3.2 Ruimtelijke beleidsplannen

 

3.2.1 Ruimtelijk structuurplan Vlaanderen

Het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV) werd door de Vlaamse Regering in 1997 goedgekeurd en werd later gewijzigd.

 

Met de metafoor ‘Vlaanderen, open en stedelijk’ wil het RSV een trendbreuk realiseren met betrekking tot de ruimtelijke ontwikkeling. Deze trendbreuk beoogt de versterking van het buitengebied en het tegengaan van de versnippering door een beter gebruik en beheer van de stedelijke structuur. Daarom wordt het principe van gedeconcentreerde bundeling vooropgesteld. Deze bundeling streeft een selectieve concentratie na van de groei van het wonen, het werken en de andere maatschappelijke functies in de stedelijke gebieden en in de kernen van het buitengebied. Vanuit deze optie moeten de stedelijke gebieden worden versterkt waarbij er activiteiten worden geconcentreerd en gestimuleerd.

 

Volgende ontwikkelingsperspectieven voor stedelijk gebied staan onder meer voorop:

  • Het realiseren van een groter aandeel bijkomende woongelegenheden;

  • Het versterken van de multifunctionaliteit;

  • Concentreren van kantoren aan knooppunten van het openbaar vervoer;

  • Het verzorgen van collectieve en openbare ruimten;

  • Het behoud en de ontwikkeling van stedelijke natuurelementen en randstedelijke groengebieden;

  • Het stimuleren van een stedelijk mobiliteit- en locatiebeleid.

 

Alle stedelijke gebieden zijn economische knooppunten.

 

De hoofdwegen met als hoofdfunctie het verbinden op internationaal niveau en als aanvullende functie verbinden op Vlaams niveau, zijn:

  • R1 van A1 (Ekeren) tot A14 (Linkeroever);

  • A1 van R1 (Ekeren) naar Breda;

  • A12 van A1 (Ekeren) naar Bergen op Zoom;

  • Noordelijke sluiting R1 aan te leggen van A11/N49 tot R1.

 

De R10 (Singel) van een te verbeteren verbinding met de N180 (Noorderlaan) en de N101 (Scheldelaan) tot een te verbeteren aansluiting op de N113 (Amerikalei) is geselecteerd als primaire weg categorie II zijn aangeduid.

 

De lijn Brussel-Antwerpen-Roosendaal (Amsterdam) is onderdeel van het hoofdspoorwegennet voor personenvervoer.

3.2.2 Ruimtelijk Structuurplan Provincie Antwerpen

Het Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan Antwerpen werd in januari 2001 definitief vastgesteld.

 

In het structuurplan worden 4 grote hoofdruimten aangeduid binnen de provincie waarvan de ‘Antwerpse fragmenten’ van toepassing is voor het RUP. Karakteristiek voor de hoofdruimte is de sterke verwevenheid van functies en activiteiten. Aan deze hoofdruimte wordt een beleid gekoppeld van omgaan met fragmentatie: de verdergaande fragmentatie van de provincie Antwerpen wordt binnen de grenzen van de ‘Antwerpse fragmenten’ gehouden. De kwaliteit van de woonomgevingen moet worden verhoogd, met nieuwe nederzettings- en woontypologieën, nabijheid van voorzieningen, goede verplaatsingsmogelijkheden en groenstructuren.

 

De hoofdruimte Antwerpse fragmenten is verder uitgewerkt in deelruimten, waaronder Grootstedelijk Antwerpen. Deze deelruimte behoudt een centrale rol en biedt ruimte aan de meest hoogwaardige functies. Dat geldt voor wonen, bedrijvigheid, dienstverlening, grootschalige voorzieningen, (bv cultuur, gezondheidszorg, recreatie,..), distributie of verkeer. Een dergelijke concentratie van functies mag niet worden verzwakt door nieuwe polen van dit niveau te creëren.

3.2.3 Strategisch ruimtelijk structuurplan Antwerpen

 

Het strategisch ruimtelijk structuurplan Antwerpen, het s-RSA, werd definitief goedgekeurd door de Bestendige Deputatie op 22 december 2006.

 

Er worden in het s-RSA twee ruimtelijke strategieën vastgelegd: het generiek beleid en het actief beleid. Het generiek beleid is opgebouwd uit 7 beelden: de waterstad, de ecostad, de havenstad, de spoorstad, de poreuze stad, de dorpen en de metropool en de megastad. Het actief beleid is coherent met het generiek beleid, maar bakent ruimten af waar strategische programma’s en projecten worden ingezet. De 5 geselecteerde ruimten zijn de harde ruggengraat, zachte ruggengraat, lager netwerk en stedelijke centra, groene singel en levendig kanaal.

 

De ambitie van het strategisch Ruimtelijk Structuurplan Antwerpen (s-RSA) voor de Havanastraat als strategisch gebied en als noordelijke poort tot de metropool, werd uitgedrukt in het masterplan Havanastraat en wordt middels het RUP verder vertaald naar stedenbouw-kundige voorschriften en een grafisch plan.

 

GENERIEK BELEID

 

Havenstad

Het s-RSA stelt dat de ruimtelijke interacties tussen stad en haven, de mogelijkheden om de stad en polders goed te laten aansluiten aan de haven, en omgekeerd: de afwerking van de haven in de richting van de stad, moeten uitgewerkt worden. De Noorderlaan en omgeving is in dit kader een geselecteerd gebied, grenzend aan de haven en wordt beschreven als een locatie voor grootschalige stedelijke functies en voorzieningen. Het gebied verzorgt tevens de verbindingsfunctie tussen Luchtbal, Rozemaai en Ekeren met de stad en heeft voor deze gebieden dus ook een lokaal ondersteunende betekenis.

>> Grootschalige stedelijke functies worden gesuggereerd binnen het generiek beleid voor Noorderlaan en omgeving

>> Met een nieuw multimodaal knooppunt (tramkeerlus) nabij een nieuwe P&R in het plangebied, wordt de verbinding van de omgeving met de stad versterkt

>> de oostelijke groenzone met daardoorheen de langzaamverkeersroutes lr1 en lr2 vernetwerken Merksem, Luchtbal en Ekeren met het multimodaal knooppunt.

>> Ook de Haven krijgt er een multimodaal overstappunt bij met P&R en wordt zo beter omsloten

 

Spoorstad

Bij het beeld van de Spoorstad worden de radialen voorgesteld als territoriale boulevards.

De tramlijnen op de territoriale boulevards worden steeds beschouwd als ruimtelijk structuurbepalend, zowel op het niveau van de straat (profielbepalend) en haar omgeving (functiebepalend) als op het niveau van de ganse stad. Ze maken van Antwerpen een ‘open’ stad voor de buurgemeenten. De selectie van de Noorderlaan als territoriale boulevard met tramverbinding houdt een herinrichting in naar de status als boulevard. De tramlijn, komende van de Leien en Spoor Noord, zal toegang moeten verschaffen tot Luchtbalstation en de residentiele gebieden en tevens de oversteekbaarheid moeten bevorderen.
Bij de voorstellen voor park & rides staat ‘overgang Noorderlaan-Ekersesteenweg’ als potentiële locatie voor een nieuwe park & ride genoteerd.

Er wordt verder gesteld dat bepaalde woongebieden naast de inrichting van een park & ride best verder ontwikkeld worden (oa langs de Noorderlaan), in tegenstelling tot andere woongebieden die omwille van de realisatie van een beter lager netwerk uitgesloten moeten worden voor verdere ontwikkeling.

>> het RUP Havana biedt een nieuw juridisch kader om een P&R gebouw te kunnen oprichten, ter ondersteuning van de tramkeerlus volgens plannen van Brabo 2 voor de Noorderlijn, de nieuwe tramroute over de Noorderlaan

>> het RUP Havana biedt ruimte voor ontwikkeling omdat de Noorderlaan geselecteerd is als stedelijke territoriale boulevard. De P&R is gelegen aan een nieuwe ontwikkelingspool en nieuwe P&R en de andere mogelijke ontwikkelingen zullen elkaar versterken.

>> De P&R is zo dicht mogelijk bij het openbaar vervoersknooppunt gelegen om het comfort van de reizigers te verzekeren.

 

De dorpen en de metropool_wonen

 

De leefbaarheid van de Luchtbal wordt vergroot door in Luchtbal Noorderdokken een plek aan te bieden voor gemeenschappelijke recreatieve voorzieningen in open lucht. Het garanderen van de leesbaarheid en de vlotte bewegingen tussen de voorzieningen is de basisdoelstelling

voor dit gebied, als eindpunt van de woonwijk. Een tweede doel is het benadrukken van de oost-westverbinding tussen deze cluster en Merksem (gebruikmakend van bestaand groen) en tussen het water (de haven) en Luchtbal. Door de herinrichting ontstaat een afgewerkte open

 [image]

Figuur 30 I Woningprogrammatie (links), cultuurrecreatieve cluster Luchtbal (rechts)

 

ruimte met een beter recreatief gebruik, die noodzakelijk is voor het herstructureren en dicht woonweefsel te Luchtbal. De Havanastraat kan eventueel aan de noordzijde afgewerkt worden met een bebouwingswijze die coherent is met de watergevoeligheid en met een cultuurrecreatieve functie die aansluit bij de lokale cluster.

>> De ontwikkelingsvelden zijn compact uitgezet aan de zijde van de Noorderlaan om de oostelijke zijde van het plangebied te vrijwaren als een in hoofdzaak open groene ruimte die recreatief kan worden ingezet.

>> open lucht sportfaciliteiten zijn opgenomen in de voorschriften en in het referentieplan voor de open ruimte in de groenzone

>> het gebied wordt dooraderd met nieuw publiek domein en routes en assen voor zacht verkeer die in uitvoering van het referentieplan open ruimte kwalitatief zullen worden aangelegd

>> het referentieplan open ruimte toont een kwalitatief samenhangend geheel van nieuwe publieke ruimte in het gebied met de centrale as als brede groene boulevard voor fietsers en voetgangers, gekoppeld aan de fietsostrade en station Noorderdokken

>> In de zones voor centrumfuncties Ce2 (de kazerne) en Ce3 zijn cultuurrecreatieve functies mogelijk. In de kazerne is tevens een woonbestemming mogelijk. Deze centrumfuncties zijn gesitueerd tegenover het aangegeven buurtcentrum in de wijk Luchtbal langsheen de Havanastraat

 

De dorpen en de metropool_werken

De Noorderlaan wordt vernoemd in het hoofdstuk ‘Grootschalige detailhandel’, naast Boomsesteenweg, Bredabaan en Lobroekdok-Slachthuis. Met betrekking tot grootschalige detailhandel worden de reeds bestaande concentraties geoptimaliseerd. Hierbij dient een

duurzaam evenwicht te worden nagestreefd tussen bereikbaarheid met openbaar vervoer en autobereikbaarheid. Verder staat optimalisering van de bestaande grootschalige handelsconcentraties voor: behoud en herstructurering, inbreiding en verdichting, clustering en thematisering. Clusters langs de Boomsesteenweg, de Noorderlaan (zuidelijk deel tussen Noorderlaan en Vosseschijnstraat) en de Bredabaan worden aangeduid als te optimaliseren grootschalige handelscluster. In de cluster Noorderlaan is een verweving met stedelijke voorzieningen mogelijk.

>>‘De Noorderlaan’ wordt in dit licht begrepen als het zuidelijk deel van de Noorderlaan tussen Noorderlaan en Vosseschijnstraat, het optimaliseren van de bestaande cluster rond Metropolis, maar gezien het kruispunt Noorderlaan x Groenendaallaan vandaag echter verzadigd is voor autoverkeer, en ook een hoge verzadigingsgraad zal kennen na heraanleg, zijn bepaalde ontwikkelingen in het noorden eenvoudiger te ontsluiten dan in het zuiden. Op basis van deze vaststelling stelt het studiebureau van de MOBER Noorderlaan een voorstel van programma op met op de Havanna site een functie die veel verkeer aantrekt in een avondspits. Grootschalige detailhandel is een voorbeeld van zo een functies.

>>Het RUP Havana voorziet in de verweving van één grootschalige detailhandel met andere stedelijke centrumfuncties (mogelijk in zone Ce2, de kazerne, en de zones Ce3)

 

 

 

ACTIEF BELEID

 

Harde ruggengraat / Programma Noorderlaan

De Noorderlaan is het noordelijke uiteinde van de harde ruggengraat en vormt, zoals voorgesteld in het beeld van de Havenstad, een verbinding tussen haven en stad.

Het s-RSA vraagt naar een meer uitgebalanceerde structuur met betrekking tot hoogdynamische, verkeersaantrekkende stedelijke functies, en vergelijkt de Noorderlaan ten noorden met de Boomsesteenweg in het zuiden van de stad en het noordelijk deel van de Bredabaan in het oostelijke deel van de stad.

 

De strategische projecten binnen het Noorderlaan-programma zijn Noorderlaan, Luchtbal station en Luchtbal-Noord.

 

- Strategisch project Noorderlaan: De Noorderlaan kan evolueren naar een as met omvangrijke hoogbouw, winkelcentra, andere grootstedelijke functies en/of activiteiten en KMO en havengerelateerde functies. Het hoofddoel in de omgeving van de Noorderlaan is het gebied te verdichten met andere types woningen dan de bestaande, om een mix van verschillende sociale, leeftijds- en inkomensgroepen te realiseren. Het tracé van de Noorderlaan zal heringericht worden om de status van boulevard te krijgen. De tramlijn, komende van de Leien en Spoor Noord, zal toegang moeten verschaffen tot Luchtbalstation en de residentiële gebieden en tevens de oversteekbaarheid moeten bevorderen. Enkele nieuwe woonprojecten kunnen toegevoegd worden. Deze moeten van een andere aard zijn dan de aanwezige en typische sociale huisvestingtypes van de Luchtbal. De ruimten die rechtstreeks verbonden zijn met de openbare weg vormen een belangrijke schakel om een algemene verbetering van de kwaliteit van het publieke domein te bewerkstelligen.

 
- Strategisch project Luchtbal station: Omdat het gebied in de buurt ligt van een nieuw IC-treinstation (Luchtbal) en de haven en omdat in deze buurt in de toekomst nieuwe kantoren gebouwd kunnen worden, is de kans groot dat deze ambities gemakkelijk verwezenlijkt kunnen worden, gebruik makend van de toekomstige dynamiek. Langs de Noorderlaan, zuidelijk deel contactzone, kan ruimte geboden worden voor een geclusterde uitbouw van grootschalige kleinhandelsactiviteiten en stedelijke voorzieningen.

 
- Strategisch project Luchtbal-Noord: Deze selectie omvat onder meer de Havanasite. Hier zijn nog enkele bebouwbare terreinen aanwezig. Omwille van overstromingsgevaar zijn de meeste stukken echter niet bruikbaar. De beschikbaarheid van deze braakliggende gronden bieden, mede door de nabijheid van het spoorwegstation Noorderdokken en andere bestaande voorzieningen, een mogelijkheid tot het ontwikkelen van een nieuwe, kwalitatief ingerichte centraliteit, o.a. met nieuwe sportfaciliteiten in open lucht. Een belangrijk doel is het afzwakken van de huidige scheiding veroorzaakt door de infrastructuur en het versterken van de verbindingen tussen de verschillende delen, zowel ten noorden als ten zuiden van de Masurebrug (de brug zelf maakt deel uit van het lager netwerk), via een nieuw stedelijk centrum. Open ruimten en toegeruste groene ruimten zijn fundamenteel voor deze continuïteit.
Doelstelling is het benadrukken van de functie van het buurtcentrum, in relatie met de Noorderlaan en de grote handelszaken, KMO’s en stedelijke voorzieningen die erlangs gelegen zijn.

>> onder andere omwille van het in het s-RSA besproken overstromingsgevaar is de oostelijke zone in het RUP ingekleurd als open groene ruimte

>> open lucht sportfaciliteiten zijn opgenomen in de voorschriften en in het referentieplan voor de open ruimte in de groenzone

>> het gebied wordt dooraderd met nieuw publiek domein en routes en assen voor zacht verkeer die in uitvoering van het referentieplan open ruimte kwalitatief zullen worden aangelegd

>> de verbindingen worden binnen het mogelijke versterkt door de fietsostrade in het oosten te bevestigen en te verbinden via de centrale groene as tot aan het multimodaal knooppunt in het westen van het plangebied, een nieuwe openbare weg te voorzien in het verlengde van de Bostonstraat (Luchtbal) met een extra lichten geregeld kruispunt en de organisatie van een multimodaal knooppunt

>> De Havanasite zal met de ontwikkeling van een multimodaal knooppunt met P&R, een detailhandel, de herinrichting van een nieuw containerpark en een herbestemming van de kazerne een nieuw stedelijk centrum worden.

>> Het plangebied dat tot nu toe uit een voornamelijk afgebakend terrein bestaat, zal dankzij de aanleg van nieuwe wegenis en een aantal nieuwe publieke assen en plaatsen een publiek en stedelijk karakter krijgen. De site wordt middels de voorschriften en het nieuwe grafisch plan een aantrekkelijk stedelijke deel van de harde ruggengraat.

 

 

 [image][image]

 [image]

Figuur 31 I Harde ruggengraat en Programma Noorderlaan

 

 

Zachte Ruggengraat / Noorderpark

De strategische ruimte ‘Zachte Ruggengraat’ heeft als voornaamste doelstelling het creëren van een krachtig samenhangend ecologisch systeem en is samengesteld uit vijf grote stedelijke parken. Het plangebied wordt begrensd door het Noorderpark, een van de vijf stedelijke parken.

 
Het Noorderpark moet de ontwikkeling garanderen van de verbindende parkstructuur in het noordelijk deel van de stad en moet het bebouwde perifere landschap in Brasschaat/Schoten verbinden met de Schelde en het centrum. Een andere doelstelling is de ontwikkeling van de ecologische waarden van de gebieden langs de Laarse en Donkse beek enerzijds, en het voorzien van voldoende recreatieve en sportfaciliteiten voor Luchtbal, Merksem en Ekeren anderzijds.

Binnen het programma van het Noorderpark stelt het ruimtelijk structuurplan volgende strategische projecten voor: Noordelijke link en Laarse en Oudelandse beek.

 

 [image] [image]

 [image]

Figuur 32 I Zachte ruggengraat / Programma Noorderpark

 

 

- Strategisch project Noordelijke link

De verbreding van het Albertkanaal en de constructie van de Oosterweelverbinding kunnen een opportuniteit zijn om een park te realiseren dat deel uitmaakt van een nieuw waterfront aan het kanaal.

>> de herontwikkeling van de Havanasite en dit strategisch project hebben weinig invloed op elkaar

 

- Strategisch project Laarse – Oudelandse beek
Dit strategisch project vertrekt vanuit de intentie een doorlopend park te realiseren langsheen het water met het behoud van de natuurlijke waarde en het toevoegen van enkele ‘lichte’ uitrustingen: voet- en fietspaden en enkele kleinere voorzieningen in de onmiddellijke omgeving van woningen.

Bij dit vernieuwingsproject voor het water zal tevens de recreatieve relatie met de omliggende woonwijken mee bekeken worden: een nieuw speelbos voor de buurt, het behoud van de spoorwegovergang aan Lijn 12, en het voorzien in een nieuwe spoorwegovergang aan Lijn 27A. Het structuurplan stelt voor om de buffercapaciteit van bijkomende natte natuur langsheen de waterlopen in dit gebied (Laarse en Donkse beek), als ontwerpconcept mee te nemen. De inplanting van de bundels moet ook rekening houden met het verval van de Laarse beek en de gewenste afvoer naar het Schijn. De mogelijkheid kan onderzocht worden om stroomafwaarts aan de Oude Landen (ten westen van de Ekerse Steenweg) een nieuwe open bedding te graven die zowel het debiet van de Laarse Beek, de Oudelandse Beek als de Donkse Beek kan opvangen. In elk geval moet de inplanting van de spoorwegbundels ten

 

 

 [image]

Figuur 33 | waterlopen en beken in de omgeving

 

 

zuiden van het stroomgebied van de Oudelandse beek beperkt blijven, om zo een bufferzone en parkgebied te behouden ten noorden ervan. Enerzijds als behoud van

het landschappelijk karakter en anderzijds om de kwaliteit van het nabij gelegen woongebied te vrijwaren.

 

>> de groenzone in het oostelijk deel van de Havanasite is een stapsteen in de oksel van het Noorderpark

>> de groenzone wordt eerder opgevat als een recreatieve, verbindende stapsteen, dan de ambitie te hebben om een ecologische stapsteen te zijn

>> de groenzone ligt in de onmiddellijke omgeving van de woningen van Luchtbal waardoor ‘lichte’ uitrustingen zoals voet- en fietspaden en enkele aanvullende voorzieningen zoals de mogelijkheid voor de inrichting van sportinfrastructuur worden mogelijk gehouden.

>> de buffercapaciteit wordt middels de mogelijkheid tot aanleg van een wadi en grachtenstelsel als bijkomende natte natuur in de nabijheid van de waterlopen in dit gebied (Laarse en Donkse beek), alvast als ontwerpconcept mee genomen en zo ook in het referentieplan open ruimte uitgewerkt.

 

 

Lager netwerk en stedelijke centra

Antwerpen moet opnieuw investeren in het netwerk van lokale wegen (stedelijke en territoriale boulevards, winkelstraten) en in het openbaar vervoer. Vooral het netwerk van tramlijnen bepaalt de strategische ruimten van het lager netwerk en structureert de stedelijke en grootstedelijke regio.

Het lager netwerk heeft betrekking tot het domein van straten, boulevards, tramlijnen; over het algemeen beschouwd als secundair volgens de hiërarchie die de snelwegen bovenaan plaatst.

Dit lager netwerk, gesitueerd in het gefragmenteerde en diffuse grondgebied van de Antwerpse regio, kan een belangrijke structurerende en strategische rol vervullen om de mobiliteit in deze ruimte te verbeteren. Het doel van het ruimtelijk structuurplan is het verhogen van de kwaliteit van het lager netwerk als een manier om de kwaliteit van de gebieden die hieraan gerelateerd zijn te bevorderen: de stedelijke buurtcentra, de winkel-straten, de stationsomgevingen en de gebieden langsheen de tramlijnen. Het concept van het lager netwerk wordt sterk gestuurd vanuit het beeld van de Spoorstad.

>> Het lager netwerk wordt versterkt door aan de eindhalte een park & ride van maximaal 12 wagens te voorzien

>> een structurerende ontsluitingsstructuur is één van de vijf krachtlijnen van het masterplan voor dit RUP. Gemotoriseerd verkeer, vrachtverkeer en zacht verkeer worden hierbij maximaal uit elkaar getrokken

>> het referentieplan open ruimte toont een kwalitatief samenhangend geheel van nieuwe publieke ruimte in het gebied met de centrale as als brede groene boulevard voor fietsers en voetgangers, gekoppeld aan de fietsostrade en station Noorderdokken

 

 

 

3.2.4 Masterplan 2020: tramlijnproject Brabo 2

In september 2010 keurde de Vlaamse regering het Masterplan 2020 goed. Het plan heeft volgende doelstellingen: het garanderen van de bereikbaarheid van stad en haven, het verhogen van de verkeersveiligheid en het herstellen van de leefbaarheid.

 

 [image]

Figuur 34 | Brabo 2, NOORDERLIJN

 

Brabo 2 is een van de onderdelen van het masterplan 2020. Met de aanleg van de Noorderlijn, ook bekend onder de technische naam Brabo 2, wordt het noorden van Antwerpen in verschillende fasen bereikbaar met de tram. Het project houdt de tramdoortrekking tot de site Havana in, vanaf de Noorderplaats via de Noorderlaan tot aan het kruispunt Noorderlaan – Ekersesteenweg.

Vanaf het kruispunt met de Groenendaallaan wordt de Noorderlaan van rooilijn tot rooilijn heraangelegd, inclusief een aan de oostzijde excentrisch gelegen trambusbaan en een ventweg aan de westzijde. Ter hoogte van het kruispunt Noorderlaan – Ekersesteenweg is een Park & Ride (P&R) voorzien.

 

Deze Park & Ride is een voorstadsknoop op de kruising van het radiaal georganiseerde bovenlokaal tramnet en de grote Ring rond Antwerpen.

De P&R functioneert veeleer op een bovenlokaal niveau. Zijn strategische positie ter hoogte van de verkeerswisselaar en aansluitingscomplex A12-E19 ondersteunt deze keuze. Verkeer met bestemming kernstad Antwerpen kan de snelweg verlaten en overstappen op de tramlijn. Met een tramkeerlus gelegen op de Havanasite zal de tram immers– op een vrije trambaanbedding – een zeer rechtlijnig, snel traject volgen.

 

[image]
Figuur 35 | P&R aansluitingscomplex A12-E19 en P&R Keizershoek

 

Zolang de wagen het meest aangewezen of favoriete vervoersmiddel blijft voor bepaalde verplaatsingen, zal moeten geïnvesteerd worden in parkeercapaciteit wil de stad een “gastvrije stad” blijven. Bij voorkeur wordt er geparkeerd aan de rand van de stad zodat er op straat in de binnenstad ruimte blijft voor kortparkeren en om te verblijven zodat de leefbaarheid van de binnenstad minder verstoort wordt door luchtverontreiniging en geluidshinder van (parkeerzoek)verkeer.

Investeren in extra parkeercapaciteit aan de rand van de stad moet tegelijkertijd helpen de hinder in de stad te verminderen tijdens de grote werven die de komende jaren gepland zijn door duizenden wagens uit de spits te halen. Bezoekers en forenzen moeten hier immers de overstap kunnen maken van de wagen op het openbaar vervoer om zo –doorheen de werken- toch nog op een vlotte manier de binnenstad te bereiken.

In het op 2 maart door de gemeenteraad goedgekeurde stedelijke mobiliteitsplan zijn daarom een aantal locaties aan de rand van de stad genoemd waar de stad park en rides wil organiseren. Gezien de vaak beperkte ruimte enerzijds en de ambitie om voldoende overstapcapaciteit te voorzien anderzijds is er op een aantal plekken gekozen voor parkeergebouwen. Voor 1500 parkeerplaatsen is immers al snel een oppervlakte van 7,5 voetbalvelden nodig. Het wordt erg moeilijk dit nog efficiënt te organiseren op het maaiveld.

 

De beoogde doelgroepen van de P&R op basis van het reismotief:

Woon-werkverkeer

1. A12 -> kernstad Antwerpen (primaire doelgroep)

Samen met de P&R Keizershoek vangt P&R aansluitingscomplex A12-E19 het verkeer op met herkomst A12 of E19 en bestemming kernstad Antwerpen. De P&R’s zijn respectievelijk op Tramlijn 3 en op de nieuwe Tramlijn Noorderlijn geënt. Het bedieningsgebied van deze tramlijnen overlapt in de kernstad. Gezien het gedeeltelijk overlappende bedieningsgebied van de tramlijnen en/of P&R’s zal men bij voorkeur gebruik maken van de dichtst bijzijnde van beide P&R’s. Deze hypothese impliceert dat P&R aansluitingscomplex A12-E19 hoofdzakelijk het verkeer met herkomst A12 zal opvangen, P&R Keizershoek het verkeer met herkomst E19.

2. … -> havengebied Antwerpen

Door een gepast voorzieningenniveau van de P&R moet de overstap op openbaar en/of collectief vervoer van/naar de haven (dmv goede busverbinding zoals vooropgesteld in het Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan Antwerpen (personenvervoer in de haven)) worden gefaciliteerd. Het voortransport van deze doelgroep gebeurt – afhankelijk van herkomst -hoofdzakelijk met fiets en openbaar vervoer. Bij de inrichting van de P&R zullen hiervoor de nodige voorzieningen (bv. fietsenstalling) worden geïntegreerd.

Evenementen en sportwedstrijden

Binnen het evenementenvervoersplan voor het Sportpaleis kan de P&R een belangrijke rol vervullen als pendelparking. Pendelbussen (of de verlengde Tramlijn 6) voeren de bezoekers van en naar het Sportpaleis via de Noorderlaan – Groenendaallaan – Theunisbrug, of via

Havanastraat – Victor Govaerslaan – Lambrechthoekenlaan – Groenendaallaan – Theunisbrug. Samen met de P&R Keizershoek wordt zo het verkeer met herkomst A12 en E19 opgevangen.

Recreatief- en winkelverkeer

Voornamelijk op zaterdagen, koopzondagen en koopavonden kan de P&R de opvang van recreatief- en winkelverkeer naar de kernstad stimuleren. De grootste beslissingsfactor is hier vaak prijs, maar ook het gemak van het parkeren.

 

De stad Antwerpen wil op korte termijn op een aantal goedgekozen locaties de capaciteit van

de park en rides aanzienlijk verhogen door over te gaan naar parkeergebouwen waar een

comfortabele overstap kan gemaakt worden tussen verschillende vervoersmodi.

Een gebouw, zodat zuinig omgesprongen wordt met de beschikbare ruimte, zodat een

beeldbepalende vorm kan gecreëerd worden met signaalfunctie aan de rand van stad (waar

ook grootschalige retail een plek vindt), zodat het een poort naar groengebieden kan zijn en

zodat ook grote volumes op een comfortabele manier kunnen overstappen.

Op korte termijn, zodat ze kunnen dienen als flankerende maatregelen om de impact van de

grote infrastructuurwerven die vanaf 2015-2016 in het noorden van Antwerpen van start

zullen gaan (Noorderlijn, Ijzerlaan, Oosterweelverbinding,… te milderen.

Goedgekozen locaties, zodat ze ook na de werven blijven dienen.

Aanzienlijk verhogen, zodat gemikt kan worden op minstens 1000 tot maximum 1500

parkeerplaatsen per parkeergebouw.

 [image]

Figuur 36 | De geselecteerde locaties: Linkeroever, Havana, Keizershoek, Macro en Wommelgem

 [image]

Figuur 37 | bovenlokaal tramnet

 [image]

Figuur 38 I Brabo 2 ter hoogte van Havana

 

 

Halte-infrastructuur Brabo 2
Ter hoogte van de site Havana wordt binnen Brabo 2 een halte-infrastructuur voorzien, dat onder meer een fietsenstalling en een wachtruimte huisvest. De infrastructuur is uitgewerkt als een gebouw dat over de perrons en sporen tot in de onthaalzone van de site Havana reikt. De positie van de halte-infrastructuur is mede bepalend voor en interfereert mogelijks met de toekomstige ontwikkelingen in de onthaalzone (‘de kop‘). De integratie van de halte-infrastructuur met de toekomstige ontwikkelingen is nodig. Een goede afstemming met De Lijn is vereist.

 

 

 [image]

 

 [image]

[image]
Figuur 39 I Halte-infrastructuur Brabo 2

3.2.5 Beleidsnota Detailhandel

In september 2013 keurde de gemeenteraad de Beleidsnota Detailhandel goed.

De nota bevat een samenvattende tabel waarbij de basisstructuur van de winkelgebieden met (prioritaire) kernwinkelgebieden, buurtwinkelcentra/verspreide bewinkeling en baanwinkelgebieden wordt gekoppeld aan de zes pijlers van de nota. Deze pijlers zijn: kernversterkend beleid, aanbodbeleid, kwaliteitsbeleid, mobiliteitsbeleid, promotiebeleid, netwerken.

De Beleidsnota Detailhandel brengt de Noorderlaan onder in het type winkelconcentratie ‘verspreide bewinkeling’.

 

Een belangrijk aandachtspunt voor baanwinkelgebieden zoals de Noorderlaan is:

  • Is er plek voor grootschalige detailhandelszaken die in de kernstad niet thuishoren (schaal, type goederen, mogelijke verkeersoverlast) en het aanbod in de binnenstedelijke kernen niet verstoren?

De beleidsnota geeft met betrekking tot grootschalige detailhandel het volgende aan:

  • Grootschalige detailhandel vestigt zich bij voorkeur in kernwinkelgebieden en in tweede instantie op strategische en goed bereikbare locaties in woongebieden. Grootschalige detailhandel toelaten op perifere locaties (buiten woongebied) kan enkel onder strikte voorwaarden. Als bestaande grootschalige detailhandelszaken willen uitbreiden, evalueert Stad Antwerpen, alvorens te vergunnen, eerst hoe de handelszaak functioneert in het stedelijk weefsel.

 

Vestigingen van grootschalige detailhandel buiten de kernwinkelgebieden (al dan niet op perifere locaties), kunnen enkel onder bepaalde voorwaarden zoals weergegeven in volgende tabel.

 [image]

Figuur 40 I Kader voor het vestigen van nieuwe perifere en niet-perifere grootschalige detailhandel

 

 

 

3.2.6 RUP Contactzone Noorderlaan

Op 14 februari 2014 keurde het college de procesnota voor het RUP Contactzone Noorderlaan goed.

 

Het RUP Contactzone Noorderlaan omvat het gebied tussen de Noorderlaan, het Straatsburgdok, de Michiganstraat en de Vosseschijnstraat. Dit plangebied is een beperkt deel van de voorgestelde contactzone in het s-RSA.

 

De ruimtelijke invulling van de contactzone is sinds begin jaren ’90 geëvolueerd van een industriële omgeving naar een omgeving waarvan het industriële karakter sterk is afgebouwd.
Ten zuiden van de Michiganstraat is een gebied ontstaan met handelsactiviteiten gericht op leisure en recreatie, een doe-het-zelfzaak, een stelplaats van De Lijn en een brandweerkazerne.
Ook het gebied ten noorden van de Michiganstraat is geëvolueerd naar een gemengde zone waarin de grens tussen ambachtelijk bedrijf, kantoor, showroom, dienstverlening en handelszaak moeilijk vast te leggen is.
De dynamiek die de afgelopen decennia typeerde, blijft ook nu aanwezig. Voor Noord-Center (het GM-complex) dat ondertussen ruim 20 jaar zeer onderbenut is, werd de afgelopen jaren door verschillende partijen gepolst naar de mogelijkheden om een andere invulling dan industrie te ontwikkelen.
Ook vanuit de aanwezige of geïnteresseerde bedrijven werd eerder al gepolst naar de mogelijkheden van uitbreiding, wijziging van de handelsoppervlakte of heroriëntering van de activiteiten.

 

De wijzigingen in de ruimtelijke invulling en de aanduiding als contactzone zijn indicaties dat de geldende gewestplanbestemmingen van ‘industriegebied’ en gebied voor ‘ambachtelijke bedrijven en KMO’ aan evaluatie toe zijn.

 

De mobiliteitsafwikkeling is eveneens aan veranderingen onderhevig. Het project Brabo 2 voorziet een gewijzigd profiel voor de Noorderlaan met een tramverbinding tot en met de site Havana.
Het gewijzigd mobiliteitsprofiel van de Noorderlaan heeft onmiddellijke gevolgen voor de bereikbaarheid en/of toegankelijkheid van de aangrenzende functies.

De opdracht voor dit RUP is om binnen de bestaande beleidscontext volgende elementen op te nemen:

  • Een ruimtelijke structuur opzetten die de doelstellingen voor de contactzone Noorderlaan volgens het sRSA mogelijk maakt. De structuur vormt een stabiel kader waarin de wijzigingen in programma worden opvangen.

  • Een ruimtelijk programma opzetten dat de doelstellingen voor de contactzone volgens het sRSA mogelijk maakt. Het RUP voorziet voldoende flexibiliteit om zowel op de korte als op de lange termijn de transformatie van het plangebied op te vangen.

  • De structuur en het programma binnen het RUP afstemmen met het mobiliteitsprofiel van de omgeving.

 

 

3.2.7 Masterplan Luchtbal

Het masterplan Luchtbal, dat werd goedgekeurd in november 2009, had als ambitie om Luchtbal te vermengen door de sociale woonwijk te verdichten met sociale en private koopwoningen. Het programma van het Masterplan omvatte vier ontwikkelingslocaties met als hoofdfunctie wonen en nevenfuncties handel, kantoren, kantoorachtigen en publieke functies. Wonen was destijds het prioritair programma.

 

In functie van de haalbaarheid van deze strategie, werd in 2011 een markbevraging uitgevoerd. Deze bevraging toonde aan dat de private woningmarkt niet geïnteresseerd was in een grootschalige private woonontwikkeling in de wijk Luchtbal.

 

De focus van het masterplan werd daarom bijgesteld in de nota 'Luchtbal vaart' waarvan het college in juli 2012 kennis nam. Uit een behoeftepeiling in de wijk Luchtbal bleek dat een beter vrijetijdsaanbod en uitgebouwd winkelapparaat veel belangrijker zijn voor de bewoners dan nieuwe, private woningen. Vandaar dat de focus verschoof van wonen naar handel en vrijetijd.

 

In zitting van 15 november 2013 keurt het College de opstart van een haalbaarheidsstudie goed voor een topsport-, winkel- en woningcluster op ‘verdichtingslocatie 1’. Deze studie toont echter aan dat het project Luchtbal financieel niet rendabel is en beter zelfstandig wordt verdergezet zonder sporthal.

 

 [image]

Figuur 41 | overzicht investeringsprogramma 'Luchtbal vaart', 2012

 

 

3.2.8 Masterplan Rozemaai

In juni 2012 keurde het college het masterplan Rozemaai goed.

 

Het masterplan Rozemaai heeft de ambitie om de sociale woonwijk te transformeren tot een kwaliteitsvolle woonomgeving. Het uitgangspunt voor de transformatie is het waterrijke landschap. Dankzij het opnieuw openleggen van de Donkse Beek, het behouden van het overstromingsgebied en het aanleggen van een wadi-structuur zal de waterhuishouding in Rozemaai optimaal gebeuren. De landschaps- en natuurelementen zijn drager voor de uitwerking van het masterplan. Rond deze elementen wordt een parkstructuur gecreëerd waar een breed gamma aan diverse activiteiten kan plaatsvinden.

 

Als gevolg van de aanleg van een tramkeerlus en Park & Ride op de site Havana ter hoogte van het kruispunt Noorderlaan – Ekersesteenweg is een herlocalisatie van de huidige volkstuinen vereist.

In december 2013 besliste het college de herlocatie van deze volkstuinen naar Rozemaai te voorzien, meer bepaald naar de groene ruimte ten zuiden van de wijk.

 

In 2014 werd een ontwerper aangesteld voor de opmaak van het masterplan publiek domein van Rozemaai. 27 februari 2015 keurde het college de fase ‘analyse en visie’ voor het publiek domein van Rozemaai goed.

 [image]

Figuur 42 | goedgekeurde visie voor het publiek domein Rozemaai

 

 

3.2.9 Ideeëncompetitie Parkeergebouwen

De ‘Ideeëncompetitie Parkeergebouwen’ van 2012 had als doel een denkproces op te starten rond de architectuur van parkeergebouwen die fungeren als P&R en als ambitie hebben een efficiënte, kwaliteitsvolle overstap te creëren van privaat naar openbaar vervoer.

 

Aangezien de ontwikkeling van het P&R Linkeroever en het P&R Havana in de nabije toekomst is voorzien werd in de competitie gefocust op deze sites. Daarnaast werd ook een generieke strategie voor de architectuur van parkeergebouwen als P&R gevraagd aan de bureaus.

 

Het resultaat van de ideeëncompetitie is een waaier aan visies over de betekenis van een P&R, over de generieke aanpak van het ontwikkelen van parkeergebouwen als P&R’s rond de stad en over de specifieke inpassing hiervan op de twee cases, Havana en Linkeroever.

Ondanks zijn naam leverde de ideeëncompetitie ook concrete tools op om een P&R een

significante publieke ruimte en een significant gebouw te laten zijn aan de rand van de stad.

 

Het ontwerp van HUB voor Havana kan beschouwd worden als een haalbaarheidsstudie naar

een flexibele en “slimme” (kosten-efficiënte) (draag)structuur die groei, krimp en veranderingen van programmatie kan opvangen en zo sociale en economische processen kan opvangen en die toch kwalitatief is voor de gebruikers (voldoende natuurlijk lichtinval langsheen gescheiden voetgangerscirculatie) en voor de omgeving (horizontale schakeling van modules van 4 bouwlagen).

 

 

 [image]

 

 

 

 [image]

Figuur 43 I HUB i.s.m. Bureau Bouwtechniek, Mint en ABT

 

 

Het ontwerp van Artgineering legt de nadruk op de kwaliteit van de publieke ruimte waar de

verschillende modi samenkomen. Het architectuurontwerp van de perrons enz is belangrijker dan de architectuur van het gebouw. Een benadering als poort naar de stad, maar ook tot de natuur

  • Uitgerekt ‘perron’, geïntegreerd vormgegeven en goed leesbaar

  • Op dit perron worden alle parkeergebouwen geplugd

 [image][image][image]

 

 

 [image]

 

Figuur 44 I Artgineering i.s.m. Idea Consult

 

 [image]

 [image]

 [image]

 

Figuur 45 I NIO i.s.m. OKRA, ADVIER

 

Het ontwerp van Nio i.s.m Okra en Advier bevat een economische benadering met private inbreng

  • Pragmatische benadering: parkeren bij bestaande leisure inzetten als P&R

  • Gedeeld gebruik parkeerplaatsen (kantoren -nabij gelegen of in het centrum gelegen- die plekken huren op P&R) en flankerende functies

 [image]

 [image][image]

 [image]

Figuur 46 I Collectief Noord

 

Het ontwerp van Collectief Noord is een benadering als publieke plek

    • Verkeersinfrastructuur is bepalend voor organisatie en identiteit overstap

 

3.2.10 Bestuursakkoord 2013 – 2018

Het bestuursakkoord van de stad Antwerpen 2013 – 2018 bevat volgende relevante passage voor het plangebied:

  • Op de best geschikte locaties wenst de stad ruimte te creëren voor grootschalige distributie en bovenlokale handel. Op de Boomsesteenweg, Bredabaan en aan de Noorderlaan wenst de stad hiervoor bijkomende ruimte te maken in de zones voorzien in het strategisch-Ruimtelijk Structuurplan Antwerpen. De bestaande situatie kan worden geregulariseerd en nieuwe ontwikkelingen kunnen worden toegestaan, op voorwaarde dat ze het interne stedelijk commerciële weefsel niet beconcurreren.