3.5 Gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Antwerpen

 

Opgesteld door:

Studio O5, Iris Consulting en de planningscel van de stad Antwerpen

In opdracht van:

Stad Antwerpen

Datum:

Maart 2006

Status:

ontwerp

 

Ruimtelijke en sectorale elementen die betrekking hebben op het plangebied:

  • Er wordt aan het Vlaams gewest uitdrukkelijke en bijzondere aandacht gevraagd voor de stedenbouwkundige impact van de aanleg van de Oosterweelverbinding. Gezocht moet worden naar het realiseren van aanvaardbare overgangsgebieden met bijzondere kwaliteiten, daar waar de Oosterweelviaduct het stedelijk gebied bovengronds of gelijkvloers kruist. Specifiek wordt gevraagd in de gebieden die worden ingericht tot werfzone of de gebieden die schijnbaar zullen overblijven als 'restruimte' na de aanleg van de Oosterweelverbinding, te voorzien in een landschappelijke herinrichting die coherent is met de visie van de stad: een nieuw St. Annabos met aandacht voor toegankelijkheid, een groene bedrijvenzone in de werfzone het Zand na realisatie van de Oosterweelverbinding, een festivalweide in de banaanvormige ruimte die overblijft ten zuiden van Katwilgweg, een landschapsontwerp voor het Noordkasteel alvorens de verkeerswisselaar op rechteroever aan te leggen, een herinrichting van de Stationsomgeving Luchtbal, een ringpark Schijnpoort (ten zuiden van Schijnpoort en ten noorden van Berchem station).

  • Anderzijds wordt ook gevraagd om een hoge esthetische en beeldkwaliteit na te streven bij het ontwerpen van de Oosterweelviaduct.

  • Twee nieuwe bruggen over de Schelde worden aangeduid als belangrijke strategische projecten: de zuidelijke Scheldebrug, opgevat als een nieuwe stedelijke boulevard die de rivier en de parken op Linkeroever kruist, en een noordelijke voetgangers- en fietsbrug. De nieuwe bruggen hebben als doel een fysieke en functionele link met Linkeroever te realiseren. De realisatie van de bruggen moet echter afgestemd zijn op de doelstellingen van de Oosterweelverbinding.

 

CONCLUSIE
In het ruimtelijk structuurplan Antwerpen wordt getracht constructief in te spelen op de beslissing van het sluiten van de ring, zodat mogelijke negatieve invloeden op bepaalde gebieden beperkt kunnen worden. Er wordt onderzocht hoe de stad door de sluiting van de ring toch ruimtelijk open kan zijn en dit coherent met de mogelijkheden van haar noord-zuid geografische oriëntatie en met de kansen van haar fysische expansie.