Laad slim en veilig
- Laad je apparaten bij voorkeur overdag op en blijf in de buurt. Zo kun je meteen ingrijpen als er iets misgaat.
- Laad nooit op in een vluchtweg, zoals de hal of bij de voordeur. Bij brand moet de weg naar buiten altijd vrij zijn.
- Haal de stekker uit het stopcontact zodra de batterij vol is. Overladen kan leiden tot oververhitting en kortsluiting.
- Gebruik altijd de originele of een officiële oplader. Namaakladers voldoen vaak niet aan de veiligheidseisen en verhogen het risico op brand.
- Plaats je apparaat tijdens het opladen op een harde, stabiele en onbrandbare ondergrond. Denk aan een tegelvloer of een betonnen plaat, en dus niet onder dekens, op het bed of op een kussen.
- Laad op binnen de aanbevolen temperatuurgrenzen (meestal tussen 15 °C en 35 °C). Bij extreme kou of hitte laad je binnen op en houd je de temperatuur van het apparaat goed in de gaten.
- Zorg ervoor dat je batterij niet te ‘leeg’ raakt. Laad je apparaat minstens elke drie maanden op. Een bijna lege batterij is instabieler en dus risicovoller.
Schade? Gebruik je batterij niet meer
Een batterij die gevallen, vervormd of beschadigd is, vormt een verhoogd risico. Ook al zie je geen zichtbare schade, gebruik een gevallen batterij niet meer. Breng beschadigde apparaten zo snel mogelijk naar een inzamelpunt en bewaar ze niet in huis.