8.3 Ruimtelijk Veiligheidsrapport (RVR)

 

Voor dit gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan werd een ruimtelijk veiligheidsrapport opgemaakt. Dit ruimtelijk veiligheidsrapport werd door de Dienst Veiligheidsrapportage goedgekeurd op 6/02/2014. Het goedgekeurde document is opgenomen als bijlage bij dit RUP (zie bijlage IIId).

 

Het ruimtelijk veiligheidsrapport bevat geen ruimtelijke aspecten die relevant zijn voor de uitwerking van het ruimtelijk uitvoeringsplan. Op het vlak van externe veiligheid in relatie tot Seveso-inrichtingen zijn geen specfieke maatregelen te nemen bij de opmaak van het GRUP.

De dienst Veiligheidsrapportage (VR) van de Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid (Departement LNE) besliste in haar advies van 4/03/2014 naar aanleiding van de plenaire vergadering dat het goedgekeurde ruimtelijke veiligheidsrapport “Plan voor een Derde Scheldekruising, Antwerpen” voldoet om gevoegd te worden bij het ruimtelijk uitvoeringsplan en dat er geen nieuw ruimtelijk veiligheidsrapport opgemaakt dient te worden. De dienst VR geeft aan dat zij dit beslist op basis van volgende feiten:

“Gelet op het feit dat:

· volgens de gegevens van de dienst VR in het plangebied geen Seveso-inrichtingen aanwezig zijn;

· volgens de gegevens uit de toelichtingsnota en de stedenbouwkundige voorschriften in het plangebied geen Seveso- inrichtingen mogelijk zijn,

· volgens de gegevens van de dienst VR binnen een perimeter van 2 km rond het plangebied vele Seveso-inrichtingen aanwezig zijn,

· er in januari 2014 een ruimtelijk veiligheidsrapport (RVR) voor het “Plan voor een Derde Schelderkuising, Antwerpen” werd opgesteld door een erkende VR-deskundige en dat op 6 februari 2014 een goedkeuringsverslag voor dit RVR door de dienst VR werd opgesteld. Dit RVR bevat de nodige informatie inzake externe veiligheid van Seveso-inrichtingen voor verschillende tracés voor een derde Scheldekruising met onder meer het tracé “Oosterweel”,

· de beslissing van de Vlaamse regering van 14 februari 2014 inhoudt dat de tracékeuze het tracé “Oosterweel” is en dat bij die beslissing rekening werd gehouden met het door de dienst VR op 6 februari 2014 goedgekeurde RVR voor het “Plan voor een Derde Schelderkuising, Antwerpen”,

· het op 6 februari 2014 door de dienst VR opgestelde goedkeuringsverslag voor eht RVR van het “Plan voor een Derde Scheldekruising, Antwerpen” onder meer inhoudt dat de dienst VR het tracé “Oosterweel” advieseert “als gunstig op het vlak van externe veiligheid van Seveso-inrichtingen”,

· het voorliggend ruimtelijk uitvoeringsplan de ruimtelijke uitwerking is van het tracé “Oosterweel”, zoals beschreven in het RVR van het “Plan voor een Derde Schelderkuising, Antwerpen”, en dat in Bijlage 3e van de toelichtingsnota van dit ruimtelijk uitvoeringsplan het goedgekeurde RVR en het daarbij horende goedkeuringsverslag opgemaakt door de dienst VR is toegevoegd,

· de toelichtingsnota van dit ruimtelijk uitvoeringsplan vermeldt dat “het RVR geen ruimtelijke aspecten bevat die relevant zijn voor de uitwerking van het voorliggend ruimtelijk uitvoeringsplan”,

· de dienst VR voldoende elementen in handen heeft om te besluiten dat de externe risico’s van de Seveso-inrichtingen in de omgeving van het plangebied van dit ruimtelijk uitvoeringsplan niet significant vergroten door dit ruimtelijk uitvoeringsplan,

 

beslist de dient VR dat het goedgekeurde ruimtelijk veiligheidsrapport “Plan voor een Derde Schelderkuising, Antwerpen” voldoet om gevoegd te worden bij het ruimtelijk uitvoeringsplan en dat er geen nieuw ruimtelijk veiligheidsrapport dient opgemaakt te worden.”