3.1 Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan Antwerpen

 

Opgesteld door:

Studiegroep Omgeving

In opdracht van:

Provinciebestuur Antwerpen, AROHM Antwerpen

Datum goedkeuring:

10 juli 2001

Status:

Goedgekeurd door de Vlaamse regering

 

Bindende bepalingen

 

Selectie van natuurverbindingen

  • tussen Schelde en de Kuifeend tot aan Leugenberg;

  • tussen Schelde, grensgebied Zandvliet – Putte en complex Mastenbos – Wolvenbos.

 

Selectie van gebieden met een ecologische infrastructuur van bovenlokaal belang

 

  • gebied met Kuifeend, Verlegde Schijns, vormingsstation Antwerpen-Noord en Muisbroek.

 

Selectie van woonkernen

 

  • Antwerpen, Berchem, Berendrecht, Borgerhout, Deurne, Ekeren, Hoboken, Merksem, Wilrijk, Zandvliet, Zwijndrecht en Burcht.

 

Selectie van toeristisch-recreatieve netwerken van provinciaal belang

  • steden en stromen.

 

Selectie van gebieden van primair toeristisch-recreatief belang

  • grootstedelijke gebieden.

 

Selectie van secundaire wegen type III

  • N12 tussen R1 en R11;

  • N70 tussen Antwerpen LO en de grens met provincie Oost-Vlaanderen.

 

Selectie van bakens

  • binnenste fortengordel;

  • kasteel Runcvoort, hof van Rozendaal, kasteel Boekenberg, domein Middelheim, domein Klaverblad.

 

Selectie van open-ruimteverbindingen

  • Peerdbos – Vordenstein;

  • vallei Klein Schijn (inclusief Bosuil);

  • vallei Groot Schijn (inclusief Rivierenhof);

  • vliegveld Deurne;

  • Hazeschrans – fort 6 – UIA – Middelheim;

  • omgeving kasteel Cleydael – fort 7 & 8 – Schoonselhof;

  • rechter- en linkeroever Scheldevallei;

  • gebied ten zuiden van de N49.

 

Acties en maatregelen

De provincie maakt geïntegreerde gebiedsgerichte strategische plannen op voor de Antwerpse gordel (in samenspraak met het Vlaams Gewest) en de gebieden van primair toeristisch-recreatief belang.

 

 

Richtinggevend gedeelte

Bij de formulering van het ruimtelijk concept voor de provincie Antwerpen valt de gemeente Antwerpen in de hoofdruimte “Antwerpse fragmenten (hoeksteen van de Vlaamse ruit)”. Een beleid van omgaan met fragmentatie wordt vooropgesteld.

Volgende ordeningsbeginselen die mee het ruimtelijk concept voor deze hoofdruimte vormen, hebben betrekking op de stad Antwerpen:

  • Schelde, Rupel, Dijle en Nete als dragers van vernieuwing en ontwikkeling;

  • gordel grootstedelijke groenstructuur met groene vingers tot in de kernstad;

  • knooppunten van een voorstedelijk vervoersnet als verdichtings- en ontwikkelingsgebied;

  • Boomsesteenweg als concentratie van grootschalige stedelijke publieksfuncties en activiteiten;

  • haven, Albertkanaal en Brabantse poort als economische concentraties in onderling verband

  • Deelruimte “Grootstedelijk Antwerpen”

Het projectgebied is gelegen binnen de deelruimte Grootstedelijk Antwerpen.

Doelstellingen voor deze deelruimte: -vernieuwen van het grootstedelijk gebied;

  • uitbouwen van kwalitatieve woonomgevingen;

  • vrijwaren van de groene vingers;

  • verbeteren van de bereikbaarheid;

  • uitbouwen en inrichten van grootstedelijke assen.

 

Deelruimte “Antwerpse haven”

Het ruimtelijk structuurplan Vlaanderen selecteert de Antwerpse haven als poort van Vlaams niveau. De haven is bijgevolg een deelruimte van Vlaams niveau. De haven is daarbij onderdeel van een netwerk van havens in de Benelux delta. Een visie op de toekomstige ontwikkeling van de Antwerpse haven moet met deze samenhang rekening houden en complementariteit op basis van eigen sterke punten stimuleren.

Doelstellingen voor deze deelruimte:

  • bieden van kansen aan de haven;

  • Verzekeren van toegankelijkheid en bereikbaarheid;

  • vorm geven aan grenzen;

  • verdichten, efficiënt benutten en hergebruiken van haventerreinen.

 

Deelruimte “Antwerpse gordel”

Een ruimtelijk concept voor de Antwerpse gordel vanuit de invalshoek van de provincie ziet het gebied als een versterkt netwerk van allerlei min of meer natuurlijke en open ruimten rond het grootstedelijk gebied. De binnenste (aan R11) en buitenste fortengordels, samen met sommige rivier- en beekvalleien en het anti-tankkanaal, vormen de ruggengraat van de gordel.

Doelstellingen voor deze deelruimte:

  • tegengaan van bebouwing in de Antwerpse gordel;

  • beschermen, versterken en verbinden van onderdelen van de gordel;

  • versterken van open-ruimte functies zoals natuur, bossen, landbouw, recreatie en landschap.

 

 

SAMENVATTING
: In het betrokken gebied zijn verschillende natuurverbindingen, gebieden met een ecologische infrastructuur van bovenlokaal belang, bakens en open-ruimteverbindingen bindend geselecteerd. Verder selecteert het PRS Antwerpen volgende wegen bindend als secundaire weg type III: N12 tussen R1 en R1; N70 tussen Antwerpen Linkeroever en de grens met de provincie Oost-Vlaanderen.

Volgende ruimtelijke concepten zijn bepalend voor het betrokken gebied:

- vrijwaren van bebouwing van bestaande en nieuwe groene vingers die vanaf de gordel grootstedelijke groenstructuur doordringen tot in de kernstad. Nieuwe activiteiten mogen het open en groen karakter niet aantasten. Eén van deze groene vingers vormt tevens de afbakening van de haven: de groene vinger langs de N49 die eindigt in het natuurreservaat op linkeroever.
- verbeteren van de bereikbaarheid van de deelruimtes “Grootstedelijk Antwerpen” en “Antwerpse haven”
- Het "Eilandje" is een overgangsgebied tussen stad en haven. Allerlei overgangsfuncties vinden hier plaats, zo ook de toegang tot de haven.

 

CONCLUSIE
Het GRUP houdt rekening met de verschillende natuurverbindingen, gebieden met een ecologische infrastructuur van bovenlokaal belang, bakens en open-ruimteverbindingen. Indien de aanleg van de Oosterweelverbinding deze gebieden aantast, worden steeds mitigerende maatregelen voorzien. Door de aanleg van de Oosterweelverbinding wordt de bereikbaarheid van Grootstedelijk Antwerpen en de Antwerpse Haven verbeterd.