|
De stad stimuleert het verweven van bedrijven in de stad en wil daarmee tegengaan dat bedrijven wegtrekken uit de stad.
Niet-hinderlijke bedrijven kunnen verweven worden met andere niet-economische functies, zoals wonen. Het is belangrijk dat de bedrijven hun werking, bereikbaarheid en laad- en losmogelijkheden kunnen behouden.
Productieve zones zijn zones dichtbij woongebieden, goed multimodaal ontsloten, met activiteiten onder de functiecategorie industrie en bedrijvigheid. Onder voorwaarden kunnen deze activiteiten gemengd worden met andere economische of ondersteunende functies, zoals kantoren of diensten. Er komt meer flexibiliteit om een grotere economische mix te creëren. Ruimte voor productiebedrijven is echter schaars. Het is daarom aangewezen om de bijkomende economische en ondersteunende functies bovenop de productiebedrijven te stapelen.
-
Een bedrijfsgebouw of gebouwengeheel met de vergunde functie bedrijvigheid mag opgedeeld worden op voorwaarde dat de units niet kleiner zijn dan 250 m² nettovloeroppervlakte.
-
De functiewijziging van een gebouw of gebouwen met de functie industrie en bedrijvigheid naar wonen is enkel toegelaten als uit de ruimtelijk economische analyse blijkt dat het behoud van de functiecategorie industrie en bedrijvigheid niet aangewezen is.
Een ruimtelijk economische analyse is maatwerk, af te stemmen op het dossier in kwestie, maar dient volgende criteria te behandelen:
-
Situering Wat is de huidige toestand? Welk type vastgoed wordt er aangeboden en tegen welke voorwaarden : kantoor / magazijn / winkel / ... Welke ruimtelijk technische componenten zijn er, zoals een loskade, zwaardere vloeren, hoge plafonds, hoogspanning, lichtinval, hoge poorten, ... Is er al een basis omgevingsvergunning (bouw en milieu) die bedrijvigheid toelaat?
-
Marktsituatie (vraag en aanbod) Is er leegstand? Zo ja, kan aangetoond worden dat de beschikbare ruimte actief en aan een marktconforme prijs voor vastgoed voor bedrijvigheid is aangeboden? Zijn er herstelwerken of aanpassingen nodig en mogelijk om de ruimte wel succesvol op de markt te brengen als bedrijvigheid?
-
Overige ruimtelijke parameters Mobiliteit, waterhuishouding en dergelijke in functie van relevantie.
De uiteindelijke ruimtelijk economische analyse moet aantonen dat het gebouw (al dan niet met nodige ingrepen) niet opnieuw voor economische functies kan hergebruikt worden vooraleer er sprake kan zijn van een herbestemming (m.a.w. er mag geen louter financiële motivatie zijn voor de herbestemming).
Ook in het geval van herbestemming moet onderbouwd bekeken worden in hoeverre er toch een gedeelte bedrijvigheid kan behouden blijven.
Bijkomende inspiratie kan gehaald worden uit VLAIO | Ruimtelijk-economisch onderzoek . Een leidraad voor lokale besturen en Omgeving Vlaanderen | Excentriciteit in kernen ruimtelijke ontwikkeling en duurzaam vervoer - ontwikkelgids.
-
Op bedrijventerreinen (grootschalig, KMO en productieve zones) moet bij nieuwbouw of herbouw het gelijkvloers steeds ingericht worden met een minimale plafondhoogte van zes meter, bijhorende toegangspoorten en laad- en losmogelijkheden om optimaal bereikbare en bruikbare bedrijvigheid in de sokkel te vrijwaren.
-
Toonzalen gelinkt aan bedrijvigheid op hetzelfde perceel zijn toegestaan tenzij de bedrijvigheid louter een logistieke functie of magazijn betreft. De bruto-oppervlakte van een toonzaal mag daarenboven:
-
Maximaal 25% van de totale gelijkvloers bruto vloeroppervlakte innemen;
-
maximaal 25% van de totale bovengrondse bruto vloeroppervlakte bedrijvigheid bedragen;
-
maximaal 400m² netto vloeroppervlakte verkoop van producten onder de kleinhandelscategorie “voeding” aanbieden.
|