Op een zonnige maandagnamiddag in maart kwamen bijna 200 spelers uit het Antwerpse kunstenveld samen in Trix voor een inspirerende sessie over gedeeld ruimtegebruik. De middag stond bol van ontmoetingen, frisse perspectieven en ideeën. Herbeleef de hoogtepunten in dit verslag.
Blije gezichten, levendige gesprekken, mensen die elkaar voor het eerst ontmoeten… Die energie was de hele dag voelbaar. Ook bij de start: of het nu in de onthaalruimte was of op het zonovergoten terras, de sfeer zat er meteen in. Jorgen Casier, artistiek leider van Theater Zuidpool, genoot van een koffietje aan de toog. “Het thema van deze dag - ruimte - spreekt me enorm aan. Ons gebouw heeft dertig jaar gediend, maar is op. We zijn op zoek naar iets nieuws en ik hoop vooral bevestiging te vinden in onze zoektocht: een erkenning van het belang van maatschappelijk relevante plekken voor gezelschappen als het onze.”
Ook Freija Bosmans van participatief kunstenhuis Rataplan is getriggerd door het thema. “Wij hebben een artist in residence, vaste bewoners en tijdelijke bewoners van onze ruimtes. ‘Gewoon’ verhuren doen we niet, we zoeken bewoners die onze werking inhoudelijk versterken en vice versa. Ik kijk ernaar uit om te ontdekken hoe we dat nog beter kunnen doen.”
Host Aimee Mukunde verwelkomde de aanwezigen in de club van Trix. De zaal zat al snel afgeladen vol, in allerijl werden er nog stoelen bijgeplaatst. Aimee brak het ijs met een speelse opwarming: deelnemers reageerden op haar vragen door te gaan staan of te blijven zitten.
Daarna nam Karen Vandenberghe, coördinator van kunstenbeleid bij stad Antwerpen, het woord. Ze duidde het thema van de dag: “Ruimte is een hot topic, dat hebben jullie ons massaal laten weten. Kunst en cultuur hebben ruimte nodig: om te creëren, te repeteren en nieuw werk te presenteren, maar ook voor ontmoeting, kennisdeling en experiment. Uit recente onderzoeken blijkt die behoefte sterker dan ooit, zowel bij de professionele organisaties als in het circuit van de amateurkunsten.”
Karen introduceerde de nieuwe LinkedInpagina van Antwerpen Kunst&stad, een plek om elkaar ook online te ontmoeten en gesprekken te starten. Op het scherm verscheen een QR-code die meteen gretig gescand werd.
Sophie Leroy beet de spits af van het sprekersprogramma met een presentatie over het onderzoeksbureau waarvan ze deel uitmaakt. Endeavour ontstond vanuit de Facebookgroep ‘Wij kopen samen de Oudaan’, een stadsbrede beweging die de voormalige politietoren wilde terugggeven aan het volk in plaats van te verkopen aan de hoogste bieder. Hoewel dat niet lukte, vormde de campagne wel de kiem voor Endeavour. “Als bureau verbinden wij het ruimtelijke met het sociale en hanteren we een mensgerichte aanpak,” vertelde Sofie. Ze illustreerde dit met projecten zoals de stadsacademie in Turnhout, de tijdelijke invulling van de Jan de Voslei in Antwerpen als verbinding tussen het Kiel en de Tentoonstellingswijk, en een project in de binnentuin van de Permekebibliotheek.
In het tweede deel van haar keynotesessie stelde ze het handboek voor dat Endeavour voor stad Gent ontwikkelde, maar ook door andere steden en gemeenten kan gebruikt worden. “Het is een instrument om verouderde gebouwen te matchen met maatschappelijke noden.” Opvallend was haar pleidooi voor goed beheer. “Als je een ruimte deelt, is het cruciaal om de beheersfunctie - die vaak bij één persoon zit - op te splitsen in verschillende rollen: een community manager, een gebouwverantwoordelijke en een vastgoedbeheerder. Met de juiste profielen vergroot je de kans op succes.”
Architect, spreker en auteur Aat Vos is creatief directeur van het Groningse advies- en ontwerpbureau includi. Hij pleitte voor een vernieuwende benadering van stedelijke ruimte en inspireerde het publiek met boekentips zoals Frames of Mind van Howard Gardner, over de verschillende vormen van intelligentie, en The Great Good Place van Ray Oldenburg, over de kracht van informele ontmoetingsplekken.
“Uit dat laatste boek komt de term ‘third places’,” vertelde Aat. “Third places zijn toegankelijke plekken om de hoek, waar je zo lang kan blijven als je wilt, je veilig voelt—een thuis weg van huis. Die plekken zijn onmisbaar in een stad. Onderzoek toont aan dat de maatschappelijke kosten sterk stijgen als bewoners elders moeten zoeken naar zulke ruimtes.”
Daarom spreekt Aat liever van een ‘value case’ dan van een ‘business case’ als het over ruimte gaat—niet de financiële winst, maar de maatschappelijke waarde staat centraal. Hij sloot af met een parafrase op het bekende gezegde ‘It takes a village to raise a child’: ‘It takes culture to raise a city.’ Hij nodigde het publiek uit om na te denken over de volgende stap.
Na zoveel inspiratie was het tijd voor een welverdiende pauze. Christel Kempen van Sound in Motion was enthousiast over de sprekers. “Gedeelde ruimte is iets waar ik sterk in geloof. Sound in Motion zet zich in voor avontuurlijke en experimentele muziek en biedt jonge muzikanten de kans om zich te tonen op een podium. Daarvoor hebben we natuurlijk ruimte nodig in de stad. Over enkele dagen openen we onze nieuwe residentieplek in Deurne - een spannende stap.”
Ook An Leenders van Creatief Schrijven is een voorstander van gedeeld ruimtegebruik. “Ons kantoor staat open voor schrijvers die er willen werken. We willen graag nog meer kruisbestuiving, en een dag zoals vandaag is ideaal om lijntjes uit te gooien en nieuwe samenwerkingen te verkennen.”
Na de pauze volgden vier break-outsessies, opnieuw vakkundig ingeleid door host Aimee.
Sara Dandois sprak over Archipel, een kunstenwerkplek beheerd door artiesten, waar vijftig residenten aan hun oeuvre werken. Ze schetste het verhaal van ToT/h\em, een collectief waarin Archipel samen met tien culturele partners de kracht van kunst in stedelijke transformatie onderzoekt. Met Endeavour hebben ze een bondgenoot om commercialisering te voorkomen op plekken waar vrijhavens nodig zijn. Na afloop reageerde Sara enthousiast: “Ik had niet verwacht op een podium te moeten staan - ik dacht eerder wat dichter bij de deelnemers te zitten - maar de sfeer is heel positief. Het thema bruist, en mensen willen ermee aan de slag.” Gevraagd naar wat de overheid nog meer kan doen, hoeft ze niet lang na te denken: “Het is ongelooflijk hoeveel lobbywerk en administratie het nog vergt om iets rond gedeeld ruimtegebruik op te zetten. Een peter- of meterschap zou enorm waardevol zijn: experten die geïnteresseerden met gerichte en efficiënte info ondersteunen.”
Met het project ANDRS wil stad Antwerpen de Sint-Andriessite ontwikkelen tot een innovatieve en multifunctionele derde plek, met agora’s, cohousing, residenties voor kunstenaars en ruimte voor de buurt. Gastsprekers Dominique Baguet en Sophie d’Hollander deelden waardevolle tips. “Geef architecten de ruimte om hun werk te doen,” vertelde Dominique. “Begin bij de vraag welke activiteiten en verhalen je wil brengen in de ruimte, en laat het ontwerpen over aan de specialisten.” Sophie vulde aan: “We lieten ons inspireren door Endeavour en zetten sterk in op een doordacht beheersmodel.” Dominique concludeerde: “Blijf je visie herhalen. In langdurige projecten wisselen partners en stakeholders voortdurend, daarom moeten nieuwe betrokkenen het verhaal blijven horen.”
‘Three is a Crowd’ is een kaartspel ontwikkeld door Timelab en Kunstenpunt. Sprekers Evi Swinnen en Marieke Maertens namen de backstage van Trix in om het spel voor te stellen. “Ons spel helpt partijen zoals overheden, bedrijven en organisaties om een gemeenschappelijke basis en een gedeelde visie te vinden," legden ze uit. "Het daagt je uit om minder vanuit je organisatie en meer vanuit het gezamenlijke project te denken.” De kaarten bevatten stellingen als gesprekstarters. Deelnemers speelden het spel in kleine groepjes en kregen zo een voorproefje.
Na afloop genoten Evi en Marieke zichtbaar na. Evi: “Wat een fijne sfeer. Ik ben aangenaam verrast door hoe graag het Antwerpse kunstenveld met elkaar wil samenwerken. Ik kan niet anders dan hoopvol zijn over de toekomst.” Marieke: “We hebben al veel leuke gesprekken gehad en hopeljk wat zaadjes geplant voor toekomstige samenwerkingen.”
In de vierde break-outsessie vertelde Bie Vancraeynest over Toestand, een vzw die zich richt op tijdelijk ruimtegebruik. “Wij koppelen leegstaande ruimtes aan mogelijke gebruikers. Ik wil laten zien dat gedeeld ruimtegebruik helemaal niet ingewikkeld is.” Ze illustreerde dit met vier voorbeelden: een ontmoetingsplek in een voormalig klooster, een nieuw park op een oude industriële site, een buurthuis in een school en een hergebruikproject in een oude garage. Enkele elementen uit de basisfilosofie zijn: radicale openheid, liefdevolle omgang met buurt en ruimtegebruikers, dialoog en een zo horizontaal mogelijk organigram. Opvallend was haar pleidooi voor onderhoud. “In plaats van location, location, location hamer ik op onderhoud, onderhoud, onderhoud. Elke medewerker van Toestand is zowel publieks-, communicatie- als onderhoudsmedewerker. Ook ik poets dagelijks. Elke dag beschikken over een propere plek is veel belangrijker dan een mooi architecturaal ontwerp.”
Na een afsluitend woordje van schepen voor cultuur Lien Van de Kelder, die zich engageert om vanuit het beleid werk te maken van gedeeld ruimtegebruik, was het tijd voor de receptie met hapjes, drankjes en veel gezelligheid. Al snel kreeg de inspiratiesessie de vibe van een levendig café, met muziek, ploppende flessen en vooral: veel gebabbel. Birgit van de bibliotheek van Wilrijk gaf aan uit te kijken naar een vervolg: “Wat een goed thema is er gekozen voor deze sessie, ik ben echt getriggerd en heb nu al zin om verder te brainstormen met de mensen die ik vandaag heb ontmoet.”
Ook Daniel Vanden Broecke van de vereniging ‘Het Orgel in Vlaanderen’ was blij dat hij erbij was. “Het is een fijn idee van het beleid om mensen samen te brengen en met elkaar in contact te laten komen. Het is ons doel om orgels weer bekend te maken bij het grote publiek. En ik geloof dat een orgel ook in ‘third places’ een echte meerwaarde kan zijn.”
“Erg boeiend om te volgen”, zei Martyn Smits van de Fonteyn Academy of the Arts, die zonet nog druk in gesprek was met Daniel. “Ook in Nederland is er een zoektocht naar een goede manier om steden, cultuurpartners en onderwijs samen te brengen. Ik voel dat er hier een nieuwe wind waait, waarbij cultuurpartners elkaar minder als concurrent zien, maar samen willen zoeken naar oplossingen. Eén ding miste ik wel: het niet-westerse perspectief had meer aan bod mogen komen.”
Kortom, deze inspiratie- en netwerksessie heeft duidelijk gemaakt hoeveel energie er is rondom gedeeld ruimtegebruik in de Antwerpse kunstsector. Er zijn volop ideeën gedeeld, nieuwe connecties gelegd en inspirerende projecten besproken. Hopelijk was deze sessie een vruchtbare start van nog veel meer.