Voederplaats

• Voeder vogels enkel op plaatsen waar het mag:
  • Niet op het openbaar domein.
  • Wel in je eigen tuin of op je terras.

Voedertijd

• Voeder vogels enkel in de herfst en in de winter.

Manier van voederen

• Gebruik gezond vogelvoer zoals zonnebloempitten, gemengde zaden, meelwormen, graan en droge havermoutvlokken.
• Gebruik voedersilo’s en vetbolhouders. Of leg het voedsel los op een voedertafel.
• Gebruik geen vetbollen in netjes. Soms raken vogels hierin verstrikt met hun pootjes.
• Strooi het voedsel niet op de grond. Dat trekt ongedierte aan.
• Voeder kleine hoeveelheden. Voedsel dat blijft liggen trekt ongedierte aan of schimmelt.
• Voorzie dagelijks vers water in een propere waterschaal.

Brood

• Brood geeft vogels een vals gevoel van voldaanheid, maar biedt hen weinig voedingsstoffen.
• Brood gist gemakkelijk waardoor vogels darmproblemen krijgen.
• Brood in het water (van bijvoorbeeld vijvers) zorgt voor een slechte waterkwaliteit. Dit is ongezond voor alle dieren die er wonen (eenden, vissen, kikkers, …).

Gezouten voedselresten (spekzwoerd, gezouten nootjes, …)

• Ze bevatten de verkeerde (onverzadigde) vetten en zorgen voor uitdroging.

Margarine en boter of vloeibare vetten zoals olijfolie

• Ze bevatten de verkeerde (onverzadigde) vetten.

Kaaskorstjes met plastic randjes

Vogelbescherming Vlaanderen

www.vogelbescherming.be