle open ruimtegebieden (toegankelijk maken) is een belangrijk onderdeel in de realisatie van de open ruimteverbindingen.

De site is gelegen ter hoogte van bestaande open ruimte: ecologisch en gebruiksgroen.

 

 [image]

 [image]

Selectiekaart ecostad, s-RSA

 

Vanuit de visie ‘spoorstad’ wordt de as Mechelsesteenweg en Grote Steenweg aangeduid als territoriale boulevard. De territoriale boulevards (met tramverbinding) en de alternatieve routes (voor autoverkeer) zijn wegen die het centrum van Antwerpen verbinden met andere centra in de regio (vaak de oude steenwegen), de buurgemeenten.

De tramlijnen op de territoriale boulevards worden steeds beschouwd als ruimtelijk structuurbepalend, zowel op het niveau van de straat (profielbepalend) en haar omgeving (functiebepalend) als op het niveau van de ganse stad. Ze maken van Antwerpen een ‘open’ stad voor de buurgemeenten; de tramlijnen maken deel uit van het collectieve geheugen van haar inwoners en haar bezoekers.

Aanvullend bij de selectie van de tramlijnen uit het Masterplan Antwerpen en Pegassusplan worden in het structuurplan een aantal bijkomende spoorlijnen voorgesteld. De voorstellen leggen geen lijnvoering vast; het is een stelsel van hardware dat kan ingezet worden voor combinaties van trajecten te bepalen door De Lijn. De uitvoering van deze voorstellen zijn suggesties aan De Lijn en kunnen nog verder onderzocht worden aan de hand van een potentieelonderzoek. Eén van de voorstellen voor een bijkomende spoorlijn is de Roderveldlaan tussen de Fruithoflaan en het station van Berchem.

 

 [image][image]

Situering plangebied binnen het s-RSA spoorstad

 

Vanuit het beeld van de ‘poreuze stad’ wordt gestreefd naar aanpassende verschijningsvormen.

Porositeit is een materieel gegeven en heeft betrekking op de morfologie van de stad. Het is gerelateerd aan de verschillen in het stedelijk ruimtegebruik en de verschillende stromen van gebruikers in deze ruimte. De stedelijke ruimte en haar verschijningsvormen moeten zich kunnen aanpassen aan de steeds wijzigende omstandigheden en leefgewoonten in de maatschappij. De porositeit van de stad moet gebruikt en verbeterd worden door handelsactiviteiten, wonen en werken te integreren in elkaars nabijheid. Het terugdringen van de leegstand is hieraan gekoppeld.

Buiten de Kernstad (Binnenstad + 19de-eeuwse gordel) worden de stedelijke centra en aanpalende oude wijken geselecteerd. Voor deze stedelijke centra annex oude wijken kunnen eveneens gebiedsgerichte RUP’s worden opgemaakt. Eén van deze stedelijke centra is Fruithof (dit is de buurt rond de Fruithoflaan).

Mede onder de noemer van de poreuze stad is een groenstrategie uitgewerkt die erop gericht is de leefkwaliteit te garanderen. In de publieke delen moet voldoende ruimte gelaten worden voor speelruimte op wijkniveau. De ruimtelijke inventaris van groene ruimten in de stad en de inventaris tekortzones buurt- en wijkgroen, moeten ingezet worden om op stadsniveau een groennetwerk uit te bouwen.

 

 [image][image]

Situering plangebied binnen het s-RSA poreuze stad

 

 

 

In het beeld ‘dorpen en metropolen, policentrische stad’ wordt Fruithof geselecteerd als lokaal centrum.

 

 [image][image]

Situering plangebied binnen het s-RSA poreuze stad

 

 

Vanuit het beeld van ‘dorpen en metropolen, recreatie’ wordt het Rooi geselecteerd als cultuurrecreatieve toplocatie. Het Rooi is een bestaande cluster, die in het project van het stedelijk centrum wordt verbonden met het speelplein aan de overkant van de spoorlijn. De site bedient nu drie secundaire scholen. Het gaat om een bestaande cluster, goed gestructureerd en compact, zonder ruimtelijke tekorten. De ambitie hier is het openstellen van het gebied voor publiek gebruik. Daarnaast moet ook het recreatief medegebruik met de aanwezige sportvelden versterkt worden.

De goede bereikbaarheid van het gebied wijst op een locatie voor topvoorzieningen, wel met aandacht voor het concept van de Singel en een bijkomende tram om congestie in de omgeving te vermijden.

 

 [image]

 [image]

 

 

Situering plangebied binnen het s-RSA dorpen en metropolen, recreatie

 

 

8.3.4 Actief beleid

Het actief beleid concentreert zich op vijf strategische ruimten: Harde Ruggengraat / Zachte Ruggengraat / Groene Singel / Levend Kanaal / Lager Netwerk met Stedelijke Centra. Binnen deze ruimten worden strategische programma’s geformuleerd, die op hun beurt specifieke projecten omvatten.

In het actief beleid van het s-RSA wordt het plangebied gecatalogeerd als een gebied van strategisch belang voor het lager netwerk met stedelijke centra.

Fruithof is geselecteerd als stedelijk buurtcentrum:

Doelstelling is de relatie te verbeteren tussen de verschillende voorzieningen en de lokale winkelstraat.

Dit buurtcentrum is ontwikkeld ten zuiden van Berchem station, langs de spoorweg. Het bestaat vooral uit een groot sportterrein, met daar rond lokale voorzieningen en woongebouwen met een hoge kwaliteit. De winkels zijn gelegen aan de Fruithoflaan, en dus aan de rand van het buurtcentrum. De spoorweg vormt een muur, die deze kern fysiek scheidt van een woonwijk die gelegen is tussen de twee zuidwaarts lopende spoorlijnen. Werken aan de spoorwegberm om passages en doorgangen te maken, kunnen de verbinding verbeteren tussen de twee gescheiden wijkdelen. De winkelstraat moet beter ontsloten worden naar het noorden via de Berchemboslaan. De open ruimte onder de bestaande torenblokken en het sportterrein moet beter verbonden worden.

 

 [image]

 [image]

Strategische ruimten, programma’s en projecten, s-RSA

 

8.4 Andere beleidsplannen

 

8.4.1 BPA nr. 9/14 De Veldekens

Het BPA De Veldekens is goedgekeurd op 21 oktober 1989. Het gaat om het gebied ten noorden van de Berchemstadionstraat dat door dit BPA bestemd is voor eengezinswoningen, appartementen, winkels, kantoren en handelscentra.

 [image][image]

BPA nr. 9/14 De Veldekens

 

8.4.2 BPA nr. 9/14 De Veldekens Wijziging

Het BPA De Veldekens wijziging is goedgekeurd op 1 april 2007.

 [image][image]

BPA nr. 9/14 De Veldekens

 

 

8.4.3 Voorontwerp Bovenlokaal Groenplan – Levendig landschap

Het voorontwerp van het Bovenlokaal Groenplan ‘Levendig landschap’ werd in juni 2015 door het college van burgemeester en schepenen goedgekeurd.

Het groenplan betreft een richtinggevend beleidsdocument voor wat betreft de gewenste kwantiteit en kwaliteit van het groen.

Het Rooi is in het groenplan geselecteerd als een recreatiecluster. Recreatieclusters zijn open ruimten in de stad waar recreatieve functies ten volle ontwikkeld kunnen worden zowel voor clubsport als voor andere (volkstuinen,...).

8.4.3 Voorontwerp Bovenlokaal Groenplan – Levendig landschap

Het voorontwerp van het Bovenlokaal Groenplan ‘Levendig landschap’ werd in juni 2015 door het college van burgemeester en schepenen goedgekeurd.

Het groenplan betreft een richtinggevend beleidsdocument voor wat betreft de gewenste kwantiteit en kwaliteit van het groen.

Het Rooi is in het groenplan geselecteerd als een recreatiecluster. Recreatieclusters zijn open ruimten in de stad waar recreatieve functies ten volle ontwikkeld kunnen worden zowel voor clubsport als voor andere (volkstuinen,...).

8.5 Lopende of geplande projecten in de buurt

In of onmiddellijk aangrenzend aan het plangebied zijn een aantal projecten gepland of in onderzoek.

Heraanleg openbaar domein en parking Filip Williotstraat

Ter hoogte van het congrescentrum ALM zal het openbaar domein heraangelegd worden. De ontsluiting wordt aangepast, er worden fietspaden voorzien en nieuwe groene zones aangelegd.

De werken zijn gepland voor begin 2016.

 [image]

Heraanleg openbaar domein Filip Williotstraat

 

Parkeeronderzoek zone Rooi en Veldekens Berchem

Om inzicht de geven in de parkeerproblematiek en hoe deze toebedeeld is aan de verschillende functie en activiteiten in en rond het gebied werd er op donderdag 2 april 2015 een parkeeronderzoek uitgevoerd in de zone Berchem extra muros, waar de zones Rooi en Veldekens toe behoren. Om een duidelijker inzicht te krijgen in de parkeerproblematiek is beslist om een bijkomend parkeeronderzoek uit te voeren op de 2 drukste dagen (voor de sportactiviteiten) zijnde woensdag en zaterdag om een nulmeting te hebben. Het vorige onderzoek werd op een donderdag uitgevoerd, waardoor het effect van de vele sporters en bezoekers bij thuiswedstrijden, niet in kaart werd gebracht.

Het Rooi zelf beschikt niet over parkeerplaatsen op eigen terrein. Aan het voetbalstadion van Berchem sport ligt een parking van ongeveer 50 à 60 parkeerplaatsen.

Het parkeeronderzoek bestaat uit volgende onderdelen

  • een bezettingsgraadmeting

  • een parkeerduurmeting

De bezettingsgraad- en parkeerduurmeting worden op hetzelfde ogenblik uitgevoerd. Hierbij wordt elke telronde de nummerplaten van alle geparkeerde wagens genoteerd. Foutparkeerders worden apart vermeld.

Het parkeerduuronderzoek is gebeurd op volgende dagen:

  • vrijdag 27 november van 16u tot 24u

  • zaterdag 28 november van 6u tot 22u

  • zondag 29 november van 8u tot 18u

  • woensdag 2 december van 6u tot 22u

 

Men heeft op deze dagen de nummerplaten van de geparkeerde wagens elke twee uur geregistreerd. Om het aandeel bewoners per plaatsperiode en in de totale bezetting te achterhalen, worden de nummerplaten die tijdens de nachttelling van 2 april 2015 genoteerd zijn (we gaan ervan uit dat dit allemaal bewoners zijn) vergeleken met de genoteerde nummerplaten overdag.

De verwerking van de resultaten wordt tegen eind januari 2016 verwacht.

 

MOBER Het Rooi

De stad plant de opmaak van een Mober voor de site Het Rooi.

De studie heeft tot doel om de toekomstige mobiliteitstoestand in te schatten, zowel doorheen het jaar als op dagen dat er een grote (voetbal)wedstrijd wordt georganiseerd. De onderzoeksvraag die hieruit volgt is tweeledig:

  • Ten eerste dient te worden onderzocht welke maatregelen inzake parkeren dienen genomen te worden om te voorkomen dat er in de omliggende woonbuurten een parkeerdruk ontstaat.

  • Ten tweede wordt op de verschillende piekmomenten de afwikkeling van de kruispunten in de buurt bestudeerd:

    • Berchemstadionstraat – Filip Williotstraat

    • Berchemstadionstraat – Roderveldlaan

    • Arbeidersstraat - Roderveldlaan

 

Het Mober wordt begin januari 2016 opgestart en zal geïntegreerd worden in de planMERscreening die voor het RUP wordt opgemaakt. Het MOBER dient bijgevolg opgeleverd te worden tegen eind maart 2016.