|
RUP BROUWERSVLIET | |||||
|
COLOFON Stad Antwerpen Stadsontwikkeling, Omgeving, Ruimte Grote Markt 1, 2000 Antwerpen Tel +32 3 338 23 80 ruimtelijkeplanning@antwerpen.be
Studiebureau Sweco 1 ALGEMENE VOORSCHRIFTEN 1.1 Afstemming categorieën van gebiedsaanduiding In volgende tabel wordt aangegeven in welke categorie de bestemmingszone uit voorliggend RUP valt.
1.2 Algemene ruimtelijke kwaliteit en milieukwaliteit De gebiedsontwikkeling van het Eilandje volgt het principe van de duurzame stedenbouw of stedenbouw die in alle stadia van het planproces maximaal kansen en mogelijkheden benut om een hoge ruimtelijke kwaliteit in combinatie met een hoge milieukwaliteit tot stand te brengen, en die deze in de tijd weet te handhaven, zodat ook toekomstige generaties daarin delen.
In functie van de gewenste beeld- en belevingskwaliteit moeten de constructies en de inrichting van het gebied kwaliteitsvol uitgevoerd worden. Zowel de architectuur van de gebouwen als de vormgeving en inrichting van de buitenruimte moeten bijdragen tot een verhoging van de ruimtelijke kwaliteit.
Alle constructies moeten uitgevoerd worden met het oog op de functionaliteit (het gebruik van de ruimten), de herkenbaarheid (aard van de activiteiten en locatie) en het verhogen van de beeldkwaliteit (plaatsing en vormgeving).
De constructies en de inrichting van het gebied moeten voldoen aan de gewenste milieukwaliteit. Zowel de vormgeving en uitrusting van de gebouwen als de inrichting en uitrusting van de buitenruimte moeten een zo minimaal mogelijke milieubelasting tot stand brengen (en waar mogelijk een verbetering van het milieu en een verhoging van de leefbaarheid). 1.3 Archeologisch patrimonium Elke bouwaanvraag met bodemverstoring wordt afgetoetst aan de aanbevelingen van de stedelijke dienst archeologie over de waarschijnlijkheid van archeologische vondsten op het terrein. 1.4 Draagkracht De aard en grootte van de functie, de typologie en schaal van een project worden afgetoetst aan de draagkracht van de omgeving. De functie kan overlast genereren door middel van onder andere geluidsproductie, parkeerdruk, mobiliteitsgeneratie, laden en lossen, dag- en nachtactiviteiten. Indien de te verwachten overlast te groot is tegenover de draagkracht van de omgeving, kan een vermindering van het programma, een vermenging van functies of andere bijkomende maatregelen opgelegd worden.
Bedrijven die hinderlijk zijn voor een woonomgeving zoals handelszaken in brandbare, giftige of explosieve stoffen of bedrijven die lawaai-, stof- of geurhinder ontwikkelen zijn niet toegelaten. 1.5 Overgangsmaatregel Deze overgangsmaatregel heeft enkel betrekking op de bestaande hoofdzakelijk vergunde en niet-verkrotte constructies.
Deze overgangsmaatregel heeft geen betrekking op bouwaanvragen met functiewijzigingen, nieuwbouw, herbouw en verbouwingen met volume-uitbreiding.
Indien de bestaande bebouwing niet voldoet aan de voorschriften van dit RUP, dan vormen de stedenbouwkundige voorschriften met betrekking tot de bestemming en de inrichting op zichzelf geen weigeringsgrond bij de beoordeling van aanvragen tot het verkrijgen van een vergunning. 1.6 Parkeren en toegangen Indien parkeren wordt voorzien op het perceel, dient dit ondergronds georganiseerd te worden. De toegang naar een eventuele ondergrondse parkeergarage voor gemotoriseerd verkeer is in het gebouw gesitueerd. In- of uitritten van de parkeergarage kunnen niet op het publiek domein gesitueerd worden. 1.7 Publiek domein De aanleg van publiek domein is toegelaten. Onder publiek domein worden onder meer ook de daarbij horende infrastructuur zoals parkeervoorzieningen, laad- en loszones, fietspaden, groenaanleg en straatmeubilair verstaan. Verplaatsbare of vaste constructies ondersteunend aan het publieke functioneren van de ruimte zijn toegestaan. Deze constructies dienen te voldoen aan de redelijke eisen van welstand, in harmonie met de aanleg van de zone. Gesloten horecaconstructies zijn niet toegestaan. 1.8 Vrije hoogte van het gelijkvloers Bij nieuwbouw bedraagt de vrije hoogte van het gelijkvloers minimaal 3,20m. 1.9 Dakvorm De dakvorm is vrij. Een dak mag maximaal één bouwlaag bevatten, die verder niet horizontaal is onderverdeeld. Technische ruimtes, installaties, liftschachten, dienen in het gebouw mee geïntegreerd te zijn. 1.10 Ondergrondse ruimten De aanleg van ondergrondse ruimten onder de volledige zone is toegelaten, indien men rekening houdt met de beperkingen rond het archeologisch patrimonium. De ondergrondse ruimten mogen het groene karakter van de open ruimte op het perceel en de eventuele aanwezigheid van hoogstammige bomen niet hypothekeren. 1.11 Materialen De materialen moeten per bouwblok in harmonie zijn. Alle gevels grenzend aan het publiek domein zijn voorgevels en worden als zodanig afgewerkt, zowel voor het gelijkvloers als voor de overige verdiepingen. 1.12 Werken van algemeen belang De aanleg van groene en verharde openbare ruimte, nutsleidingen, noodzakelijke infrastructuur van openbaar nut en/of oprichting van noodzakelijke constructies van openbaar nut wordt overal binnen het plangebied toegestaan. De noodzaak moet om technische of maatschappelijke redenen kunnen aangetoond worden en moet verantwoord worden bij de vergunningsaanvraag. De inplanting, het uitzicht en het volume moet afgestemd zijn op de inrichtingsvoorschriften van de betreffende zone. De realisatie van werken van algemeen belang mag de bestemming van de betreffende zone niet hinderen. 1.13 Warmtenet Elk op te richten gebouw in het plangebied met een zekere warmtevraag (met een temperatuurvraag tussen 50 °C en 90 °C) moet de nodige voorzieningen treffen om aan te sluiten op het warmtenet. Binnen het plangebied geldt een aansluitverplichting op het warmtenet voor zover dit warmtenet reeds werd gerealiseerd. Indien op het moment van de vergunningsaanvraag onvoldoende garanties bestaan over de beschikbaarheid van het warmtenet, wordt de warmtevoorziening voor de gebouwen collectief georganiseerd.
2 BIJZONDERE VOORSCHRIFTEN Artikel 1 Zone voor centrumfuncties - (Ce) 1.1 Bestemming De volgende functies zijn toegelaten:
Groothandel, industrie en logistiek zijn niet toegelaten.
Minimaal 50% van de gelijkvloerse bruto vloeroppervlakte van het gebouw moet ingevuld worden met publiek toegankelijke inrichtingen die bijdragen aan de levendigheid van het straatbeeld. Onder publiek toegankelijke inrichtingen worden verstaan: gemeenschapsvoorzieningen, detailhandel, vrijetijdsvoorzieningen, cafés, restaurants en hotels. De publiek toegankelijke inrichtingen dienen aan de 3 gevels te worden voorzien. 1.2 Inrichting Harmonieregel Aan de zijde van de Schelde is de bouwhoogte beperkt tot 45m. Op de hoek met de Adriaan Brouwerstraat neemt deze hoogte af, rekening houdende met de plaatselijk beperkte wegbreedte. Voor de bouwhoogte van de gevels gericht naar de Adriaan Brouwerstraat en de Brouwersvliet geldt de harmonieregel waarbij men kijkt naar de bebouwing in deze straten en niet naar de hoekgebouwen aan de Tavernierkaai.
Bouwdiepte
Draagstructuur De draagstructuur van het gebouw moet erop voorzien worden om flexibel ingevuld te kunnen worden. Open ruimte Minimaal 15% van de oppervlakte van het perceel of de percelen moet als niet-overbouwde open ruimte voorzien worden. Deze open ruimte kan zowel op het gelijkvloers als op de eerste verdieping gerealiseerd worden. 1.3 Beheer 1.4 Overgangsbepalingen / Artikel 2 Overdruk - Overbouwing Binnen deze deelzone is bebouwing op het gelijkvloers niet toegestaan. Enkel op de verdiepingen is bebouwing mogelijk. In functie van de stabiliteit kunnen binnen deze deelzone wel steunpilaren worden opgericht voor zover deze een minimale doorgang van 2,00m voor de voetgangers niet hinderen. Ook moeten de steunpilaren op voldoende afstand van het fietspad worden geplaatst en dit in functie van de verkeersveiligheid. 3 TERMINOLOGIE Atelier Werkruimte waar als hoofdactiviteit creatieve processen worden verricht (mode, cultuur, design, media, beeldende kunsten,…). Autostalplaats en autoparkeerplaats
Beeldkwaliteit De kwaliteit van de verschijningsvorm van een gebouw, een object of een omgeving of het samenstel daarvan. Het gaat in hoofdzaak om het uitzicht en de onderlinge samenhang tussen de bebouwde en onbebouwde ruimtelijke elementen. Het uitzicht en de samenhang worden enerzijds bepaald door de vormelijke kwaliteiten van de bebouwing (volumes, schaal, fijnkorreligheid, ritme, kleur) en van de onbebouwde ruimte (stratentracé, pleinen, enz.) en anderzijds door ervarings- en waarnemingsaspecten (de kwaliteit van zichten, geluiden of stilte, gevoel voor veiligheid, herkenbaarheid, herbergzaamheid, enz.). Beheer Beheer houdt in dat voorschriften worden opgemaakt die gericht zijn op het behoud van de ruimtelijke voorwaarden die gecreëerd zijn door bestemming en inrichting. Beheren kan ook omschreven worden als zijnde gericht op het behoud van de optimale ruimtelijke voorwaarden voor het goed functioneren van de toegelaten activiteiten en het vrijwaren van de ruimtelijke karakteristieke elementen en eigenschappen van het gebied. Bestemming De bestemming duidt de functie aan die door het plan juridisch wordt vastgelegd. Een bestemming duidt één of meer gebruiksfuncties aan voor een bepaald gebied. Bouwblok Een overwegend bebouwde ruimte die bestaat als een verzameling van aan elkaar grenzende percelen, omringd door straten en/of natuurlijke grenzen. Bouwdiepte Afstand vanaf de bouwlijn waar over de gehele diepte gebouwd mag worden, inclusief afdaken en uitbouwen, exclusief gelijkvloerse terrassen. Bouwhoogte Hoogte gemeten vanaf het straatniveau tot aan het hoogste punt van het gebouw, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals technische ruimten, schoorstenen, antennes, liftkokers … De bouwhoogte kan verschillen van de kroonlijsthoogte. Bruto-vloeroppervlakte De bruto-vloeroppervlakte van een gebouw is de som van de bruto-vloeroppervlakten van alle vloerniveaus. Vloerniveaus zijn bij voorbeeld verdiepingen, geheel of gedeeltelijk in de grond, verdiepingen boven de grond, verdiepingen voor installaties, dakverdiepingen, dakterrassen, zolders. De bruto-vloeroppervlakte van ieder vloerniveau volgt uit de buitenomtrek van de aan het gebouw begrenzende bouwdelen op vloerhoogte. Hierbij zijn de buitenvlakken van de begrenzingen bepalend. De oppervlakte van trappen, liften en installatieschachten dienen op elk vloerniveau tot de bruto-vloeroppervlakte te worden gerekend. Niet tot de bruto-vloeroppervlakte moeten worden gerekend de oppervlakten van:
Buitenruimte Toegankelijke ruimte in open lucht. Zowel de onbebouwde ruimte van het perceel op het gelijkvloers als de terrassen op de verdiepingen. Café Handelszaak waar hoofdzakelijk drank wordt verkocht om ter plaatse te worden genuttigd. Constructie Gebouw, bouwwerk, vaste inrichting, verharding, publiciteitsinrichting of uithangbord, al dan niet bestaande uit duurzame materialen, in de grond ingebouwd, aan de grond bevestigd of op de grond steunend omwille van de stabiliteit, en bestemd om ter plaatse te blijven staan of liggen, ook al kan het goed uit elkaar genomen worden, verplaatst worden, of is het goed volledig ondergronds. Detailhandel Het leveren van fysieke goederen voor persoonlijk gebruik aan de consument. De detailhandel is de laatste schakel van de distributieketen die loopt van fabrikant tot consument. Ook het opslaan daarvan op de plaats van verkoop of op de plaats van levering behoort tot detailhandel. Diensten Als diensten worden beschouwd de dienstverrichtingen welke gewoonlijk tegen vergoeding geschieden. De diensten omvatten met name werkzaamheden:
Functie Het feitelijk gebruik [de werking] van een onroerend goed of een gedeelte daarvan. Garage Bergplaats voor de auto die regen- en winddicht is. Gebouw Elke constructie, die een voor mensen toegankelijke ruimte vormt, omsloten door buiten- en/of scheimuren, een fundering en een dak.
Gelijkvloers Onderste bouwlaag van een gebouw, gelegen boven de pas van het maaiveld. Gesloten horecaconstructie Een aanbouw aan de (voor)gevel van een horecazaak met drie wanden, een toegangsdeur en een dak of luifel. Gevel Groen Onverhard, waterdoorlatend, onbebouwd en begroeid oppervlakte Groenaanleg Onverhard, onbebouwd en met vegetatie begroeide oppervlakte. Grootschalig kantoorgebouw Kantoorgebouw waarvan de bruto-vloeroppervlakte groter of gelijk is aan 1500 m². Horeca Verzamelnaam voor cafés, restaurants, en hotels. Hotel Toeristische logies die over ten minste vier kamers en/of accommodaties voor ten minste tien personen beschikt en een hotelvergunning bezit. Kantoor Bedrijf waar als hoofdactiviteit privé- en overheidsdienstverlening wordt uitgevoerd met een hoofdzakelijk beheers- en administratief karakter en een hoge personeelsdensiteit. Kantoorgebouw Gebouw dat hoofdzakelijk gebruikt wordt als kantoor. Nieuwbouw Als nieuwbouw worden beschouwd ofwel een volledig nieuw op te richten gebouw, ofwel een gebouw waaraan een verbouwing is uitgevoerd waarbij meer dan 60% van de buitenmuren zijn gesloopt. Ook een uitbreiding die groter is dan de helft van de bestaande oppervlakte wordt beschouwd als nieuwbouw. Openbaar domein Elk goed dat aan een openbare rechtspersoon toebehoort en (hetzij omwille van zijn aard, d.i. het natuurlijk openbaar domein, hetzij wegens een bijzondere aanpassing, hetzij wegens het historisch of wetenschappelijk belang ervan) nodig is voor een openbare dienst of voor de tegemoetkoming aan een openbare noodwendigheid en dat in die functie door geen enkel ander kan vervangen worden. Parkeerplaats Plaats waar geparkeerd mag worden. Parkeren Het langer stilstaan van een voertuig dan nodig is voor het in- of uitstappen van personen of voor het laden en lossen van goederen. Perceel Afgedeeld stuk grond, al dan niet bebouwd, waaraan een kadastraal nummer is toegekend. Elk perceel is vervolgens identificeerbaar door zijn kadastraal nummer. Publiek domein Ruimte, die voor iedereen toegankelijk is. Publieke ruimte De openbare en niet-openbare gebouwen die voor het publiek toegankelijk zijn, met inbegrip van de praktijken voor vrije beroepen, de openbare en niet-openbare wegen die voor het publiek toegankelijk zijn, alsook elk ander domein, infrastructuur, gebouw of plaats die voor het publiek toegankelijk is. Reca Horeca met uitsluiting van hotelfuncties, kleinschalige verblijfsaccommodatie en overlastcreërende imagoverlagende handelszaken. Restaurant Handelszaak waar hoofdzakelijk maaltijden worden verkocht om ter plaatse te worden genuttigd. Technische ruimte Ruimte die enkel voor technische installaties wordt gebruikt. Vloeroppervlakte
Niet tot de netto-vloeroppervlakte behoren:
| |||||

