1.7 Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan afbakening van de zeehavengebieden 'Waaslandhaven fase 1 en omgeving'

 

Opgesteld door:

Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Departement Leefmilieu en Infrastructuur, Administratie Ruimtelijke Ordening, Huisvesting, Monumenten en Landschappen,

Afdeling Ruimtelijke Planning

In opdracht van:

Vlaamse Gemeenschap

Datum:

November 2004

Status:

Voorlopige vaststelling BVR 12//11/2004 openbaar onderzoek 10/01/2005 tot –10/03/2005

 

Met dit gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan wordt de leefbaarheid van de bestaande dorpskernen veiliggesteld, de ontwikkeling van de Waaslandhaven bevorderd en de noodzakelijke natuurcompensaties gerealiseerd:

  1. Om overlast van het havengebied voor de dorpskernen te vermijden, voorziet het ruimtelijk uitvoeringsplan in ruime buffers tussen de haven en haar omgeving. In deze buffers komt ruimte voor landbouw, recreatie en landschapszorg. Dat versterkt de leefbaarheid van bestaande activiteiten en de ontwikkeling van nieuwe voorzieningen in Kieldrecht, Verrebroek en Kallo. Tussen Kieldrecht en de haven wordt bv. een gebied dat oorspronkelijk vrijgehouden was voor havenuitbreiding nu bestemd als poldergebied; de leefbaarheid van Kallo en Kieldrecht wordt versterkt door een herschikking van de woon- en woonuitbreidingsgebieden. De bestaande open ruimte rond Kallo wordt definitief gevrijwaard en herbestemd ter versterking van de leefbaarheid van het dorp. In Verrebroek wordt meer ruimte gecreëerd voor buffering, natuur en hervestiging van lokale bedrijven.

  2. Het ruimtelijk uitvoeringsplan actualiseert de contouren van het havengebied. Binnen deze contouren zal het Deurganckdok zich kunnen ontwikkelen tot een containerdok van wereldformaat. Ook een afwerking van het Verrebroekdok blijft mogelijk.

  3. Polderdorpen zijn even onmisbaar voor hun bewoners als de dokken voor de haven. Maar dit gebied is ook onvervangbaar voor de vogels die er komen broeden of er neerstrijken tijdens hun lange trip van het hoge Noorden naar de evenaar. De slikken en schorren langs de Schelde en de natte gebieden in de omgeving hebben een unieke natuurwaarde. Het gebied is daarom Europees beschermd als Vogelrichtlijngebied en Habitatrichtlijngebied. De ontwikkeling van de Waaslandhaven zorgt echter voor een aanzienlijke verstoring van deze natuurwaarden. Daarom wordt voorzien in compensaties: natuurwaarden die op de ene plek verdwijnen moeten op een nabijgelegen plek gecompenseerd worden. De herbestemming en de inrichtingsmaatregelen die hiervoor nodig zijn, zijn ook neergeschreven in dit ruimtelijk uitvoeringsplan. Natuurcompensaties en verdere havenontwikkeling zijn immers onlosmakelijk met elkaar verbonden.

 

Dit uitvoeringsplan betreft fase 1 van de Waaslandhaven. Later volgt de definitieve noordelijke afbakening van het zeehavengebied. Het plangebied situeert zich in de gemeenten Beveren en Zwijndrecht. Van belang voor het uitvoeringsplan van de Oosterweelverbining is het verordenend grafisch plan 1D. Dit plan betreft de herbestemming van het bestaande industriegebied op het gewestplan naar zone voor zeehavenen watergebonden bedrijven. Dit gebied situeert zich ten noorden van de E34. Langsheen deze E34 wordt een gebouwenvrije strook van 100 meter op het grafisch plan voorzien. Deze gebouwenvrije strook wordt vrijgehouden van toekomstige bebouwing in functie van de naastliggende weg en aanhorigheden. In deze strook zijn alle werken, handelingen en constructies toegelaten voor weg-, spoor-, water-, nuts- en pijpleidinginfrastructuur.

 

CONCLUSIE
Het plangebied van OWV zal een deel van het plangebied met als bestemming zone voor zeehaven- en watergebonden bedrijven met overdruk gebouwenvrije strook van de Waaslandhaven bevatten. De bestemmingen in het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan van de Oosterweelverbinding betreffen een verdere detaillering van deze gebouwenvrije strook.