2 Inleiding

 

Dit document is de toelichtingsnota bij het ontwerp van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Oosterweelverbinding – wijziging. Het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Oosterweelverbinding – wijziging wijzigt het bestaande gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Oosterweelverbinding dat door de Vlaamse Regering definitief vastgesteld werd op 16 juni 2006. Deze twee uitvoeringsplannen zullen samen de juridische basis vormen voor de realisatie van het volledige project Oosterweelverbinding. Dit GRUP bevat ter informatie ook een plan waarin beide GRUP’s zijn samengebracht op één grafisch plan.

 

 

2.1 Inhoud van het plan

 

De Vlaamse Regering beoogt de realisatie van een aantal belangrijke projecten in de Antwerpse Regio, waaronder enkele projecten die deel uitmaken van het Masterplan 2020 en die gericht zijn op fietsverkeer, openbaar vervoer, wegverkeer, binnenvaart en maritieme toegang.

 

[image]Projecten Masterplan 2020 – verwerking door stad Antwerpen

 

 

Om de doorstroming van het verkeer op de Ring te verbeteren, zal in de eerste plaats de Ring langs de noordzijde worden gesloten via een nieuwe 3de Scheldekruising die instaat voor de ontsluiting van de stad en de haven en dit alles binnen de context van een leefbare ruimtelijke ontwikkeling.

De realisatie van deze 3de Scheldekruising (Oosterweelverbinding) is een verdere uitwerking van het Masterplan 2020.

 

 

2.2 Inhoud van een RUP volgens de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening

 

Voorliggend document is een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan in de zin van de Vlaamse Codex

Ruimtelijke Ordening.

 

 

Een ruimtelijk uitvoeringsplan bevat volgens artikel 2.2.2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening:

 

  • een grafisch plan dat aangeeft voor welk gebied of welke gebieden het plan van toepassing is;

  • de bijhorende stedenbouwkundige voorschriften betreffende de bestemming, de inrichtingen en/of het beheer, en, desgevallend de normen, vermeld in artikel 4.1.12 en 4.1.13 van het decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid;

  • een weergave van de feitelijke en juridische toestand;

  • de relatie met het ruimtelijk structuurplan of de ruimtelijke structuurplannen waarvan het een uitvoering is;

  • in voorkomend geval, een zo limitatief mogelijke opgave van de voorschriften die strijdig zijn met het ruimtelijk uitvoeringsplan en die opgeheven worden;

  • in voorkomend geval, een overzicht van de conclusies van (a) het planmilieueffectenrapport, (b) de passende beoordeling, (c) het ruimtelijk veiligheidsrapport, (d) andere verplicht voorgeschreven effectenrapporten;

  • in voorkomend geval, een register, al dan niet grafisch, van de percelen waarop een bestemmingswijziging wordt doorgevoerd die aanleiding kan geven tot een planschadevergoeding, vermeld in artikel 2.6.1, een planbatenheffing, vermeld in artikel 2.6.4, of een compensatie, vermeld in boek 6, titel 2 of titel 3, van het decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid;

  • in voorkomend geval, een register, al dan niet grafisch, van de percelen waarop een bestemmingswijziging wordt doorgevoerd die aanleiding kan geven tot een gebruikerschadecompensatie vermeld in het decreet van 27 maart 2009 houdende vaststelling van een kader voor de gebruikerscompensatie bij bestemmingswijzigingen, overdrukken en erfdienstbaarheden tot openbaar nut.

 

Het ontwerp GRUP Oosterweelverbinding – wijziging bestaat uit het grafisch plan, de stedenbouwkundige voorschriften, de toelichtingsnota (kaarten en tekst) met bijlagen en het register van percelen waarop de regeling van planschade, planbaten, kapitaalschade of gebruikersschade van toepassing kan zijn.

 

 

Grafisch plan (Bijlage I)

Het grafisch plan van het ontwerp GRUP Oosterweelverbinding – wijziging maakt deel uit van het verordenend gedeelte van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan en bestaat uit 3 deelplannen waarop de nieuwe bestemmingszones zijn aangeduid en 1 deelplan waarop op te heffen voorschriften van het bestaande GRUP Oosterweelverbinding (d.d. 16 juni 2006) zijn aangeduid. Het grafisch plan heeft een verordenende kracht.

 

 

Stedenbouwkundige voorschriften (Bijlage II)

De stedenbouwkundige voorschriften maken deel uit van het verordenend gedeelte van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan. De stedenbouwkundige voorschriften moeten gelezen worden in samenhang met de grafische plannen.

 

 

Toelichtingsnota – tekst (Bijlage IIIa)

De toelichtingsnota is een informatief document waarin de opties die in het verordenend plan werden opgenomen, worden toegelicht. Het is bedoeld om de verordenende plannen, de bedoelingen ervan en de manier waarop die opties tot stand gekomen zijn begrijpelijk te maken. Omwille van de leesbaarheid zijn de stedenbouwkundige voorschriften ook opgenomen in de toelichtingsnota. De stedenbouwkundige voorschriften maken deel uit van het verordenend gedeelte van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan en moeten gelezen worden in samenhang met het grafisch plan.

 

Toelichtingsnota – kaartgedeelte (bijlage IIIb)

Het kaartgedeelte van de toelichtingsnota bevat de kaarten met de bestaande feitelijke en juridische toestand van de gebieden die ook in de verordenende plannen zijn opgenomen. De kaarten feitelijke en juridische toestand hebben een louter informatieve waarde.

 

 

Bijlagen bij de toelichtingsnota

Volgende bijlagen worden opgenomen bij de toelichtingsnota:

- Bijlage IIIc: plan-MER (inclusief passende beoordeling) met goedkeuring dienst milieueffectrapportagebeheer en gunstig advies ANB (passende beoordeling)

- Bijlage IIId: watertoets en erfgoedtoets

- Bijlage IIIe: RVR met goedkeuring

- Bijlage IIIf: MKBA

- Bijlage IIIg: verkeersveiligheidseffectbeoordeling

- Bijlage IIIh: tunnelveiligheidsrapport

- Bijlage IIIi: Masterplan 2020

- Bijlage IIIj: Beslissingen Vlaamse Regering over de Oosterweelverbinding

- Bijlage IIIk: Uitgebreide planningscontext

- Bijlage IIIl: Bestaande GRUP Oosterweelverbinding (2006)

- Bijlage IIIm: Nota flankerend beleid

 

Register planbaten planschade (Bijlage IV)

De registers met betrekking tot planschade, planbaten, kapitaal- of gebruikersschadecompensatie hebben slechts een informatief karakter.